De meetmogelijkheden van het weerstation op een rijtje:
-
Weergave van binnentemperatuur en –luchtvochtigheid met luchtdruk alsmede een
van de 8 andere temperaturen met bijbehorende luchtvochtigheid.
-
De vochtigheid en temperatuur kunnen op maximaal 9 verschillende plaatsen ge-
combineerd worden gemeten, daarvan worden er twee tegelijk op het display weer-
gegeven.
-
Berekening en weergave van de gevoelstemperatuur.
-
Dauwpunten, deze worden voor iedere temperatuur- en vochtigheidssensor af-
zonderlijk berekend.
-
Luchtdruk, naar keuze in hPa of mm
-
Trendaanduiding van de luchtdruk (gelijkblijvend, stijgend, sterk stijgend, teruglo-
pend, sterk teruglopend)
-
Grafische weergave van de veranderingen in de luchtdruk over de afgelopen 24
uur.
-
Symboolweergave voor de weersvoorspelling (zon, helder, zwaar bewolkt, regen)
-
Windsnelheid, naar keuze in km/u, m/s, knopen of Beaufort
-
Windrichting in de vorm van een kompasroos met weergave van de schommelin-
gen in de windrichting (i.p.v. de windsnelheid kan ook de windrichting met 5
resolutie worden weergegeven).
-
Geïntegreerde DCF-klok voor de exacte tijd van de meetwaarden.
-
De minimale en maximale meetwaarden voor alle sensoren met bijbehorende tijd
en datum kunnen worden bewaard (bij de windsnelheid wordt eveneens de bijbe-
horende windrichting vermeld).
-
Registratie van de hoeveelheid regen met <0,5 mm resolutie (totaal, 24 u, 1 u)
-
Programmeerbare alarmmogelijkheden bij bepaalde weersomstandigheden, bijv.
bij vorstgevaar, storm, ongunstige luchtdruk- en temperatuurtrends, bijv. op het
water of in de bergen of als indicator voor het zogenoemde bioweer.
-
Alle belangrijke weersinformatie verschijnt tegelijkertijd op het LC-display, zodat
het apparaat niet hoeft te worden bediend om de weerstoestand te bekijken.
-
Er kunnen tegelijkertijd meerdere basisapparaten worden gebruikt om zo de gege-
vens van sensoren op meerdere plaatsen tegelijker tijd te kunnen weergeven. Basis-
apparaten kunnen apart worden besteld.
Lees deze gebruiksaanwijzing nauwkeurig en in zijn geheel door voordat u het ap-
paraat voor de eerste keer in bedrijf neemt, om storingen en fouten in de bediening
te voorkomen.
Let vooral op de opmerkingen m.b.t. de montage en het kalibreren van de sens-
oren.
Het systeem van binnen- en buitensensoren van het weerstation werkt uitsluitend met
radiografische gegevensoverdracht. U kunt zo de sensor op een maximale afstand van
100 m tot het basisstation in het open veld opstellen c.q. monteren (sterk afhankelijk
van de plaatselijke omstandigheden).
De buitensensoren werken op zonne-energie. Let daarom in het bijzonder op de instal-
latie- en monteervoorschriften van deze componenten om te garanderen dat het hele
systeem volgens de voorschriften functioneert.
146
°