YATO YT-84910 Manual Del Usuario página 106

Motosierra de gasolina
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 80
NL
opzicht van de eerste. Er moet dus een "valkerf" van de stam worden uitgesneden. Aan de andere kant van de stam begint u
loodrecht tegen de stamas te snijden, iets hoger (ca. 4 cm) dan de basis van de valkerf. De stam niet doorzagen! Laat een afstand
van ongeveer 1/10 van de stamdiameter. Daarna de splijtwig in de kerf brengen aan de andere kant ten opzicht van geplande
valrichting. (XVIII)
Als de boom al tijdens het zagen valt, verwijdert u de zaag van de stam en gaat u weg naar een veilige afstand met gebruik van
voorbereide vluchtweg.
Als de kettingzaag tijdens het zagen wordt vastgeklemd, mag u deze nooit in deze positie met draaiende motor laten. Schakel de
motor van de kettingzaag uit en verwijder de zaag met behulp van wiggen uit de stam.
Leef bij het in stukken snijden van een boom de volgende regels na.
Plaats het hout op een zaagbok of staanders zodat het snijstuk vrij op de grond kan vallen zonder de zaag vast te klemmen. Bij
vastgeklemde kettingzaag volg de bovenstaande instructies.
De ketting en de geleidingsbalk mogen niet de grond raken of met de grond vervuild worden.
Het gebruik van de kettingzaag om een heg te vormen of struiken te snijden is verboden.
Tijdens het werken op een helling blijf altijd boven het gesneden hout.
Bij het doorzagen van een gespannen boom moet u bijzonder voorzichtig zijn en indien mogelijk laat deze werkzaamheid een
gekwalifi ceerde houthakker uitvoeren.
Bij het zagen van hout dat aan beide uiteinden onder spanning staat en aan beide uiteinden wordt ondersteund, moet u dat van
bovenaf snijden tot een diepte van 1/3 diameter en vervolgens de snede van onderaf afwerken.
Als het hout alleen aan één uiteinde wordt ondersteund, snijdt u het hout van onderaf tot een diepte van 1/3 van de diameter en
vervolgens werkt u de snede van bovenaf af. (XIX)
Op deze manier vermindert u de kans op beknelling van de kettingzaag bij het snijden.
7. ONDERHOUD VAN DE KETTINGZAAG
Voordat u een van de onderstaande werkzaamheden begint, schakel de kettingzaag uit. Controleer, of de motor koel is. Draai de
bougie los om onbedoelde starten van de motorzaag te voorkomen.
Bij elke werkzaamheden aan de ketting is het dragen van veiligheidshandschoenen verplicht.
7.1. Bougies vervangen en onderhouden (XX)
Om de bougie te vervangen, verwijder het luchtfi lterdeksel en trek het luchtfi lter uit.
Verwijder de rubber hoes van het bougiecontact en draai de bougie met de meegeleverde sleutel los.
Controleer de toestand van de bougie-elektroden. Als de bougie-elektroden vervuild zijn, probeer dan deze met een draadborstel
te reinigen. Als de reiniging niet het gewenste resultaat oplevert, vervangt u de bougie door een nieuwe. Controleer de toestand
van de bougie minimaal eenmaal per maand.
7.2. Onderhoud van het luchtfi lter (XXI)
Het luchtfi lter moet na elk gebruik van de kettingzaag worden onderhouden.
De stof en grotere vuildeeltjes uit het fi lter kunt u verwijderen door het fi lterframe zachtjes op een hard oppervlak te kloppen. Het
fi ltergaas wordt gereinigd nadat het fi lter half is gevouwen, het net kan men met de petroleumether reinigen. Het vuil kan ook met
behulp van perslucht van het fi lternet naar buiten uitgeblazen worden.
7.3. Onderhoud en reiniging van de olie-installatie (XXII)
Reinig het en oliekanaal in de geleidingsbalk na elk gebruik van de kettingzaag.
Na het verwijderen van het zijpaneel en geleidingsbalk controleer de toestand van de olie-sleuf en verwijder het vuil indien nodig.
Verwijder de ketting van de geleidingsbalk. Verwijder de spanen en vuil van de geleidingsbalk. Reinig de geleidingsgroef van
de ketting en het gat van de olietoevoer. Smeer het tandwiel op de top van de geleidebalk met enkele druppels olie door het
smeergat.
De geleidingsgroef van de ketting kan slijten tijdens het gebruik. Draai de geleidingsbalk regelmatig om en controleer de gelei-
dingsgroef op de vorm. Als u een groefvorm zoals afgebeeld in fi g. (XXIII) waarneemt, vervang de geleidingsbalk door een nieu-
we. De slijtage van de geleidingsgroef kunt u controleren door een liniaal op de geleidingsbalk te plaatsen. Als de liniaal niet aan
de geleider aanligt, is de toestand van de geleidingsgroef goed. Anders moet u de geleidingsbalk vervangen.
7.4. Overige onderhoudswerkzaamheden
Controleer ook na elk gebruik de algemene toestand van de zaag. Draai de losse schroefverbindingen aan. Controleer de zaag
lekkage van brandstof en olie. Controleer of de ventilatieopeningen het lucht doorlaten. Controleer of alle afdekkingen en behui-
zingen in goede staat zijn en zonder breuken. Eventuele vastgestelde gebreken moet u verholpen voordat er met de verdere
werkzaamheden wordt begonnen.
7.5. Onderhoud van cilinderribben (XXIV)
Verontreinigingen die zich in de cilinderribben ophopen, kunnen tot oververhitting van de motor leiden. Reinig regelmatig de
sleuven tussen de cilinderribben. Verwijder hiervoor het luchtfi lterdeksel, demonteer het luchtfi lter en draai de bougie los. Draai
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
106
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido