nl
NEDERLANDS
Originele gebruikaanwijzing
Inhoudsopgave
1. Conformiteitsverklaring
2. Doelmatig gebruik
3. Algemene veiligheidsvoorschriften
1. Conformiteitsverklaring
Wij verklaren op eigen en uitsluitende
verantwoording dat: deze tafelcirkelzagen,
geïdentificeerd door type en serienummer *1),
voldoen aan alle relevante bepalingen van de
richtlijnen *2) en normen *3). Testrapport *4),
Testende instantie van afgifte *5), Technische
documentatie bij *6) - zie pagina 3.
2. Doelmatig gebruik
De tafelcirkelzaag is bedoeld om massief hout,
fineerhout, spaanplaten, meubelplaten,
kunststoffen en gelijksoortige materialen in de
lengte of dwars door te zagen.
Metaal zagen is toegestaan, mits er op het
volgende gelet wordt:
- Alleen met geschikt zaagblad
(zie hoofdstuk 13. Toebehoren")
- Alleen non-ferro metalen
(geen hardmetaal of gehard metaal, geen
magnesium)
Het zagen van ronde werkstukken is niet
toegestaan, aangezien ze de neiging hebben
door het draaiende zaagblad weg te draaien.
Bij het smalkantzagen van vlakke werkstukken
moet een geschikte aanslag gebruikt worden om
een veilige geleiding te garanderen.
Het apparaat mag niet gebruikt worden voor het
maken van sponningen of groeven.
Het apparaat niet gebruiken voor inkepingen (in
het werkstuk eindigende groef).
Het apparaat niet voor invalzagen gebruiken.
Het is ten stelligste verboden om het apparaat te
gebruiken voor een doel waarvoor het niet
ontworpen werd of waarvoor het niet geschikt is.
De fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid af als
de machine niet gebruikt wordt zoals
voorgeschreven of als ze gebruikt wordt voor een
doel waarvoor ze niet ontworpen werd of niet
geschikt is.
Een ombouw van de machine of het gebruik van
onderdelen die niet gekeurd en vrijgegeven zijn
door de fabrikant kunnen tijdens het gebruik
onvoorzienbare beschadigingen veroorzaken.
3. Algemene
veiligheidsvoorschriften
Let voor uw veiligheid en die van het
elektrisch gereedschap op de passages
die zijn voorzien van dit symbool!
WAARSCHUWING - Lees de
gebruiksaanwijzing om het risico van letsel
te verminderen.
Geef uw elektrisch gereedschap alleen met deze
documenten aan anderen door.
Algemene veiligheidsinstructies voor
elektrisch gereedschap
30
WAARSCHUWING - Lees alle
veiligheidsinstructies, aanwijzingen,
afbeeldingen en technische specificaties die
samen met dit elektrische gereedschap
worden geleverd. Als de hieronder vermelde
aanwijzingen niet worden opgevolgd, kan dit een
elektrische schok, brand en/of ernstig letsel tot
gevolg hebben.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen goed met het oog op toekomstig
gebruik! Het in de veiligheidsinstructies gebruikte
begrip "elektrisch gereedschap" heeft betrekking
op elektrisch gereedschap voor gebruik op het
stroomnet (met stroomkabel) en op elektrisch
gereedschap voor gebruik met een accu (zonder
stroomkabel).
3.1
Veiligheid op de werkplek
a) Houd uw werkomgeving schoon en goed
verlicht. Een rommelige of onverlichte
werkomgeving kan tot ongevallen leiden.
b) Werk met het elektrische gereedschap niet
in een omgeving met explosiegevaar waarin
zich brandbare vloeistoffen, gassen of stoffen
bevinden. Elektrisch gereedschap veroorzaakt
vonken die het stof of de dampen tot ontsteking
kunnen brengen.
c) Houd kinderen en andere personen tijdens
het gebruik van het elektrisch gereedschap uit
de buurt. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de
controle over het gereedschap verliezen.
3.2
Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrisch
gereedschap moet in het stopcontact passen.
De stekker mag in geen geval worden
veranderd. Gebruik geen adapterstekkers in
combinatie met geaarde elektrische
gereedschappen. Onveranderde stekkers en
passende stopcontacten beperken het risico van
een elektrische schok.
b) Voorkom aanraking van het lichaam met
geaarde oppervlakken, zoals bijvoorbeeld
buizen, verwarmingen, fornuizen en
koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico door
een elektrische schok wanneer uw lichaam geaard
is.
c) Houd het elektrisch gereedschap uit de
buurt van regen en vocht. Het binnendringen
van water in elektrisch gereedschap vergroot het
risico van een elektrische schok.
d) Gebruik de kabel niet voor een verkeerd
doel, om het elektrische gereedschap te
dragen of op te hangen of om de stekker uit
het stopcontact te trekken. Houd de kabel uit
de buurt van hitte, olie, scherpe randen en
bewegende gereedschapdelen. Beschadigde
of in de war geraakte kabels vergroten het risico
van een elektrische schok.
e) Wanneer u buitenshuis met elektrisch
gereedschap werkt, dient u alleen
verlengkabels te gebruiken die voor gebruik
buitenshuis geschikt zijn. Het gebruik van een
voor gebruik buitenshuis geschikte verlengkabel
beperkt het risico van een elektrische schok.
f) Als het gebruik van het elektrisch
gereedschap in een vochtige omgeving
onvermijdelijk is, dient u een
aardlekschakelaar te gebruiken. Het gebruik
van een aardlekschakelaar vermindert het risico
van een elektrische schok.
3.3
Veiligheid van personen
a) Wees alert, let goed op wat u doet en ga met
verstand te werk bij het gebruik van een
elektrisch gereedschap. Gebruik geen
elektrisch gereedschap wanneer u moe bent
of onder invloed staat van drugs, alcohol of
medicijnen. Een moment van onoplettendheid bij
het gebruik van het elektrische gereedschap kan
tot ernstige verwondingen leiden.
b) Draag persoonlijke beschermende
uitrusting. Draag altijd een veiligheidsbril. Het
dragen van persoonlijke beschermende uitrusting
zoals een stofmasker, slipvaste werkschoenen,
een veiligheidshelm of gehoorbescherming,
afhankelijk van de aard en het gebruik van het
elektrische gereedschap, vermindert het risico van
verwondingen.
c) Voorkom per ongeluk inschakelen.
Controleer dat het elektrische gereedschap
uitgeschakeld is voordat u de stekker in het
stopcontact steekt of de accu aansluit en
voordat u het gereedschap oppakt of draagt.
Wanneer u bij het dragen van het elektrisch
gereedschap uw vinger aan de schakelaar heeft of
wanneer u het gereedschap ingeschakeld op de
stroomvoorziening aansluit, kan dit tot ongevallen
leiden.
d) Verwijder instelgereedschap of
schroefsleutels voordat u het elektrisch
gereedschap inschakelt. Gereedschap of
sleutels in een draaiend deel van het apparaat
kunnen letsel veroorzaken.
e) Vermijd een abnormale lichaamshouding.
Zorg ervoor dat u stevig staat en steeds in
evenwicht blijft. Daardoor kunt u het elektrische
gereedschap in onverwachte situaties beter onder
controle houden.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen
loshangende kleding of sieraden. Houd haren
en kleding uit de buurt van bewegende delen.
Loshangende kleding, sieraden of lange haren
kunnen door bewegende delen worden
meegenomen.
g) Wanneer stofafzuigings- of
stofopvangvoorzieningen kunnen worden
gemonteerd, dient u zich ervan te verzekeren
dat deze zijn aangesloten en juist worden
gebruikt. Het gebruik van een stofafzuiging kan
het gevaar door stof verminderen.
h) Waan uzelf niet ten onrechte in veiligheid en
vergeet niet de veiligheidsregels voor
elektrisch gereedschap in acht te nemen, ook
al bent u na veelvuldig gebruik vertrouwd met
het elektrisch gereedschap. Onvoorzichtig te
werk gaan kan binnen een fractie van een seconde
tot ernstig letsel leiden.
3.4
Gebruik van en omgang met het
elektrisch gereedschap
a) Overbelast het apparaat niet. Gebruik voor
uw werkzaamheden het daarvoor bestemde
elektrische gereedschap. Met het passende
elektrische gereedschap werkt u beter en veiliger
binnen het aangegeven capaciteitsbereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap
waarvan de schakelaar defect is. Elektrisch
gereedschap dat niet meer kan worden in- of
uitgeschakeld is gevaarlijk en moet worden
gerepareerd.
c) Trek de stekker uit het stopcontact en/of
verwijder een afneembare accu voordat u het
apparaat instelt, toebehoren vervangt of het
apparaat weglegt. Deze voorzorgsmaatregel
voorkomt onbedoeld starten van het elektrisch
gereedschap.
d) Bewaar elektrisch gereedschap dat niet
wordt gebruikt buiten bereik van kinderen.
Laat het apparaat niet gebruiken door
personen die er niet mee vertrouwd zijn of
deze aanwijzingen niet hebben gelezen.
Elektrisch gereedschap is gevaarlijk wanneer dit
door onervaren personen wordt gebruikt.
e) Voer zorgvuldig onderhoud uit aan
elektrische gereedschappen en accessoires.
Controleer of bewegende delen van het
gereedschap correct functioneren en niet
vastklemmen en of onderdelen zodanig
gebroken of beschadigd zijn dat de werking
van het elektrische gereedschap nadelig
wordt beïnvloed. Laat beschadigde delen
repareren voordat u het apparaat gebruikt.
Veel ongevallen hebben hun oorzaak in slecht
onderhouden elektrische gereedschappen.
f) Houd snijdende inzetgereedschappen
scherp en schoon. Zorgvuldig onderhouden
snijdende inzetgereedschappen met scherpe
snijkanten klemmen minder snel vast en zijn
gemakkelijker te geleiden.
g) Gebruik elektrisch gereedschap,
accessoires, inzetgereedschappen en
dergelijke volgens deze aanwijzingen. Let
daarbij op de arbeidsomstandigheden en de
uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van
elektrisch gereedschap voor andere dan de
voorziene toepassingen kan tot gevaarlijke
situaties leiden.
h) Houd handgrepen en greepvlakken droog,
schoon en vrij van olie en vet. Gladde
handgrepen en greepvlakken verhinderen dat het