Bijzondere onderhoudswerkzaamheden
Herhaal de lektest na instandhoudingswerkzaam-
heden en/of vervangen van componenten.
Het regelmatig plegen van onderhoud en repara-
ties alsmede controles van de volgelaatsmasker
voorafgaand aan gebruik zijn van het grootste
belang om een veilig gebruik van het volgelaats-
masker te waarborgen. Daarom is het absoluut
noodzakelijk de onderhoudsintervallen in acht te
nemen.
Ruit vervangen
Masker met metalen spanraam: Schroeven
losdraaien, daarbij de zeskantmoeren vasthouden.
Masker met kunststof spanraam: Schroeven
losdraaien. Spanraam op de verbindingsplaatsen
met een schroevendraaier uiteen duwen, dan
naar boven en beneden trekken.
Eventueel steunplaat verwijderen, zie
"Gelaatstukaansluiting vervangen".
Oude ruit uit de rubberen rand verwijderen.
Nieuwe ruit eerst in het bovenste, dan in het
onderste gedeelte van de rubberen rand zetten.
De middenmarkeringen op de voorzetruit moeten
op de naad van het maskerlichaam liggen.
Voor maskers met brandweerhomologatie
(Klasse 3) alleen ruit gebruiken die met »F«
(brandweer) zijn gemerkt. De »F« staat boven.
Rubberen rand rechts en links over de rand van
de ruit trekken.
Rubberen rand buiten en spanraam binnen met
zeepwater bevochtigen.
Eerst het bovenste en dan het onderste
spanraam naar binnen draaien.
Eventueel steunplaat monteren.
Masker met metalen spanraam: Spanschroeven
in de zeskantmoeren schroeven en zover
aantrekken tot de afstand tussen de spannokken
3 tot 0,5 mm (0,12 tot 0,02 inches) bedraagt.
Masker met kunststof spanraam: Schroeven
terugplaatsen en vastschroeven.
Gelaatstukaansluiting vervangen
Binnenmasker uit de gleuf van de schroefring
trekken.
Beugel met behulp van een schroevendraaier
openwrikken.
Beugel alsmede glijring en steunplaat weghalen.
Gelaatstukaansluiting uit het maskerlichaam
trekken.
Nieuwe gelaatstukaansluiting voorzien van
spreekmembraan alsmede uit- en inademventiel
en zo inzetten dat de centrale merktekens van
gelaatstukaansluiting en maskerlichaam op
elkaar liggen.
Glijring en nieuwe beugel monteren. Haak zover
mogelijk inhaken de beugel zo strak mogelijk zit.
Steunplaat tussen beugel en glijring schuiven, op
spanraam klemmen en uitrichten (afbeelding G).
Neus van de beugel met behulp van tang
R 53 239 samendrukken tot de
gelaatstukaansluiting in het maskerlichaam
vastzit.
Binnenmasker monteren.
Eenrichtingskleppen van de regelventielen van
het binnenmasker vervangen
Oude ventielschijven naar binnen wegtrekken.
Pennen van de nieuwe ventielschijven van binnen
in de boring steken en in de richting van de ruit
trekken tot de achtersnede van de pen zichtbaar
wordt.
De ventielschijven moeten gelijkmatig tegen de
binnenkant geperst zijn.
Spreekmembraan resp. O-ring vervangen
Binnenmasker uit de gleuf van de schroefring
trekken.
Schroefring met stiftsleutel R 26 817
losschroeven.
Stiftsleutel omdraaien en voorzichtig in de gaten
van het beschermrooster steken, membraanfolie
niet beschadigen.
Spreekmembraan door draaien losmaken en
eruit halen (afbeelding H).
O-ring met dichtringlichter R 21 519 of
40 54 983 uit het aansluitstuk halen.
Spreekmembraan en O-ring controleren en zo
nodig geval vervangen.
Binnenmasker monteren.
Uitademventielschijf vervangen
zie "Uitademventiel visueel controleren" op
pagina 36.
Beschermkap aanbrengen; deze moet vastklikken.
Inademventielschijf vervangen
Inademventiel aan het lipje naar buiten trekken.
Oude ventielschijf losmaken, nieuwe ventielschijf
vastmaken.
Inademventiel in het aansluitstuk duwen totdat
het rondom rust. e ventielschijf mag niet
vastgeklemd zijn. De schijf moet naar binnen en
de schachten naar buiten wijzen.
Opslaan
Bandenstelsel tot de aanslag openen.
Voorzetruit met een antistatisch doekje aflappen.
Volgelaatsmasker in bijbehorende zak of
maskertrommel verpakken.
Zonder vervorming droog en stofvrij bewaren.
o
Opslagtemperatuur: -10
C tot 60
o
140
F.
Tegen directe licht- en warmtestraling beschermen.
ISO 2230 "Rubber Products - Guidelines for Sto-
rage" en landelijke richtlijnen voor opslag, onder-
houd en reiniging van rubberen producten in acht
nemen.
Rubberen Dräger onderdelen zijn door een
geschikt middel tegen vroegtijdige slijtage
beschermd. In enkele gevallen is dit middel als
grijswitte laag op de onderdelen te zien. Deze laag
kan met zeepwater en borstel worden afgeveegd.
o
o
C/14
F tot
37