Algemene Waarschuwingen - Nice E FIT MHT 1517 Instrucciones Y Advertencias Para La Instalación Y El Uso

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 44
Typologie van toepassingen en bedieningsvereisten
Verticaal scherm,
rolmodel
Programmering
eindaanslag:
Beschikbare
functies ...
Scherm met beugels
Programmering
eindaanslag:
Beschikbare
functies ...
• Als de zender die voor de progammering is gebruikt, meerdere automatiserings-
groepen aanstuurt, moet tijdens een procedure, voordat er een instructie wordt ver-
zonden, eerst de "groep" worden geselecteerd waartoe de automatisering behoort
die geprogrammeerd wordt.
5.2 - Standen waarin het scherm automatisch stopt
Het elektronisch systeem dat op elk moment de beweging van het scherm contro-
leert, kan de beweging op autonome wijze stopzetten wanneer het scherm een be-
paalde, door de installateur geprogrammeerde stand bereikt. De programmeerbare
standen zijn (afb. 6):
( )
( )
"1"
"1"
– stand "0" = eindaanslag boven: scherm volledig opgerold;
"S"
"S"
– stand "1" = eindaanslag onder: scherm volledig afgerold;
– stand "H" = tussenstand: scherm deels open;
– stand "Z" = is het punt waar het gordijn effecten tegen de structuur aan
het einde van de volledige sluiting, wanneer er et geen eindschakelaars
opgeslagen.
6
Wanneer de eindaanslagen nog niet geprogrammeerd zijn, kan de beweging van het
scherm alleen plaatsvinden met "Iemand aanwezig" (d.w.z. iemand moet de instruc-
tietoets gedurende de gewenste manoeuvreduur ingedrukt houden); de beweging
wordt gestopt zodra de gebruiker de toets loslaat. Na programmering van de eind-
aanslagen is daarentegen één simpele druk op de gewenste toets voldoende om het
scherm in beweging te brengen; de bwweging wordt op autonome wijze beëindigd
zodra het scherm de beoogde stand bereikt.
Voor het afstellen van de hoogten "0" en "1" zijn verschillende procedures beschik-
baar; bij het kiezen van de meest geschikte procedure moet rekening worden ge-
houden met de daagconstructie van uw scherm (zie het overzicht in de Tabel A).
LET OP! – Als u de eerder afgestelde hoogten van de eindaanslagen op-
nieuw wilt afstellen, moet u rekening houden met het volgende:
– als u de hoogten wilt afstellen via een andere procedure dan de proce-
dure die eerder gebruikt is, moet u EERST de hoogten annuleren via pro-
cedure 5.13.
– als u de hoogten wilt afstellen met dezelfde procedure als eerder is ge-
bruikt, hoeft u deze niet te annuleren.
Bij de programmering van de eindaanslagen worden tegelijkertijd ook de twee draai-
richtingen van de motor aan de respctievelijke toetsen voor Omhoog (s) en Omlaag
(t) van de aansturingsinrichting gekoppeld (in eerste instantie, wanneer de eindaan-
slagen nog niet geprogrammeerd zijn, is deze koppeling willekeurig en kan het ge-
beuren dat het scherm, wanneer er op de toets s wordt gedrukt, omlaag in plaats
van omhoog beweegt, en omgekeerd).

5.3 - Algemene waarschuwingen

• De afstelling van de eindaanslagen moet worden uitgevoerd nadat de motor in het
scherm is geïnstalleerd en deze op de voeding is aangesloten.
• Bij installaties waar meerdere motoren en/of ontvangers aanwezig zijn, moet u
voordat u met de programmering begint de elektrische voeding naar de motoren
en de ontvangers die u niet wilt programmeren, uitschakelen.
• Neem de tijdslimieten die in de procedures zijn aangegeven, strikt in acht: vanaf
het loslaten van een toets hebt u 60 seconden om de volgende toets in te druk-
ken die door de procedure voorzien is,; anders zal de motor bij het verlopen van de
tijdslimiet 6 bewegingen uitvoeren om aan te geven dat de actieve procedure ge-
annuleerd wordt.
Tabel A
• met automatische stop op de stand van
de eindaanslag boven "0" (met behuizing)
• zonder mechanische belemmeringen voor
demping bij eindaanslag boven "0"
... indien het nodig is de stootkracht bij
sluiting te beperken
• met automatische stop op de stand van
de eindaanslag boven "0" (met behuizing)
• zonder mechanische belemmeringen voor
demping (rechte stang of vergelijkbaar)
... om het doek te spannen: functie "FRT"
... indien het nodig is de stootkracht bij
sluiting te beperken
• Tijdens de programmering voert de motor een bepaald aantal korte bewegingen
• Steeds wanneer de voeding voor de motor wordt ingeschakeld, worden er 2 be-
5.4 - Overzicht van de zenders
5.4.1 - Compatibele zenders
Raadpleeg de Nice-productcatalogus of de website www.niceforyou.com voor infor-
matie over de Nice-bedieningsinrichtingen die compatibel zijn met de radio-ontvan-
ger die in de motor is ingebouwd.
5.4.2 - Hiërarchie van de geheugenopslag van de zenders
In het algemeen kan een zender in het geheugen worden opgeslagen als EERSTE
zender of als TWEEDE zender (of als derde, vierde, enzovoort).
A - Eerste zender
B - Tweede zender (of derde, vierde, enzovoort)
5.4.3 - Twee modi voor geheugenopslag van de toetsen van een
Voor de opslag van de toetsen van een zender in het geheugen kunnen twee ver-
schillende modi worden gebruikt, namelijk: "Modus I" en "Modus II".
• "MODUS I" – In deze modus worden de diverse beschikbare instructies in de mo-
Opmerking – Als de toetsen op uw zender niet voorzien zijn van symbolen en num-
mers, raadpleegt u afb. 2 om deze te identificeren.
• "MODUS II" – In deze modus kunnen de diverse beschikbare instructies in de mo-
5.4.4 - Aantal zenders die in het geheugen kunnen worden
Er kunnen 30 zenders in het geheugen worden opgeslagen als deze allemaal in "Mo-
dus I" in het geheugen worden opgeslagen; er kunnen 30 afzonderlijke instructies
(toetsen) in het geheugen worden opgeslagen als deze allemaal in "Modus II" in het
geheugen worden opgeslagen. De twee modi kunnen met elkaar worden gecombi-
neerd tot een maximum van 30 in het geheugen opgeslagen eenheden.
Aanbevolen programmeringen
Programmering in de semi-automatische modus (paragraaf 5.7)
Programmering in de semi-automatische modus (paragraaf 5.6)
Afstelling van de trekkracht van de motor (functie "RDC" –
paragraaf 5.11)
Programmering in de semi-automatische modus (paragraaf 5.7)
Programmering in de semi-automatische modus (paragraaf 5.6)
Programmering van de functie "FRT" (paragraaf 5.12)
Afstelling van de trekkracht van de motor (functie "RDC" –
paragraaf 5.11)
uit, als "antwoord" op de instructie die door de installateur wordt verzonden. Het is
van belang het aantal bewegingen te tellen en daarbij geen onderscheid te maken
voor wat betreft de richting waarin de bewegingen worden uitgevoerd.
wegingen uitgevoerd, indien er niet ten minste één zender en de hoogten voor de
eindaanslagen zijn opgeslagen.
Een zender kan alleen in het geheugen worden opgeslagen als eerste zender als
er nog geen andere zender in het geheugen van de motor is opgeslagen. Voor
deze geheugenopslag volgt u procedure 5.5 (hiermee wordt de zender in het ge-
heugen opgeslagen in "Modus 1").
Een zender kan alleen in het geheugen worden opgeslagen als tweede zender
(of derde, vierde, enzovoort) als de Eerste Zender al in het geheugen van de mo-
tor is opgeslagen. Voor deze geheugenopslag volgt u een van de procedures uit
paragraaf 5.9.
zender
tor automatisch allemaal tegelijk overgebracht naar de diverse toetsen die beschik-
baar zijn op de zender, zonder dat de installateur de kans krijgt om de koppeling
tussen instructies en toetsen aan te passen. Aan het eind van de procedure is elke
toets aan een specifieke instructie gekoppeld, op basis van het volgende schema:
- toets s (of toets 1): wordt gekoppeld aan de instructie voor Omhoog
- toets n (of toets 2): wordt gekoppeld aan de instructie voor Stoppen
- toets t (of toets 3): wordt gekoppeld aan de instructie voor Omlaag
(als er op de zender een vierde toets aanwezig is.....)
- toets 4: wordt gekoppeld aan de instructie voor Stoppen
tor handmatig worden gekoppeld aan de diverse toetsen van de zender, zodat de
installateur de kans krijgt om de gewenste instructie aan de gewenste toets te kop-
pelen. Aan het eind van de procedure dient u de procedure te herhalen als u een
andere toets met een andere gewenste instructie in het geheugen wilt opslaan.
Let op! – Elke automatisering heeft een eigen lijst instructies die in Modus II in het
geheugen kunnen worden opgeslagen; in het geval van deze motor is de lijst met
beschikbare instructies opgenomen bij procedure 5.9.2.
opgeslagen
Nederlands – 4
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido