Inleiding En Algemene Beschrijving - Telwin T CHARGE 12 Manual De Instrucciones

Tabla de contenido
een soortgelijke ruimte wordt gebruikt, moet
All manuals and user guides at all-guides.com
men hem in een lokaal of in een omgeving
plaatsen die speciaal voor dit doel bestemd
is.
- Ingrepen van herstellingen of onderhoud
aan de binnenkant van de batterijlader
mogen alleen uitgevoerd worden door
personeel met ervaring.
- OPGELET:
ALTIJD LOSKOPPELEN VAN HET NET
VOORDAT MEN GELIJK WELKE INGREEP
VAN GEWOON ONDERHOUD VAN DE
BATTERIJLADER UITVOERT, GEVAAR!

2. INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING

- Met deze acculader kunnen niet-gesloten
loodaccu's met elektrolyt worden opgeladen
die worden gebruikt in motorvoertuigen
(benzine en diesel), motoren, boten, enz.; de
acculader is ook geschikt voor het opladen
van gesloten accu's.
- Oplaadbare accu's op grond van de
beschikbare uitgangsspanning: 6V / 3 cellen;
12V / 6 cellen.
- Dit model is een acculader met voeding
230V 50/60 Hz eenfasig, met constante
elektronisch bestuurde stroom en spanning.
De laadstroom en -spanning die door het
apparaat worden geleverd, volgen de
laadkarakteristiek IU.
- Oorspronkelijke uitrusting:
- In uitgang kunnen verschillende soorten
kabels
met
verbonden voor het opladen van de accu's:
- kabels met oogjes (afb. B-1);
- kabels met klemmen (afb. B-2).
3. BESCHRIJVING VAN DE ACCULADER
Controle-, regel- en signaleringssystemen.
- Selectie van de laadstroom/laadspanning:
Met de toets die op afb. A-1 staat afgebeeld,
kan het opladen worden ingesteld op 1A
- 6V, 1A (
) 12V, 4A (
leds van afb. A-2 gaan branden volgens de
geselecteerde laadstroom.
Door de toets van afb. A-1 3 seconden
ingedrukt te houden, kunnen de functies
"AGM
" en "RECOVERY
worden geactiveerd:
- "AGM
" functie voor het opladen van
een accu van het type "AGM": loodaccu's,
verzegeld, elektrolyt op absorberend
materiaal, of voor het opladen van een
algemene accu bij lage temperaturen,
onder 0°C "COLD".
- "RECOVERY
begin van het laden, voor het herstellen
van gesulfateerde accu's.
- Signalering:
- Gele led (
) (afb. A-5): omkering van de
polariteit, Gevaar!!! De aansluiting van
de laadklemmen omdraaien!
- Oranje led "25%" (afb. A-3): laden
bezig.
- Oranje led "50%" (afb. A-3): laden
bezig.
- Groene led "75%" (afb. A-3): laden bezig.
- Groene led "100%" (afb. A-3): laden
voltooid.
4. INSTALLATIE
PLAATS VAN DE ACCULADER
- Tijdens de werking de acculader stabiel
neerzetten.
- De
acculader
voedingskabel of de laadkabel.
DE
VOEDINGSKABEL
het
apparaat
) 12V: de
" (afb. A-4)
" extra functie, aan het
niet
optillen
aan
AANSLUITEN OP HET ELEKTRICITEITSNET
- De acculader mag uitsluitend worden
aangesloten
waarvan de nulgeleider is aangesloten op de
aarde.
Controleren of de netspanning gelijk is aan
de bedrijfsspanning.
- De voedingslijn moet voorzien zijn van
beschermingssystemen, zoals zekeringen of
automatische onderbrekers, die voldoende
zijn voor het opnamemaximum van het
apparaat.
- De acculader moet op het elektriciteitsnet
worden aangesloten met de speciale kabel.
- Eventuele
voedingskabel
doorsnede hebben en mogen nooit dunner
zijn dan de bijgeleverde kabel.
5. WERKING
VOORBEREIDING OP HET LADEN
N.B.: Voor het laden controleren of de
capaciteit van de accu's (Ah) die moeten
worden opgeladen niet lager is dan de
capaciteit die staat aangegeven op het
serieplaatje (C min).
De instructies precies in de hieronder
aangegeven volgorde uitvoeren.
- De deksels van de accu's (indien aanwezig)
verwijderen, zodat de gassen die worden
geproduceerd tijdens het laden naar buiten
worden
kunnen.
- Controleren
accuplaatjes bedekt; als deze bloot liggen,
gedestilleerd water toevoegen totdat ze 5
-10 mm onder staan.
OPGELET! WEES ZEER VOORZICHTIG TIJDENS
DEZE HANDELING OMDAT ELEKTROLYT EEN
STERK CORROSIEF ZUUR IS.
- Controleren of de acculader is losgekoppeld
van het elektriciteitsnet.
- De
polariteit
controleren: positief (symbool +) en negatief
(symbool -).
LET OP: als de symbolen niet te onderscheiden
zijn, onthoud dan dat de positieve klem de
klem is die niet is aangesloten op het chassis
van de auto.
- De rode laadklem aansluiten op de positieve
klem van de accu (symbool +).
- De zwarte laadklem aansluiten op het chassis
van het voertuig, ver weg van de accu en de
brandstofleiding.
LET OP: als de accu niet in de auto is
geïnstalleerd, direct aansluiten op de
negatieve klem van de accu (symbool -).
LADEN
- De acculader voeden door de voedingskabel
in het stopcontact te steken.
- De laadstroom/laadspanning selecteren met
de toets van afb. A-1. In deze fase werkt de
acculader en houdt deze de laadstroom/
laadspanning op een constant niveau.
EINDE OPLADEN
- De batterijlader meldt middels het aangaan
van de groene led "100%" (fig. A-3) dat het
opladen beëindigd is.
- De voeding wegnemen van de batterijlader
de
en
hierbij
stopcontact nemen.
- De zwarte tang van het opladen loskoppelen
- 18 -
op
een
voedingssysteem
verlengingen
moeten
een
of
het
elektrolytpeil
van
de
accuklemmen
de
voedingskabel
van
de
voldoende
de
uit
het
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

T-charge 12

Tabla de contenido