6.2 AAN/UIT-schakelaar (4)
Breng de AAN/UIT-schakelaar (4) in stand 1 om
het apparaat aan te zetten.
Om het apparaat uit te schakelen brengt u de
AAN/UIT-schakelaar (4) in stand 0.
6.3 Persluchtslang met snelkoppeling (3)
Aansluiten:
Schuif de nippel van uw pneumatisch ge-
reedschap in de snelkoppeling, de huls springt
automatisch naar voor.
Loskoppelen:
Trek de huls terug en verwijder het gereedschap.
Voorzichtig! Bij het losmaken van de snelkoppe-
ling moet het koppelstuk worden vastgehouden
om verwondingen door de terugspringende slang
te vermijden.
6.4 Bandenvulmeter met adapters (afb. 2)
Werkdruk in bar: 0-8
Toepassingsgebied:
De bandenvulmeter maakt het gemakkelijk en
nauwkeurig vullen van banden mogelijk. De ma-
nometer dient ter controle van de bandenspan-
ning. Met het geïntegreerde afl aatventiel (e) is
het mogelijk om een te hoge bandenspanning te
verlagen.
Controleer na het vullen de ingestelde banden-
spanning met een geijkt meetinstrument, bijv. bij
een tankstation.
De bandenvulmeter is uitgerust met een ventie-
ladapter voor ventielen van autobanden.
Met behulp van de meegeleverde adapters kun-
nen ook andere ventieltypes worden gevuld.
Gebruik als uitblaaspistool (afb. 3)
Om de bandenvulmeter als uitblaaspistool te ge-
bruiken moet eerst de slang met de ventieladap-
ter voor autobanden eraf worden geschroefd. Nu
kan de uitblaasadapter (7) op de bandenvulmeter
worden geschroefd.
Toepassingsgebied:
Voor het reinigen/uitblazen van holle ruimtes of
moeilijk bereikbare plaatsen en voor het reinigen
van vervuild werkgereedschap. De traploos be-
dienbare trekker maakt een exacte dosering van
de perslucht mogelijk.
Anl_TC_AC_190_OF_Set_SPK13.indb 86
Anl_TC_AC_190_OF_Set_SPK13.indb 86
NL
Overschrijd niet de maximale bedrijfsdruk van 8
bar (ook gekenmerkt aan de achterkant van de
bandenvulmeter).
6.5 Handleiding voor de adapterset
Uit het volgende overzicht kunt u het juiste gebru-
ik van de adapters voor de verschillende ventie-
len afl eiden (voor de aansluiting van de adapter
aan de compressor zie afbeelding 7!).
•
Balnaald (afbeelding 4)
Toepassingsgebied: voor het oppompen van
ballen. De balnaald kan worden gebruikt voor
het oppompen van verschillende ballen.
TIP: Om beschadigingen van het ventiel
te vermijden moet u de balnaald iets
bevochtigen alvorens hem in te brengen.
•
Ventieladapter (afbeelding 5)
Toepassingsgebied: past voor Blitz- en
Presta-ventielen van fi etsbanden.
De ventieladapter maakt het mogelijk
fi etsbanden gemakkelijk op spanning te
brengen.
•
Conische universele adapter (afbeel-
ding 6)
Toepassingsgebied: de universele adapter
kan worden ingezet voor het vullen van
luchtmatrassen en dergelijke.
Gevaar! Richt de drukstraal nooit op uzelf of op
andere personen of dieren!
Voorzichtig! Voorwerpen opblazen over de aan-
bevolen druk kan schade aan voorwerpen veroor-
zaken of omstanders verwonden!
6.6 Wat te doen in uitzonderingsgevallen/
noodsituaties
1. Stop het werkproces.
2. Schakel het apparaat uit.
3. Trek de netstekker uit het stopcontact.
6.7 Na het gebruik
1. Schakel het apparaat uit.
2. Trek de netstekker uit het stopcontact.
3. Demonteer al het toebehoren van het ap-
paraat, zoals bijv. slang, bandenvulmeter enz.
4. Laat het apparaat vóór een reparatie of reini-
ging afkoelen.
5. Controleer het apparaat op mogelijke schade.
- 86 -
08.05.2023 08:35:27
08.05.2023 08:35:27