• Controleer regelmatig of de messen (24) en staan-
ders goed in het messenblok zijn bevestigd.
• De messen (24) mogen max. 1,1 mm op het mes-
senblok uitsteken.
• Controleer de anti-terugslagklauwen (25) op een
probleemloze werking.
• Draag altijd oogbescherming.
• Zaag nooit in holtes, tappen of vormen.
• Voor ingebruikname moeten alle afdekkingen en
veiligheidsvoorzieningen conform de voorschriften
zijn gemonteerd.
• Het schaafblad moet soepel kunnen draaien.
10. Gebruik
m LET OP! De vlak- en vandiktebank is speciaal
ontworpen voor het schaven van vast hout. Daarvoor
worden hooggelegeerde messen (21) ingezet. Bij het
vandikteschaven moet het contactoppervlak van het
werkstuk vlak zijn. Als er vrij grote of zware werkstuk-
ken worden bewerkt, dan moet de machine op de op-
stelplaats worden bevestigd (bijv. met behulp van de
schroefdraad in de bodem van de machine).
• De AAN/UIT-schakelaar (24) bevindt zich aan de
linkerkant van de machine onder het gele klapdek-
sel. Druk de groene knop „I" in om de machine aan
te zetten. Druk de rode knop „0" in om de machine
uit te schakelen.
• De machine is voorzien van een overbelastings-
schakelaar (2) als motorbeveiliging. Bij overbelas-
ting stopt de machine automatisch. Na een tijdje kan
de overbelastingsschakelaar (2) worden gereset.
• Gebruik bij het bewerken van lange werkstukken
roltafels of een gelijkaardige steuninrichting. Deze
aanvullende uitrustingen zijn verkrijgbaar in de ge-
specialiseerde handel. Ze moeten aan de toevoer-
en wegneemzijde van de schaafmachine worden
aangebracht.
De hoogte moet zo worden ingesteld, dat het werk-
stuk horizontaal in de machine kan worden geleid
en horizontaal eruit kan worden genomen.
10.1 Vlakschaven
m LET OP! Trek vóór alle onderhouds-, schoonmaak-
en instelwerkzaamheden de netstekker uit het stop-
contact.
84 | NL
10.1.1 Instelling (afb. 7/8)
• Draai de stelschroef (11) naar rechts of links voor
de gewenste spandiepte. De spandiepte kan op de
schaalverdeling (A) worden afgelezen.
• Borg de parallelaanslag (5) met de stergreepmoer
(22). Stel de gewenste hoek in. De ingestelde hoek
kan van de schaalverdeling (B) worden afgelezen.
Bevestig de parallelaanslag (5) na een geslaagde
instelling weer met de stergreepmoer (22).
10.1.2 Vlakschaafmachine - Bedrijf (afb. 9/10)
Let op! Neem de juiste montage van de spaanafzui-
ging (zie 8.3) in acht
• (smalle werkstukken zie afb. 9) Open de klem-
schroef (9) en verschuif de schaafbladafdekking (7)
zo ver als nodig is voor de breedte van het werk-
stuk. Haal vervolgens de klemschroef (9) weer aan.
• (brede, platte werkstukken zie afb. 10) Open de
stergreepmoer (6) en plaats de schaafbladafdek-
king. (13) net zo hoog als het werkstuk dik is. De
schaafafdekking (7) bedekt de hele mescilinder!
Draai de stergreepmoer (6) weer vast.
• Sluit de voedingsstekker met de voedingskabel aan.
Druk op de groene knop „I" om de schaafmachine
te starten.
• Leg het te bewerken werkstuk op de aanvoertafel
(12). Schuif het werkstuk indien mogelijk met behulp
van de schuifstok (16) naar voren in de richting van
de afnametafel (26) over de mescilinder
• Schakel de machine uit na beëindiging van de werk-
zaamheden. Druk daartoe op de rode knop „0".
Ontkoppel de machine vervolgens van de stroom-
voorziening.
• Verwijder spaanders en stof van de aanvoertafel
(12), afnametafel (26) en mescilinder, nadat de ma-
chine volledig tot stilstand is gekomen.
• Breng de schaafbladafdekking (7) weer in positie en
dek het schaafblad over de gehele lengte af.
10.2 Vandikteschaven
m LET OP! Trek vóór alle onderhouds-, schoonmaak-
en instelwerkzaamheden de netstekker uit het stop-
contact.
10.2.1 Instelling (afb. 4/11)
Plaats de slingerstang (10) op de spindel (19) en draai
de vandiktebank (21) naar de gewenste hoogte. De in-
gestelde hoogte kan van de schaalverdeling (C) wor-
den afgelezen.
www.scheppach.com