Ingang met aansluiting DA 63 of 2 inch (D)
2inch-aansluiting: schroef de reductieslangpilaar (7) met de afdichtring (8) op de ingang (9). Schuif de slangklem (6)
over de slang (5), steek de slang (5) op de reductieslangpilaar (7) en zet hem er met de slangklem (6) op vast.
DA 63-aansluiting: kort de reductieslangpilaar (7) in en schroef hem met de afdichtring (8) op de ingang (9). Lijm de
DA63-buis (10) aan de reductieslangpilaar (7).
Aansluitingen DN 100 (E - K)
Voorbereidende werkzaamheden (E): om de DN100-aansluiting te kunnen gebruiken, moet het apparaat (1) worden
omgebouwd. Draai de vier dopmoeren van het deksel los en verwijder het deksel (11). Maak de bevestigingshaken
(13) los en neem het binnendeksel (12) er geheel uit.
Ingang met DN100-aansluiting (F, G): verwijder de 6 schroeven aan de binnenzijde van het reservoir en neem
stop 150 (14) en afdichtring 150 (15) uit. Schroef inloopstuk 100 (16) en afdichtingsring 150 (15) met de 6 schroeven
op de binnenzijde van het reservoir vast. Sluit de 2inch-ingang (9) af met de schroefdop (17) en de afdichtingsring (8).
Sluit een buis DN 100 aan en leg deze beschermd en met zo weinig mogelijk bochten aan (bochten van maximaal
45°).
Uitgang met aansluiting DN 100 (H, J): verwijder de 6 schroeven aan de binnenzijde van het reservoir en verwijder
uitloopstuk 100 (18) en afdichtring 150 (15). Schroef uitloopstuk 100 (16) en afdichtingsring 150 (15) met de
6 schroeven op de binnenzijde van het reservoir vast.
Afsluitende werkzaamheden (K): plaats het binnendeksel (12) geheel in het reservoir (1) en klik de
bevestigingshaken (13) weer vast. Plaats het deksel (11) en bevestig het met de 4 dopmoeren.
Aansluiten van de uitloop
Sluit een buis DN 150 of DN 100 aan en leg deze beschermd en met zo weinig mogelijk bochten aan (bochten van
maximaal 45°), waarbij het afschot minstens 20 mm/meter moet bedragen.
Ingebruikneming (L)
Als de machine draait, moet de schuifafsluiter (22) van de vuilwaterafvoer altijd gesloten zijn! Anders bestaat kans dat
de vijver leegloopt.
Controleer voorafgaand aan het gebruik of alle bevestigingshaken (13) op het binnendeksel goed vastgeklikt zitten en
of alle aangesloten slangen en buizen goed en stevig vastzitten.
Let op! Gevaarlijke elektrische spanning!
Mogelijke gevolgen: ernstig letsel of zelfs overlijden.
Veiligheidsmaatregelen: neem de stekker (19) uit de contactdoos voordat u in het water grijpt of
werkzaamheden aan het apparaat uitvoert.
Inschakelen
Schakel eerst de pomp in en controleer van alle aansluitingen of ze niet lekken. Schakel daarna het UVC-
voorzuiveringsapparaat in. Het UVC-voorzuiveringsapparaat schakelt zichzelf automatisch in als de elektrische
aansluiting tot stand wordt gebracht. In het controlevenster (21) is zichtbaar of de UVC-lamp blauw oplicht. Indien het
water erg vuil is, is de lichtsterkte niet voldoende, zodat zichtcontrole niet mogelijk is. Oplossing: schakel de pomp uit
en wacht tot het vuil in het water bezonken is. Schakel vervolgens de pomp weer in.
Opmerkingen
− De waterpeilaanduiding (20) dient ter controle van het waterpeil in het reservoir. Als de vlotter zich in de bovenste
positie bevindt, hoopt zich in het reservoir water op en moet het filtersysteem onmiddellijk worden gereinigd.
− Leg na opstarten het deksel (11) op het reservoir (1) en draai de 4 dopmoeren vast.
− Wanneer er een Proficlear modulefilter M2-M5 achter wordt geschakeld, moeten de UVC-lampen van de
Bitron 550 LM ongeveer een week lang uitgeschakeld blijven, zodat zich op de bioballen bacterieculturen kunnen
vormen.
Uitschakelen
Schakel eerst de pomp uit en trek daarna de netstekker (19) van het UVC-voorzuiveringsapparaat uit het stopcontact.
Reiniging en onderhoud (M - S)
Let op! Gevaarlijke elektrische spanning!
Mogelijke gevolgen: ernstig letsel of zelfs overlijden.
Veiligheidsmaatregelen: neem de stekker (afb. L, 19) uit de contactdoos voordat u in het water grijpt of
werkzaamheden aan het apparaat uitvoert.
Reinig het apparaat alleen als dat nodig is. Reinig het filtersysteem direct, als de vlotter in de waterpeilaanduiding (20)
helemaal bovenaan staat. Schakel de pomp uit en zorg ervoor dat hij niet per ongeluk kan worden ingeschakeld. Draai
de vier dopmoeren op het deksel (afb. E, 11) eraf en neem het deksel van het reservoir.
- NL -
19