GYS CARMIG Manual De Instrucciones página 56

Vertaling van de originele handleiding
AFWIJKINGEN, OORZAKEN, OPLOSSINGEN
SYMPTOMEN
De draadaanvoer is niet constant.
De aanvoermotor van de haspel
werkt niet.
Slechte draadaanvoer.
Geen lasstroom.
Controleer de trekker van de toorts.
De lasrups is poreus.
Zeer grote vonkdelen.
Geen gas aan de toorts uitgang.
56
CARMIG
MOGELIJKE OORZAKEN
De spatten verstoppen de opening.
De draad glijdt niet mee met de
rollers.
De rem van de spoel of van de rollers
zit te strak.
Probleem met de stroomvoorziening
De mantel die de draad leidt is vies
of beschadigd.
De rem van de draadspoel zit te
strak.
Slechte aansluiting aan het stop-
contact.
Slechte aarding.
Voedingsschakelaar buiten gebruik.
De mantel die de draad leidt is
verpletterd.
Het blokkeren van de draad in de
toorts.
Geen capillaire buis.
De snelheid van de draadaanvoer is
te hoog.
De lasrups is poreus.
Gasfles is leeg.
Gas kwaliteit is niet voldoende.
Luchtstroom of invloed wind.
Gasbuis is vies.
Slechte draadkwaliteit.
Toestand van het lasoppervlak van
slechte kwaliteit. (roest, enz.....)
Boogspanning is te laag of te hoog.
Slechte aarding.
Beschermgas is onvoldoende.
Slechte gasaansluiting.
OPLOSSINGEN
Vervang de contact buis of maak die schoon, daarna anti hecht
middel erop doen.
- Controleer de druk op de rollers of vervang ze.
- Diameter van de draad is niet passend voor de roller.
- De mantel die de draad naar de toorts leidt is niet passend.
Draai de rem en de rollers los.
Controleer of de stroomschakelaar op "ON" staat.
Reinigen of vervangen.
Draai de rem los.
Kijk naar de aansluiting van de stekker en controleer of deze met
een drie fase gevoed wordt.
Controleer de massa kabel (aansluiting en staat van de klem).
Controleer de trekker van de toorts.
Controleer de mantel en de toorts.
Vervangen of schoonmaken.
Controleer de aanwezigheid van de capillaire buis.
Verlaag de aanvoersnelheid van de draad.
Regelbereik tussen 15 en 20 L/min.
Reinigen van het basismetaal.
Vervangen.
Vervangen.
Tocht voorkomen, lasgebied beschermen.
Maak de gasbuis schoon of vervang de buis.
Geschikte MIG-MAG lasdraad gebruiken.
Het werkstuk reinigen voor het lassen.
Lasinstellingen controleren.
Controleer en plaats de aardklem zo dicht mogelijk bij het te
lassen stuk.
Gasstroom aanpassen.
Kijk of de gasaansluiting aan de kant van de motor goed aanges-
loten is.
NL