Werking; Ingebruikname; In- En Uitschakelen; Boren - Mafell DDF 40 Traducción Del Manual De Instrucciones Original

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 62
Draai de vleugelmoer 2 los (afb. 1) los.
Stel met het stelwiel 5 (afb. 1) de zwenkaanslag
7 (afb. 1) op de gewenste schaalwaarde.
Trek de vleugelmoer weer vast.
Met de draaibare revolveraanslag 3 kunnen vijf vast
ingestelde afstanden worden geselecteerd:
6,5 mm, 8 mm, 9,5 mm, 11 mm, 12,5 mm en een vrij
instelbare afstand.
Verdraai daartoe met een zeskantschroevendraaier
SW 2,5 de draadstift in de revolveraanslag.
5

Werking

5.1 Ingebruikname

Deze gebruiksaanwijzing moet iedere persoon die
met de bediening van de machine is belast, ter
kennisname worden doorgegeven, waarbij vooral
attent dient te worden gemaakt op het hoofdstuk
"Veiligheidsinstructies".

5.2 In- en uitschakelen

Inschakelen: Druk de schakelaar 1 (afb. 1)
naar beneden tot hij vastklikt.
Uitschakelen: Druk op de schakelaar 1. De
schakelaar springt naar de stand Uit.
De schakelaar is geblokkeerd in de
stand Werktuigwissel! Controleer
de instelling van de draaiknop 11
(afb. 2)!

5.3 Boren

Zet het werkstuk vast of beveilig het tegen
verschuiven.
Schakel de machine in (zie hoofdstuk 5.2).
Leg de machine indien nodig op het steunvlak
van de grondplaat 6 of de zwenkaanslag 7 (afb.
1).
Zet de machine met een van de hieronder
beschreven methoden vast op de buitenkant
van het werkstuk.
Positioneer uw tweede hand in de daartoe
voorziene uitsparingen bij 7 c.q. 24 (afb. 1 c.q.
4).
Schuif de motoreenheid via de uitsparing 9 (afb.
1) of de knop 10 op het motoruiteinde tot de
aanslag naar voren.
De motoreenheid keert automatisch naar de
uitgangspositie terug. Schakel de machine uit.

5.4 Boren met aanslagstift (afb. 16)

De grondplaat 6 (afb. 1) bezit twee verende
aanslagstiften 8. Daarmee worden de boringen met
een vaste afstand van 15,5 mm ten opzichte van de
werkstuk-buitenkant gezet. De machine kan links en
rechts worden aangeslagen.
5.5 Boren met positionering tegen zijvlakken
(afb. 17)
De grondplaat 6 (afb. 1) bezit twee steunvlakken 6a
(afb. 1). Daarmee worden de boringen met een vaste
afstand van 49 mm ten opzichte van het steunvlak
gezet. De machine kan links en rechts worden
aangeslagen.

5.6 Boren volgens markering op grondplaat

De grondplaat 6 (afb. 1) bezit aan de boven-, voor- en
onderkant markeringen voor het midden van machine
en boren en de binnenkanten van de aanslagstiften
c.q. de extra aanslagen „N". De buitenste
markeringen enkel aan de voor- en bovenkant komen
overeen met de kant waar de extra aanslag „M" (zie
hoofdstuk 5.9) wordt gepositioneerd. De markeringen
links en rechts aan de zijvlakken 6a (afb. 1)
beantwoorden telkens aan het boormidden.

5.7 Boren volgens markering op zwenkaanslag

De zwenkaanslag 7 (afb. 1) bezit drie markeringen.
De middenste markering komt overeen met het
midden van de machine. De markeringen links en
rechts beantwoorden telkens aan het boormidden.

5.8 Boren verticaal met zwenkaanslag

Als u bij verticaal boren (afb. 4) met de zwenkaanslag
7 aanslaat, moet u voor een veilig steunvlak altijd het
extra element ZA 22 (afb. 4) met de kartelschroeven
23
aan
de
vastschroeven. Druk met de vrije hand boven de
greep 24 het extra element ZA tegen het werkstuk.

5.9 Boren verticaal met vaste afstand 9,5 mm

Bevestig het extra element ZA 22 overeenkomstig
afb. 5 (greep 24 wijst naar beneden!) met de
kartelschroeven 23 op de onderkant van de
grondplaat. Het 10 mm boven het boorvlak
uitstekende extra element ZA kan nu als aanslagkant
-57-
onderkant
van
de
grondplaat
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido