De optimale pendelbeweging voor de gewenste toepassing
kunt u proefondervindelijk bepalen. Daarbij gelden de vol-
gende adviezen:
– Hoe fijner en zuiverder de zaagrand moet worden, hoe
kleiner de pendelbeweging ingesteld moet worden, of de-
ze moet eventueel helemaal uitgeschakeld worden.
– Schakel bij de bewerking van dunne materialen (bijv. pla-
ten) de pendelbeweging uit.
– Werk in harde materialen (bijv. staal) met een kleine pen-
delbeweging.
– In zachte materialen en bij het zagen van hout in de rich-
ting van de nerf kunt u met maximale pendelbeweging
werken.
Verstekhoek instellen (zie afbeelding H)
De voetplaat (6) kan voor verstekzagen tot 45° naar rechts
of links gedraaid worden.
De afdekkap (18), de afzuigaansluiting (19) en het
antisplinterplaatje (17) kunnen bij verstekzagen niet worden
gebruikt.
– Duw de afzuigaansluiting (19) iets omhoog en trek deze
uit de voetplaat (6).
– Neem de afdekkap (18) en het antisplinterplaatje (17)
weg.
– Open de spanhendel (22) van de voetplaat en schuif de
voetplaat (6) iets in de richting van het netsnoer.
– Voor het instellen van nauwkeurige verstekhoeken heeft
de voetplaat rechts en links meerdere vastklikpunten.
Draai de voetplaat (6) volgens de verdeelschaal (21) in
de gewenste positie. Andere verstekhoeken kunt u met
een hoekmeter instellen.
– Schuif daarna de voetplaat (6) tot aan de aanslag in de
richting van het zaagblad (11).
– Sluit de spanhendel (22), om de voetplaat in de ingestel-
de positie te vergrendelen.
Voetplaat verplaatsen (zie afbeelding H)
Voor dichtbij de rand zagen kunt u de voetplaat (6) naar ach-
ter verplaatsen.
Open de spanhendel (22) van de voetplaat en schuif de
voetplaat (6) tot aan de aanslag in de richting van het net-
snoer. Sluit de spanhendel om de voetplaat te vergrendelen.
Het zagen met een verplaatste voetplaat (6) is alleen moge-
lijk met een verstekhoek van 0°. Bovendien mag het antis-
plinterplaatje (17) niet worden gebruikt.
Spanenblaasvoorziening
Met de luchtstroom van de spanenblaasvoorziening kan de
zaaglijn vrij van spanen gehouden worden.
Schakel de spanenblaasvoorziening voor werkzaamheden
met een grote spaanafname in hout, kunststof e.d. in. Schuif
hiervoor de schakelaar (7) in positie „I".
Schakel de spanenblaasvoorziening voor werkzaamheden in
metaal evenals bij aangesloten stofafzuiging uit. Schuif hier-
voor de schakelaar (7) in positie „0".
Bosch Power Tools
Ingebruikname
Let op de netspanning! De spanning van de stroom-
u
bron moet overeenkomen met de gegevens op het ty-
peplaatje van het elektrische gereedschap. Met 230 V
aangeduide elektrische gereedschappen kunnen ook
met 220 V worden gebruikt.
LED-werklicht inschakelen
Voor het in- of uitschakelen van het werklicht (12) drukt u op
de toets werklicht (1).
Kijk niet recht in het werklampje, het kan u verblin-
u
den.
In-/uitschakelen (GST 160 CE)
Zorg ervoor dat u de aan/uit-schakelaar kunt bedienen
u
zonder de handgreep los te laten.
Voor het inschakelen van het elektrische gereedschap
schuift u de aan/uit-schakelaar (3) naar voren, zodat op de
schakelaar „I" verschijnt.
Voor het uitschakelen van het elektrische gereedschap
schuift u de aan/uit-schakelaar (3) naar achter, zodat op de
schakelaar „0" verschijnt.
In-/uitschakelen (GST 160 BCE)
Zorg ervoor dat u de aan/uit-schakelaar kunt bedienen
u
zonder de handgreep los te laten.
Voor het inschakelen van het elektrische gereedschap drukt
u op de aan/uit-schakelaar (3).
Voor het vergrendelen van de aan/uit-schakelaar (3) houdt
u deze ingedrukt en schuift u de vergrendeling (2) naar
rechts of links.
Voor het uitschakelen van het elektrische gereedschap laat
u de aan/-uit-schakelaar (3) los. Bij een vergrendelde aan/
uit-schakelaar (3) drukt u deze eerst in en laat u deze daarna
los.
Nulspanningsbeveiliging
De nulspanningsbeveiliging voorkomt ongecontroleerd star-
ten van het elektrische gereedschap na een onderbreking
van de stroomtoevoer.
Voor de hernieuwde ingebruikname zet u de aan/uit-schake-
laar (3) in de uitgeschakelde stand en schakelt u het elektri-
sche gereedschap opnieuw in.
Constant Electronic
De Constant Electronic houdt het aantal zaagbewegingen bij
onbelast en belast lopen vrijwel constant en waarborgt een
gelijkmatig zaagvermogen.
Aantal zaagbewegingen regelen (GST 160 BCE)
U kunt het aantal zaagbewegingen van het ingeschakelde
elektrische gereedschap traploos regelen naarmate u de
aan/uit-schakelaar (3) verder of minder ver indrukt.
Lichte druk op de aan/uit-schakelaar (3) heeft een laag aan-
tal zaagbewegingen tot gevolg. Met toenemende druk wordt
het aantal zaagbewegingen groter.
Nederlands | 51
1 609 92A 65L | (06.11.2020)