Ingebruikname
Verwijder de beschermfolie van de substraatbuizen verwijderen en plaats de substraatbui-
zen in het reservoir. (→ Substraatbuizen reinigen/vervangen)
In uitleveringstoestand zijn de substraatbuizen in folie verpakt.
Reinig de vijver grondig voor de eerste ingebruikname, zodat het filtersysteem niet vanwege te
sterk vervuild water overbelast raakt. Voor de reiniging adviseert OASE de vijverslibzuiger Pondo-
Vac.
Bij een nieuw aangelegde vijver kan de reiniging in de regel komen te vervallen.
Biologische filterstarter
De filterschuimen bereiken de volledige biologisch reinigende werking pas na enkele weken. Voor
de snelle groei van bacteriepopulaties wordt de OASE filterstarter Biokick aanbevolen. Micro-or-
ganismen vestigen zich in het filtersysteem, vermeerderen zich en zorgen door de groei van
overtollige voedingsstoffen voor een betere kwaliteit van het vijverwater.
Laat de UVC-zuiveringsunit gedurende ten minste 36 uur uitgeschakeld, als u filterstarters,
medicijnen of onderhoudsmiddelen voor vijvers gebruikt.
Hierdoor wordt de werking van de middelen niet verstoord.
Volgorde van de ingebruikname
Zo gaat u te werk:
1. Schuifafsluiter voor vuilafvoer sluiten.
2. Controleer het filtersysteem (leidingen en slangen) op volledigheid.
3. Haal het deksel van de behuizing.
4. Sluit de trafo voor de besturing op het elektriciteitsnet aan.
5. Filterpomp en evt. UVC-voorzuiveringsapparaat inschakelen.
– Het water moet via de terugloop in de vijver terugstromen.
6. Controleer alle pijpleidingen, slangen en hun aansluitingen op dichtheid.
– Uitzettende afdichtingen kunnen aanvankelijk ondicht zijn, omdat zij pas bij watercontact
geheel afdichten.
7. Indien nodig de besturing op de doorstroomhoeveelheid instellen. (→ Besturing instellen)
8. Werking van de ScreenMatic-bandeenheid controleren (→ Bediening)
9. Reservoirdeksel erop leggen.
Het apparaat mag uitsluitend met geplaatst deksel worden gebruikt.
Om de geluiden van de pomp te reduceren, de pomp bij een vaste installatie via flexibele,
drukvaste slangleidingen met het leidingnet verbinden.
Voor een maximale werking moeten de substraatbuizen volledig onder water liggen.
Als het waterniveau in het reservoir door de configuratie van het systeem hiervoor te
laag is, plaatst u de bovenste substraatbuis direct in de vijver, op een goed doorstroomde
plaats.
NL
127