Documentatie kan worden gedownload in PDFformaat op
NL
het volgende adres: www.telwin.com/usermanual
OPGELET:
VOORDAT
GEBRUIKT, AANDACHTIG DE INSTRUCTIEHANDLEIDING
LEZEN
1. ALGEMENE VEILIGHEID VOOR HET GEBRUIK
- Het contact met het zuur van de batterij vermijden.
Ingeval men bespat wordt door of in contact komt
met het zuur, het betrokken gedeelte onmiddellijk
spoelen met zuiver water. Verder blijven spoelen tot
de aankomst van de arts.
- Tijdens het opladen laten de batterijen explosief gas
vrij, vermijd dat er zich vlammen en vonken vormen.
NIET ROKEN.
- De op te laden batterijen op een verluchte plaats
zetten.
- De ogen beschermen. Altijd een beschermende bril
dragen wanneer men werkt met accu's met zuur lood.
- Zich op een gepaste manier kleden. Geen brede kleren
of juwelen dragen die in de beweeglijke gedeelten
kunnen
verstrikt
raadt men het dragen van elektrisch geïsoleerde
beschermende kledij en antislip schoenen aan. Voor
wie lang haar heeft, een alles omvattend hoofddeksel
dragen.
- De niet ervaren personen moeten op een adequate
manier opgeleid worden voordat ze het toestel
gebruiken.
- Het apparaat kan worden gebruikt door kinderen
vanaf 8 jaar en door personen met beperkte fysieke,
zintuiglijke of mentale capaciteit, door personen
zonder ervaring of de benodigde kennis, mits deze
onder toezicht staan of nadat deze instructies hebben
gekregen over een veilig gebruik van het apparaat en
over het begrip van de gevaren die met het apparaat
gepaard gaan.
- Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
- De reiniging en het onderhoud dat door de gebruiker
moeten worden uitgevoerd, mogen niet worden
uitgevoerd door kinderen die niet onder toezicht
staan.
- De
batterijlader
en
werken
in
goed
BLOOTSTELLEN AAN REGEN OF SNEEUW.
- De voedingskabel loskoppelen van het net voordat
de kabels voor het opladen worden aangesloten op of
losgekoppeld van de batterij.
- De tangen niet aansluiten op of loskoppelen van de
batterij met de batterijlader in werking.
- De batterijlader geenszins gebruiken binnen in de
auto of in de motorkap.
- De voedingskabel alleen vervangen met een originele
kabel.
- Als het snoer is beschadigd, moet het worden
vervangen door de fabrikant of diens technische
dienst of in ieder geval door iemand met een dergelijke
deskundigheid, om ieder risico te vermijden.
- De batterijlader niet gebruiken om niet heroplaadbare
MEN
DE
BATTERIJLADER
geraken.
Tijdens
de
uitsluitend
binnen
verluchte
ruimten:
batterijen terug op te laden.
- Verifiëren of de beschikbare voedingsspanning
overeenstemt met diegene die aangeduid staat op de
plaat met de gegevens van de batterijlader.
- Om de elektronica van de voertuigen niet te
beschadigen, de waarschuwingen geleverd door de
fabrikanten van de voertuigen of van de gebruikte
batterij strikt opvolgen.
- Deze
schakelaars of relais, die bogen of vonken kunnen
veroorzaken; bijgevolg, indien de batterijlader in een
garage of in een soortgelijke ruimte wordt gebruikt,
moet men hem in een lokaal of in een omgeving
plaatsen die speciaal voor dit doel bestemd is.
- Ingrepen van herstellingen of onderhoud aan de
binnenkant
uitgevoerd worden door personeel met ervaring.
- OPGELET:
LOSKOPPELEN VAN HET NET VOORDAT MEN GELIJK
WELKE INGREEP VAN GEWOON ONDERHOUD VAN
DE BATTERIJLADER UITVOERT, GEVAAR!
- De
batterijlader
contacten middels een aardegeleider zoals wordt
voorgeschreven voor de toestellen van klasse I.
Controleren of het contact voorzien is van een
beschermende aardeaansluiting.
- Sluit bij modellen die deze niet hebben stekkers
met het juiste vermogen aan, niet minder dan de
waarde van de zekering die staat aangegeven op het
serieplaatje.
- Apparatuur van klasse A:
Deze acculader voldoet aan de vereisten van de
technische standaard van het gebruikte product in een
industriële omgeving en voor professionele doeleinden.
werken
Er wordt niet gegarandeerd dat het product voldoet aan
de elektromagnetische compatibiliteit in huizen en in
gebouwen die direct zijn aangesloten op een voedingsnet
met laagspanning voor huishoudelijk gebruik.
2. ALGEMENE BESCHRIJVING
Acculader voor het opladen van loodaccu's WET, EFB, GEL,
AGM + (Ca) en lithiumaccu's, gebruikt in motorvoertuigen
(benzine en diesel) en elektrische voertuigen: auto's,
motorvoertuigen, motoren, boten, enz. Er kunnen accu's
worden opgeladen van 12V, 24V; ook de startmodus
12V (geen 24 V) is voorzien (alleen voor voertuigen met
benzine- en dieselmotor).
Oplaadbare accu's op grond van de beschikbare
uitgangsspanning: 12V / 6 cellen; 24V / 12 cellen.
3. INSTALLATIE
3.1 PLAATS VAN DE ACCULADER
Zorg er tijdens de werking voor dat de acculader stabiel
staat en controleer of de lucht vrij door de luchtopeningen
kan stromen zodat er voldoende ventilatie is.
3.2 AANSLUITEN OP HET ELEKTRICITEITSNET
gebruiken
- De acculader mag uitsluitend worden aangesloten
NIET
op een voedingssysteem waarvan de nulgeleider is
aangesloten op de aarde.
- Controleer of de spanning van het elektriciteitsnet
overeenkomt
acculader die op het serieplaatje staat.
- De
beschermingssystemen,
automatische onderbrekers, die voldoende zijn voor het
opnamemaximum van het apparaat.
- De acculader moet op het elektriciteitsnet worden
aangesloten met de speciale voedingskabel.
- Eventuele verlengingen van de voedingskabel moeten
een voldoende doorsnede hebben en mogen nooit
dunner zijn dan de voedingskabel van het apparaat.
- Het is altijd verplicht om het apparaat te aarden met de
- 19 -
batterijlader
bevat
van
de
batterijlader
DE
VOEDINGSKABEL
is
beschermd
met
de
werkingsspanning
voedingslijn
moet
zoals
componenten,
zoals
mogen
alleen
ALTIJD
tegen
indirecte
van
de
voorzien
zijn
van
zekeringen
of