van de stroom, bepaald door de andere lasparameters zoals lengte van de boog,
snelheid en positie van de uitvoering, diameter en kwaliteit van de elektroden (om
de elektroden op de juiste manier te bewaren, moeten ze worden beschermd tegen
vocht, in hun speciale verpakkingen of houders).
OPGELET:
Afhankelijk van het merk, het type en de dikte van de bekleding van de
elektroden, kan er instabiliteit van de boog optreden die wordt veroorzaakt
door de samenstelling van de elektrode.
10.2 PROCEDURE
- Houd het masker VOOR HET GEZICHT en wrijf de punt van de elektrode over het
te lassen werkstuk met dezelfde beweging als wanneer u een lucifer aansteekt; dit
is de meest correcte methode om de boog te starten.
OPGELET: NIET met de elektrode op het werkstuk TIKKEN; dan kan de
bekleding beschadigen en wordt het moeilijk de boog te starten.
- Probeer zodra de boog is gestart een afstand die net zo groot is als de diameter
van de gebruikte elektrode te houden van het werkstuk en houd deze afstand zo
constant mogelijk tijdens het lassen; vergeet niet dat de elektrode ongeveer 20-30
graden moet overhellen in de werkrichting.
- Breng aan het einde van de lasnaad het uiteinde van de elektrode iets naar achteren
ten opzichte van de werkrichting, boven de krater om deze op te vullen. Til daarna de
elektrode snel uit het smeltbad om de boog te stoppen (De lasnaad - FIG. M).
10.3 Instellen MMA-modus (Fig. L-10)
De gebruiker kan de volgende lasparameters aanpassen (Fig. L-11):
-
: Lasstroom gemeten in Ampère.
-
: Dit geeft de start-overstroom "HOT START"aan, waarbij op het display de
percentuele toename wordt aangegeven ten opzichte van de geselecteerde waarde
van de lasstroom. Deze instelling zorgt voor een betere start.
-
: Dit geeft de dynamische overstroom "ARC-FORCE"aan, waarbij op het
display de percentuele toename wordt aangegeven ten opzichte van de
geselecteerde waarde van de lasstroom. Deze instelling maakt het lassen meer
vloeiend, voorkomt dat de elektrode aan het werkstuk vastplakt en maakt het gebruik
van verschillende elektrodetypes mogelijk.
-
: ON/OFF; hiermee kan de spanningsverlager van de uitgaande
nullastspanning worden in- of uitgeschakeld (instelling ON of OFF). Als VRD is
ingeschakeld, neemt de veiligheid van de bediener toe wanneer het lasapparaat is
ingeschakeld, maar niet tijdens het lassen.
In het linker deel van het display worden de werkelijke lasgrootheden weergegeven
(stroom, lasspanning en de diameter van de aanbevolen elektrode).
11. TIG DC LASSEN: BESCHRIJVING VAN DE PROCEDURE
11.1 BASISPRINCIPES
TIG DC-lassen is geschikt voor alle staalsoorten met een laag of hoog koolstofgehalte
en voor zware metalen als koper, nikkel, titanium en hun legeringen (FIG. N). Voor
TIG DC-lassen met elektrode op de negatieve pool (-) wordt gewoonlijk een elektrode
met 2% cerium gebruikt (grijze band). De wolfraamelektrode moet axiaal op de
schijf worden gericht, zie FIG. O, waarbij de punt perfect concentrisch moet zijn om
afwijkingen van de boog te voorkomen. Het slijpen moet in de lengterichting van de
elektrode worden uitgevoerd. Dit moet periodiek worden uitgevoerd, afhankelijk van
het gebruik en de slijtage van de elektrode of wanneer de elektrode vervuild is geraakt,
is geoxideerd of niet juist is gebruikt. Om goed te lassen, moet de exacte diameter van
de elektrode met de exacte stroom worden gebruikt, zie tabel (TAB. 6). Gewoonlijk
steekt de elektrode 2-3 mm uit het keramische mondstuk. Dit kan 8 mm worden bij
lassen onder een hoek.
Het lassen gebeurt door samensmelting van de randen van de las. Voor dunne
gedeelten die goed zijn voorbereid (tot ongeveer 1 mm) is geen toevoegmateriaal
nodig (FIG. P).
Voor grotere dikten zijn staafjes met dezelfde samenstelling als het basismateriaal
nodig die de juiste diameter hebben en moeten de randen goed worden voorbereid
(FIG. Q).
Voor een goed lasresultaat moeten de delen goed worden schoongemaakt en moeten
ze vrij zijn van roest, olie, vet, oplosmiddelen, etc.
11.2 PROCEDURE (LIFT START)
- Stel de lasstroom in op de gewenste waarde met de knop B-5. Pas de stroom tijdens
het lassen aan op de werkelijk benodigde warmtetoevoer.
- Controleer of het gas goed uit de toorts stroomt.
De elektrische boog wordt gestart door de wolfraam-elektrode in contact te brengen
met en weer te verwijderen van het te lassen werkstuk. Deze startmethode
veroorzaakt minder elektrisch-uitgestraalde storing en verlaagt wolfraaminsluitingen
en slijtage van de elektrode.
- Plaats de punt van de elektrode met lichte druk op het werkstuk.
- Til de elektrode onmiddellijk 2-3 mm op om de boog te ontsteken.
Eerst geeft het lasapparaat minder stroom af. Na enkele ogenblikken wordt de
ingestelde lasstroom afgegeven.
- Om het lassen te stoppen, tilt u de elektrode snel van het werkstuk af.
11.3 TFT-DISPLAY IN TIG-MODUS (Fig. L-12)
In het linker deel van het display worden de werkelijke lasgrootheden weergegeven
(lasstroom en lasspanning).
12. ALARMMELDINGEN (TAB. 7)
De reset is automatisch wanneer de oorzaak van het alarm is opgeheven.
Alarmmeldingen die op het display kunnen verschijnen:
BESCHRIJVING
Alarm thermische beveiliging
Alarm over-/onderspanning
Alarm hulpspanning
Alarm overstroom bij het lassen
Alarm kortsluiting in de toorts
Alarm storing draadtrekker
Alarm offline
Alarm line-error
Alarm koelingsgroep
Bij het uitschakelen van het lasapparaat kan enkele seconden de alarmmelding over-/
onderspanning verschijnen.
13. MENU INSTELLINGEN (Fig. L-13)
13.1 MENU MODE (Fig. L-14)
In dit menu kunt u in de modus MIG-MAG de volgende weergaven kiezen:
-
: alle parameters worden weergegeven zoals hierboven is beschreven.
-
: Afb. L-17. In deze modus worden het te lassen stuk en de vorm van de
lasnaad weergegeven. Als u op de toets C-6 drukt, heeft u toegang tot
alle andere parameters.
In de modus "EASY" is lassen in de modus MIG MANUAL en PoP niet mogelijk.
13.2 MENU SET UP (Afb. L-15)
Hier kan het volgende worden ingesteld:
-
: taal.
-
: tijd en datum.
-
: metrische of Britse meeteenheden.
13.2.1 FUNCTIES BLOKKEREN
Wanneer het pictogram setup
vooruitgang draad (C-2) en gas spoelen (C-3) in en bevestigt u daarna door op de
multifunctionele knop (C-5) te drukken. Op het scherm dat verschijnt, staat het
pictogram
. Als u dit selecteert, kunt u 3 verschillende blokkeringsniveaus
van de functies instellen:
-
: geen enkele bescherming; alle lasparameters kunnen worden doorzocht,
ingesteld en gewijzigd.
-
: gemiddelde bescherming; alleen de fundamentele lasparameters kunnen
worden gewijzigd.
-
: maximale bescherming; er kan geen enkele parameter worden gewijzigd.
13.3 MENU SERVICE (Afb. L-16)
In dit menu kunt u informatie vinden over de status van de lasmachine.
13.3.1 MENU INFO
-
: dagen (DDDD), uren (HH), minuten (mm) functionering van de
lasmachine.
-
: dagen (DDDD), uren (HH), minuten (mm) bedrijf van de lasmachine.
-
: lijst met alarmen.
13.3.2 MENU FIRMWARE
-
: in dit menu kan de software van de lasmachine worden bijgewerkt via
USB-stick.
-
: hier kunt u de lasmachine terugstellen op de begininstellingen.
-
: release geïnstalleerde software.
13.3.3 MENU REPORT
In dit menu kunt u een rapport genereren en opslaan op een USB-stick. In het rapport
staat informatie over de status van de lasmachine (geïnstalleerde software, uren
levenscyclus/bedrijf, alarmen, ingestelde lasprocedure, enz.).
13.3.4 IJKING
Wanneer het pictogram service
toetsen vooruitgang draad (C-2) en gas spoelen (C-3) in en bevestigt u daarna door
op de multifunctionele knop (C-5) te drukken. Op het scherm dat verschijnt, staat het
pictogram
. Als u dit selecteert, kunt u de lasmachine zo ijken dat hij voldoet
aan de norm EN 50504.
13.4 MENU AQUA
Hiermee kunt u de werking van de G.R.A inschakelen
13.5 Menu instelling toorts T1, T2, T3 (alleen versie met 3 toortsen)
Als het pictogram
is geselecteerd, verschijnt er een venster waarin de
pictogrammen van de 3 toortsen worden weergegeven (Tab. 3):
-
: Toorts T1
-
: Toorts T2
-
: Toorts T3
13.6 MENU JOBS (Afb. L-18)
In dit menu kunt u:
-
: een opdracht opslaan in het interne geheugen van de lasmachine.
-
: een eerder opgeslagen opdracht laden.
-
: een eerder opgeslagen opdracht wissen.
-
: opdrachten van een USB-apparaat importeren.
-
: opdrachten naar een USB-apparaat exporteren.
-
: de lasparameters opslaan op het USB-apparaat.
- 66 -
is geselecteerd, drukt u tegelijkertijd de toetsen
is geselecteerd, drukt u tegelijkertijd de
/ uitschakelen
.