Om te voorkomen dat de trekkerschakelaar per ongeluk wordt
bediend, is de trekkervergrendelknop aangebracht. Om het
gereedschap te starten, drukt u vanaf de A-kant op de trek-
kervergrendelknop en knijpt u de trekkerschakelaar in. Laat
de trekkerschakelaar los om het gereedschap te stoppen. Na
gebruik drukt u op de trekkervergrendelknop vanaf de B-kant.
Wanneer u de trekkerschakelaar inknijpt, voert het
gereedschap de volgende handelingen achtereenvol-
gens uit, waarna het gereedschap automatisch stopt.
1.
De draad wordt toegevoerd.
2.
De draad wordt afgeknipt.
3.
De haak houdt de draad vast en draait deze ineen.
4.
De haak keert terug naar de oorspronkelijke
stand.
De vlechtsterkte instellen
LET OP:
Verzeker u ervan de trekker te
vergrendelen voordat u begint met instellen.
Wanneer u het gereedschap inschakelt, brengt u
nooit uw ledematen of gezicht dicht bij de vlech-
tende of roterende delen van de gereedschaps-
kop. Anders kan letsel ontstaan.
► Fig.7
U kunt de vlechtsterkte instellen door de vlechtsterk-
te-instelknop in te stellen. De vlechtsterkte wordt weer-
gegeven op het displaypaneel.
► Fig.8: 1. Vlechtsterkte-instelknop 2. Displaypaneel
Als de draad breekt, gaat de vlechtsterkte verloren. Controleer
na het vlechten het ineengedraaide deel op een breuk.
Als de draad gebroken is, stelt u de vlechtsterkte in met
behulp van de vlechtsterkte-instelknop en vlecht u de
betonijzers opnieuw.
Aanduiding resterende acculading
Wanneer de acculading onder het vereiste niveau daalt, stopt
het gereedschap met werken, klinkt een foutsignaal en wordt
het cijfer "4" weergegeven op het displaypaneel. Het foutsig-
naal blijft klinken tot het gereedschap wordt uitgeschakeld.
OPMERKING: Als de omgevingstemperatuur
extreem laag is, kan het foutsignaal klinken ondanks
dat er voldoende acculading over is.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
De vlechtdraad (draadhaspel) aanbrengen
LET OP:
Alvorens vlechtdraad of accessoires
wordt aangebracht of verwijderd, verzekert u
zich ervan dat het gereedschap is uitgeschakeld,
de trekker is vergrendeld en de accu is verwij-
derd. Als u dit niet doet, kan een ongeval worden
veroorzaakt.
KENNISGEVING:
gebruikt dan een originele draad van Makita (geg-
loeide draad), kan een storing in het gereedschap
worden veroorzaakt.
1.
Duw de ontgrendelhendel in en vergrendel deze
met de vergrendelhendel.
► Fig.9: 1. Ontgrendelhendel 2. Vergrendelhendel
Wanneer u de ontgrendelhendel induwt, wordt
een ruimte gecreëerd tussen de linker en rechter
toevoertandwielen.
► Fig.10: 1. Ontgrendelhendel 2. Vergrendelhendel
3. Toevoertandwielen
2.
Trek het plakband waarmee de draad is vastgezet
los en trek het uiteinde van de draad los.
► Fig.11: 1. Plakband 2. Uiteinde van de draad
3.
Open de haspelafdekking.
► Fig.12: 1. Haspelafdekking
4.
Breng de draadhaspel aan in het gereedschap, in
de richting aangegeven in de afbeelding.
► Fig.13: 1. Draadhaspel
KENNISGEVING:
haspel aan te brengen in de richting aangegeven
in de afbeelding. Als deze verkeerd om wordt aan-
gebracht, wordt de draad losgelaten en kan deze
worden verdraaid.
5.
Maak het uiteinde van de draad recht en steek de
draad door de geleider.
► Fig.14: 1. Geleider
OPMERKING: Als het uiteinde van de draad ver-
bogen is wanneer deze door de geleider wordt
gestoken, kan de draad vast komen te zitten in het
gereedschap.
OPMERKING: Als u de draad forceert terwijl u deze
door de geleider probeert te steken, kan de draad
vast komen te zitten.
6.
Trek de draad ongeveer 10 mm uit het uiteinde
van de arm.
► Fig.15: 1. Arm 2. Ongeveer 10 mm
KENNISGEVING:
ver eruit wordt getrokken, kan de draad tijdens
het vlechten breken, of kan de vlechtsterkte
onvoldoende zijn als gevolg van onvoldoende
ineendraaien.
7.
Verwijder het hele stuk plakband waarmee de
draad is vastgezet.
► Fig.16
8.
Wikkel de draad op zodat deze strak staat.
► Fig.17
9.
Ontgrendel de vergrendelhendel. De ontgren-
delhendel keert terug en de draad wordt vastgeklemd
tussen de linker en rechter tandwielen.
► Fig.18: 1. Ontgrendelhendel 2. Vergrendelhendel
► Fig.19: 1. Tandwiel 2. Route van de draad 3. Draad
54 NEDERLANDS
Als een andere draad wordt
Verzeker u ervan de draad-
Als de draad onvoldoende