13
Spoel de zender gedurende drie minuten af met lauw stromend kraanwater.
14
Plaats de zender en tester op een schone, droge doek en laat ze goed drogen.
Waarschuwing: Als bij een eerdere inspectie lichaamsvocht zichtbaar was in de
connectoropening, gooit u de zender met aangesloten tester weg
in overeenstemming met de afvalverwerkingsregels voor
batterijen (geen vuilverbranding).
15
Koppel de tester los van de zender door de pennetjes van de tester zachtjes in te
drukken.
16
Controleer de behuizing van de zender op scheurtjes, schilfers en andere
beschadigingen. Als er beschadigingen zichtbaar zijn, gooit u de gedesinfecteerde
zender weg in overeenstemming met de afvalverwerkingsregels voor batterijen (geen
vuilverbranding).
Waarschuwing: Gebruik het apparaat niet als u barstjes, schilfers of schade aan
de behuizing opmerkt. Barstjes, schilfers of schade aan de
behuizing wijzen op slijtage. Slijtage van de behuizing kan het
lastiger maken om de zender goed te reinigen en kan leiden tot
ernstig letsel. Neem contact op met het Servicenummer en gooi
het apparaat weg in overeenstemming met de
afvalverwerkingsregels voor batterijen (geen vuilverbranding), of
neem contact op met uw arts voor afvalverwerkingsinstructies.
-146-