R-85ST-A_[NL CkBk].qxd
OPWARMEN
G Kant-en-klaar maaltijden in aluminium bakjes moeten
uit het aluminiumbakje worden verwijderd en op
een bord of in een schaal worden opgewarmd.
G Verwijder de deksels van gesloten bakjes.
G Het voedsel moet met magnetronfolie, een bord
of deksel (verkrijgbaar in winkels) worden
afgedekt zodat het oppervlak niet uitdroogt.
Dranken hoeven niet te worden afgedekt.
G Plaats een glazen roerstaaf in de kom bij het koken
van vloeistoffen zoals water, koffie, thee of melk.
G Roer grote volumes indien mogelijk van tijd tot
tijd en zorg ervoor dat de temperatuur gelijk
verspreid is.
ONTDOOIEN
Uw magnetron leent zich uitstekend voor het ont-
dooien van voedsel. De ontdooitijden zijn meestal
aanzienlijk korter dan bij de traditionele ontdooimeth-
oden. Hieronder volgen enkele tips. Verwijder de ver-
pakking van het diepvriesvoedsel en plaats het
diepvriesgerecht op een bord om te ontdooien.
SCHALEN EN BAKKEN
Magnetronschalen en –bakken zijn vooral ideaal
voor het ontdooien en opwarmen van voedsel
aangezien ze bestand zijn tegen diepvriestempera-
turen (beneden –40° C) en zeer hoge temperaturen
(tot ongeveer 220° C). U kunt daarom dezelfde
schaal of bak gebruiken om het voedsel te ont-
dooien, op te warmen en zelfs te koken.
AFDEKKEN
Dek dunne delen met kleine strips
aluminiumfolie af voor het ont-
dooien. Ontdooide of warme
delen moeten ook tijdens het ont-
dooien met reepjes aluminium
worden afgedekt. Dit voorkomt dat de dunne delen
te warm worden terwijl de dikkere delen nog
bevroren zijn.
JUISTE INSTELLING
Het is beter om de magnetron op een te laag dan
een te hoog vermogen in te stellen. Hierdoor zal het
voedsel gelijkmatig ontdooien. Als het magnetron-
vermogen te hoog is ingesteld, dan begint de
buitenkant van het voedsel al te koken terwijl de
binnenkant nog bevroren is.
8/4/07
2:35 PM
Page NL-26
NL-26
G De vermelde opwarmtijden zijn voor voedsel bij
een kamertemperatuur van 20° C. De opwarmtijd
voor voedsel in koelkasten moet iets hoger zijn.
G Laat het voedsel na het opwarmen 1-2 minuten
nagaren zodat de temperatuur in het voedsel
gelijkmatig wordt verdeeld (standtijd).
G De verstrekte tijden zijn richtlijnen die afhanke-
lijk van de begintemperatuur, het gewicht, het
watergehalte, het vetgehalte of het te bereiken
resultaat kunnen variëren.
OMKEREN/ROEREN
Bijna
alle
moeten van tijd tot tijd omge-
keerd
of
Probeer zo vroeg mogelijk aan
elkaar geplakte stukken te schei-
den en anders neer te leggen.
KLEINE PORTIES...
Kleine porties ontdooien sneller en meer gelijkmatig
dan grote porties. Wij raden u aan zo klein
mogelijke porties in te vriezen. Dit stelt u in staat om
volledige menu's snel en simpel klaar te maken.
KWETSBAAR VOEDSEL
Voedsel zoals taarten, slagroom, kaas en brood
mogen slechts gedeeltelijk worden ontdooid en
moeten hierna volledig ontdooien op kamertemper-
atuur. Hierdoor voorkomt u dat de buitenkant te heet
wordt terwijl de binnenkant nog is bevroren.
STANDTIJD
Dit is vooral belangrijk na het ontdooien van voedsel,
aangezien het ontdooien gedurende deze tijd door-
gaat. In de ontdooitabel vindt u standtijden voor ver-
schillende voedingsmiddelen. Dikke, compacte voed-
ingsmiddelen vereisen een langere standtijd dan dun-
nere of poreuze voedingsmiddelen. Als het voedsel
niet voldoende ontdooid is, dan kunt u dit in de mag-
netron verder ontdooien of de standtijd verlengen.
Na het einde van de standtijd moet u het voedsel zo
snel mogelijk bereiden en niet opnieuw invriezen.
voedingsmiddelen
geroerd
worden.