Kalibratie - TFA Dostmann 35.1023 Manual De Uso

Estacion de tiempo profesional radio-controlada
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 86
eerst alle minimumwaarden, vervolgens alle maximumwaarden of bij iedere meetplek
direct de bijbehorende min-/max-waarden worden ingevoerd. Voor de winsnelheid kan
alleen een maximumwaarde worden ingevoerd. Deze waarde kan alleen worden inge-
voerd, wanneer van Min op Max wordt overgeschakeld.
Waarden invoeren
Nu kan m.b.v. de toetsen "+" c.q. "-" de gewenste waarde worden ingevoerd. Wanneer
de toets ingedrukt wordt gehouden, neemt de waarde automatisch toe c.q. af.
Bovendien bestaat de mogelijkheid, om de telsnelheid met factor 10 te verhogen: de
toetsen "Fast" en "+" c.q. "-" moeten dan tegelijkertijd worden ingedrukt.

12. Kalibratie

In de kalibreermodus moeten instellingen eenmalig worden vastgelegd. Hier wordt de
hoogtecorrectie voor de barometrische luchtdruk ingevoerd, de regensensor geijkt en
de gewenste eenheid voor luchtdruk en hoeveelheid regen ingesteld. Wanneer de ont-
vangst van DCF wordt gestoord, kunnen de tijd en de datum in de kalibreermodus
worden ingesteld. Desgewenst kunnen verder in deze modus de adressen van de te
ontvangen binnensensor, windsensor en regensensor worden veranderd.
Door de toetsen (
), "Callbr." en ( ). tegelijkertijd in te drukken, komt u in de
kalibreermodus en kunt u met de pijltjestoetsen ( ) en ( ) het betreffende gedeelte
van het display selecteren.
Instellen van de hoogteafstelling voor de barometrische luchtdruk
Nadat het luchtdruk-gedeelte van het display is geselecteerd, voert u m.b.v. de toetsen
"+" c.q. "-" en eventueel "Fast" direct de hoogte van uw standplaats boven de zee-
spiegel (H. ü. NN = Duitse equivalent van NAP) in meters in (waarden tussen 0 en 1999
m mogelijk). De weergave van de eenheid hPa of mm heeft bij de hoogtecorrectie van
de luchtdruk geen betekenis.
Door de toets "Store" in te drukken, wordt de ingevoerde waarde overgenomen en
wordt de normale bedrijfsmodus weergegeven.
Het ijken van de regensensor
Let op:
Het meetsysteem van de regenmeter is af fabriek al zeer nauwkeurig, zodat het
normaal gesproken niet nodig is de regenmeter te ijken.
IJken is alleen nodig wanneer er hoge eisen m.b.t. de nauwkeurigheid aan de
regenmeter worden gesteld.
Voordat u met het ijken van de regensensor begint, moet in de normale weergave-
modus een eventuele waarde voor de opgetelde hoeveelheid regen conform hoofdstuk
"Rain" worden gereset. (Programmeermodus verlaten).
Vervolgens giet u binnen een willekeurige tijd precies 1 liter water heel langzaam in de
trechter van de regensensor.
161
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido