Pruitt®-Irrigatie- En Occlusiekatheter - LeMaitre Pruitt Instrucciones De Uso

Italiano — istruzioni per l'uso catéter para irrigación-oclusión
Ocultar thumbs Ver también para Pruitt:
Tabla de contenido
Idiomas disponibles

Idiomas disponibles

Pruitt®-irrigatie- en occlusiekatheter
(Modelnummers 2102-09, e2102-09)
Gebruiksaanwijzing - Nederlands
Werkingsprincipe
Al jaren wordt voor het occluderen van vaten gebruik gemaakt van katheters met ballontip. Ballonocclusie
kan een vermindering betekenen van het risico van beschadiging van de wanden en bekleding van
bloedvaten. In het verleden werden voor deze toepassing geen speciale katheters gemaakt. De katheters
waren niet voorzien van een tweede lumen of een toegangsmogelijkheid tot het bloedvat distaal van de
occlusieplaats, en evenmin van een afsluiter om de vulling van de ballon te regelen. Dr. Pruitt vatte het plan
op om een serie katheters te ontwerpen die specifiek bestemd zijn voor occlusie en irrigatie van arteriën.
Beschrijving
Het ontwerp en de maatvoering van de onder de naam Pruitt op de markt gebrachte serie ballonkatheters
en kits voor irrigatie en occlusie zijn speciaal afgestemd op toepassing bij de beschreven algemene proce-
dures. De Pruitt-katheterserie kenmerkt zich door een tweede lumen, dat zodanig is ontworpen dat distaal
van de occlusieplaats toegang tot het bloedvat wordt verkregen. Verder zijn de katheters aan het proximale
uiteinde van het irrigatielumen voorzien van twee afsluiters met luer-lockaansluiting, waarmee dergelijke
procedures gemakkelijker kunnen worden gestuurd. De dikte van de ballon is afgestemd op vermindering
van het risico van beschadiging door calciumafzettingen, en gedurende de procedure wordt de vulling van
de ballon gehandhaafd met behulp van een afsluiter.
Indicaties
1. Het tijdelijk occluderen van bloedvaten om bloedingen onder controle te krijgen.
2. Het toegankelijk maken van het bloedvat distaal van de occlusieplaats.
Toepassingen
1. Occlusie: Positioneer voor het tijdelijk occluderen van bloedvaten tijdens operaties de katheterballon
met het vaatlumen op de plaats waar het vat moet worden geoccludeerd. Vul de ballon met een
steriele zoutoplossing voor injectie, zodat het vat wordt afgesloten. Voorkom overvulling van de
ballon (zie de tabel met aanbevolen vulvolumes). Vul de ballon niet tot een groter volume dan voor
het afsluiten van het bloedvat noodzakelijk is. Sluit de afsluiter om de vulling van de ballon in stand te
houden. Tijdens het positioneren moet het irrigatielumen kunnen aspireren totdat de vloeistof vrij kan
terugstromen, om het risico van luchtembolie te verminderen.
2. Irrigatie: Na het positioneren van de katheter kunnen via het irrigatielumen materialen worden
ingebracht naar of verwijderd uit vaatzones distaal van de occlusieplaats. Deze handelingen worden
mogelijk gemaakt door de luer-lockaansluiting aan de basis van de irrigatieafsluiter.
3. Kits: Wanneer de katheter in de vorm van een kit is geleverd, wordt er bij het product een extra
bijsluiter met aanbevelingen voor het gebruik geleverd.
Contra-Indicaties
1. De katheter mag niet worden gebruikt als dilatatiekatheter.
2. De katheter mag niet worden gebruikt voor het toedienen van andere (genees)middelen dan een
fysiologische zoutoplossing, heparine en contrastmiddel.
3. De katheter is bestemd voor tijdelijke toepassing en kan niet worden geïmplanteerd.
Voorzorgsmaatregelen
1. Geadviseerd wordt de katheter slechts eenmalig te gebruiken.
2. Inspecteer het product en de verpakking vóór ingebruikneming en gebruik de katheter niet als er
tekenen waarneembaar zijn van doorboring van de verpakking of beschadiging van de katheter.
3. Test de katheter vóór ingebruikneming: a) Vul de ballon tot het aanbevolen volume met lucht en
dompel de ballon onder in steriel water. Gebruik het product niet als er rondom de ballon lucht blijkt
te ontsnappen of als de ballon niet gevuld blijft. b) Controleer de integriteit van de ballon tevens door
deze vóór operatief gebruik met een steriele fysiologische zoutoplossing te vullen en weer te ledigen.
Gebruik het product niet indien de ballon niet normaal lijkt te functioneren.
4. De ballon mag niet met lucht of gas worden gevuld indien er bij onverhoopte scheuring van de ballon
risico van embolie bestaat.
5. Zorg dat de aansluitingen tussen alle spuiten en verbindingsstukken goed vastzitten, zodat indringing
van lucht wordt voorkomen.
6. Grijp de ballon nooit met behulp van een instrument vast, om beschadiging van het kwetsbare latex
te voorkomen.
7. Vul de ballon niet tot een groter volume dan voor het belemmeren van de bloeddoorstroming
noodzakelijk is. Zorg dat het aanbevolen maximale volume NIET WORDT OVERSCHREDEN. Zie de tabel
voor informatie over vulbeperkingen van de specifieke katheter.
8. Het irrigatielumen van de katheter moet tijdens het inbrengen worden geaspireerd tot er een vrije
vloeistofterugstroom op gang komt. Hierdoor vermindert het risico van luchtembolie.
9. Bij zwaar aangetaste vaten moet met grote omzichtigheid te werk worden gegaan. Scherpe,
verkalkte plaque kan scheuring van een arterie of disfunctioneren van de ballon tot gevolg hebben.
10. Maak de ballon leeg alvorens de katheter terug te trekken.
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido