•
Voeg nooit meer dan 1 afgestreken doseerschepje toe
(D2), anders kan de binnenkant van het apparaat vuil
worden of de trechter (A3) verstopt raken.
Let op:
Bij het gebruik van voorgemalen koffie kan slechts één kopje
koffie per keer gezet worden.
1. Druk op
(B3): de overeenkomstige led gaat branden;
2. Controleer dat de trechter niet verstopt is en voeg dan
een afgestreken doseerschepje voorgemalen koffie toe
(afb. 22).
3. Plaats een kopje onder de tuitjes van de koffieuitloop
(A16) (afb.21).
4. Selecteer de gewenste drank (B7);
5. De bereiding wordt gestart en op het bedieningspaneel
(B) knippert de led van de drank die wordt bereid.
8.4 Algemene aanduidingen voor de bereiding
van koffiedranken
•
Tijdens het gebruik kunnen op het bedieningspaneel (B)
lampjes gaan branden, waarvan de betekenis wordt toe-
gelicht in hoofdstuk "17. Betekenis van de lampjes".
•
Verwijs voor het verkrijgen van een warmere koffie naar
paragraaf "8.7 Tips voor een warmere koffie".
•
Als de koffie druppelsgewijs, weinig volumineus, met
weinig crème of koud wordt afgegeven, lees dan de tips
van hoofdstuk "18. Problemen oplossen".
•
Om de dranken op basis van uw smaak te personaliseren,
moet verwezen worden naar de paragrafen "8.5 Wijziging
van de sterkte van de koffie" en "8.9 De hoeveelheid in het
kopje personaliseren".
Let op:
In de energiebesparende modus heeft het apparaat enkele se-
conden nodig voor het leveren van de eerste koffie, omdat het
apparaat moet opwarmen.
8.5 Wijziging van de sterkte van de koffie
1. Druk op de toets (B4) van de gewenste sterkte:
22
Mild
2. Ga verder en selecteer de gewenste koffiedrank.
Opgelet:
•
Bij de volgende bereiding zal de machine de laatst gese-
lecteerde sterkte voorstellen.
•
In geval van een stroomuitval zal de machine terugkeren
naar het gemiddelde standaardniveau.
8.6 Spoeling
Door middel van deze functie is het mogelijk om heet water uit
de koffieuitloop te laten stromen en het interne circuit van de
machine te reinigen en te verwarmen.
1. Plaats onder de koffieuitloop (A16) een bakje met een
minimuminhoud van 100ml (afb. 5).
2. Houd de toets
drukt: de bereiding start en wordt automatisch onder-
broken (druk nogmaals op de toets als u eerder wenst te
onderbreken).
Let op:
•
Wanneer het apparaat langer dan 3-4 dagen niet gebruikt
wordt, wordt met klem aangeraden om, na het opnieuw
inschakelen van het apparaat, 2-3 spoelingen uit te voe-
ren alvorens het te gebruiken;
•
Het is normaal dat er na het uitvoeren van deze functie
water aanwezig is in het koffiedikbakje (A10).
8.7 Tips voor een warmere koffie
Voor het verkrijgen van een warmere koffie, raden we aan:
•
een spoeling uit te voeren (zie paragraaf "8.6 Spoeling
"
"
);
•
de kopjes voor te verwarmen met de functie heet water
(Hot water);
•
de temperatuur van de koffie te verhogen (zie hoofdstuk
"12. Menu instellingen").
8.8 Afstelling van de koffiemolen
De koffiemolen mag niet worden afgesteld, althans in het
begin, aangezien deze reeds in de fabriek is ingesteld voor het
verkrijgen van een correcte koffieafgifte.
Let op:
Deze regelknop mag alleen verdraaid worden wanneer de kof-
fiemolen in werking is, tijdens de eerste fase van de bereiding
van de dranken met koffie.
Voor het verrichten van een correctie, moet tijdens de wer-
king van de koffiemolen de regelknop (A2) als volgt worden
ingesteld:
10
Gemiddeld
Sterk
(B6) ten minste 5 seconden inge-