Zet de motor van het voertuig en het A/C-systeem aan en wacht minstens 3 min.:
Het toestel staat nu klaar en u kunt de hoge- en de lagedruk aflezen op de manometers. Druk
op STOP om te sluiten:
Maak alleen de hogedrukkoppeling los (zet indien nodig de motor uit) en druk op START:
Zet de A/C aan en open de kraantjes voor de hoge- en de lagedruk zodat de A/C het
koudemiddel uit de buizen opzuigt. Druk op START om door te gaan:
Wacht totdat de hoge- en de lagedruk dezelfde zijn en maak na ongeveer 1 minuut de
lagedrukkoppeling van de A/C in het voertuig los en zet de motor uit.
Druk op STOP om de procedure af te sluiten.
Opm.: - Als er maar één hoge- druksnelkoppeling op de A/C zit, stelt u de vulhoeveelheid (dit
is de hoeveelheid die in de hoge-drukslang mag blijven omdat in dit geval punt 10 niet kan
worden uitgevoerd) in op +100g.
HET SYSTEEM WASSEN (optioneel)
Zie de gebruiksaanwijzing [MANU102.N7]
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Zet de motor
en de A/C aan om de
druk te controleren
Druk op START
DRUKCONTROLE
Stop om te sluiten
Maak de HD-koppeling los
START om de buizen leeg
te maken.
Open kranen HD en LD
Zet de A/C aan
Druk op START om door te
gaan
Wacht totdat de AP en de
LD dezelfde zijn en sluit
de snelkopp.
Druk op STOP om te sluiten
-272-