4. Bediening
Bedieningselementen en weergaven
Kalibrering (alleen bij seca 242)
Een kalibrering is alleen dan nodig als het onderste eind van de meetstok zich niet exact
op het standvlak bevindt. Misschien is de boor bij de montage weggegleden of heeft u
bewust een andere montagehoogte gekozen om het meetbereik te variëren.
De kalibrering behoeft slechts 1 keer uitgevoerd te worden.
– Houd de toets ZERO ingedrukt en
schakel dan het display in met de toets
START.
Er verschijnt een knipperende getal – dat
is de kalibreerteller.
– Laat de toets ZERO los en druk deze
dan opnieuw minstens 1,5 seconden
lang in.
– Zet een duimstok of een andere beken-
de maat onder de hoofdaanslag.
– Vergelijk de weergegeven waarde met
de werkelijke waarde. Deze moeten
met elkaar overeenkomen.
116