TESTBEDIENING
Instructie Vóór de Test
1. Zet de stroomvoorziening aan.
2. Druk op de toets ON/OFF van de afstandsbediening om de airconditioner in te schakelen.
3. Druk op de Mode (Modus) toets om de modus COOL (KOELEN) en HEAT (WARMTE) om te
schakelen.
In elke modus instellen zoals hieronder:
COOL (KOELEN) - Stel de laagste temperatuur in
HEAT (WARMTE) - Stel de hoogste temperatuur in
4. Laat de afstandsbediening ongeveer 8 minuten in elke stand werken en controleer of alle functies
goed werken. Functies controleren zoals aanbevolen:
4.1 Alsde uitlaatluchttemperatuur reageert op de koel- en verwarmingsmodus
4.2 Alshet water goed wegloopt uit de afvoerslang
4.3 Alsde jaloezie en de deflectoren (optioneel) goed draaien
5. Houd de airconditioner gedurende ten minste 30 minuten in de teststand.
6. Nadat de test met succes is uitgevoerd, keert u terug naar de normale instelling en drukt u op de
toets ON/OFF van de afstandsbediening om het apparaat uit te schakelen.
7. Wijs de gebruiker erop dat deze handleiding vóór gebruik zorgvuldig moet worden doorgelezen,
en laat de gebruiker zien hoe de airconditioner moet worden gebruikt, welke kennis nodig is voor
service en onderhoud, en hoe de accessoires moeten worden bewaard.
Let op:
Als de omgevingstemperatuur hoger is dan het in het hoofdstuk BEDIENINGSINSTRUCTIES aangegeven
bereik en de COOL (KOELEN) of HEAT (WARMTE) modus niet kan worden ingeschakeld, til dan het
voorpaneel op en raadpleeg de noodknopbediening om de COOL (KOELEN) en HEAT (WARMTE) modus
in te schakelen.
31