Onderhoud
42
Component
Vacuümsysteem
Membraan en ventielplaten/
afdichtingen
Tab.15: Onderhoudsschema
9.2 Reiniging
MELDING
9.2.1 Vacuümsysteem drogen
WAAR-
SCHUWING
à
Droog het vacuümsysteem vóór het uitschakelen onder
atmosferische omstandigheden (omgevingsdruk) onge-
veer 5 minuten met lucht (indien nodig om veiligheidsre-
denen: met een inert gas).
Vertaling van de originele bedienings-instructies, KNF 325562-325564 06/21
Vacuümsysteem SH820G / SR820G SH840G / SR840G
Onderhoudsinterval
à
à
à
Zorg er bij reinigingswerkzaamheden
voor dat er geen vloeistoffen in de be-
huizing terechtkomen.
Persoonlijk letsel door vergiftiging of
explosie en beschadiging van het va-
cuümsysteem
à
Zorg ervoor dat de gasballast ge-
sloten is bij het spoelen van het
vacuümsysteem met inert gas,
zodat er geen reactieve of explo-
sieve mengsels ontstaan.
Controleer de pomp regel-
matig op uitwendige be-
schadigingen of lekkage.
Controleer regelmatig op
merkbare veranderingen
in geluid en trillingen.
Uiterlijk vervangen als de
pompcapaciteit afneemt.