nld
Vertaling van de originele handleiding
Fig. 1 – 4
1 Plaatstalen kist / transportkist voor
buishouderstukken en spanstukken
2 Splitpen bij transport van de
machine
3 Buizenframe
4 Splitpen bij ingebruikname van
de machine
5 Verwarmingselement
6 Elektrische schaaf
7 Aandrukhendel
8 Schuiflade
9 Sluiting
10 Disselboom
11 Bajonet-vergrendeling
12 Vergrendelingshendel
13 Inbusbout
14 Steun
15 Verrijdbaar onderstel
16 Handgreep
17 Houder
18 Handvat
19 Spanklemmen
20 Handvat met tipschakelaar
21 Verschuifsleuf
22 Klemhendel
23 Stopkontakt
24 Rode net-kontrolelampje
25 Groene temperatuur-kontrolelampje
26 Temperatuurstelschroef
27 Spanschaal
28 Zeskantschroef
29 Buissteuninlegschaal
30 Buissteun
31 Draaiknop
32 Trekknop
33 Spanbout
34 Spanmoer
35 Klemexcenter
36 Klemhendel
37 Plaat voor drukkracht
38 Naald-wijzer
39 Klemhendel/-greep
40 Motorkap
41 Beschermkap
Fig. 5
(1) Verwarmingselement
temperatuur
(2) Bovengrens
(3) Ondergrens
(4) Buiswanddikte
Algemene veiligheidsinstructies
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen. Als de veiligheidsinstructies en
aanwijzingen niet correct worden nageleefd, kan dit tot een elektrische schok, brand
en/of ernstige letsels leiden.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen voor latere raadpleging.
Het in de veiligheidsinstructies gebruikte begrip 'elektrisch apparaat' heeft betrekking
op elektrische apparaten met netsnoer.
1) Veiligheid op de werkplek
a) Houd uw werkplek schoon en goed verlicht. Een rommelige en onverlichte
werkplek kan tot ongevallen leiden.
b) Werk met het elektrische gereedschap niet in een omgeving waar zich
brandbare vloeistoffen, gassen of stoffen bevinden en dus explosiegevaar
bestaat. Elektrische gereedschappen produceren vonken, die het stof of de
dampen kunnen ontsteken.
c) Houd kinderen en andere personen uit de buurt tijdens het gebruik van het
elektrische gereedschap. Als u wordt afgeleid, kunt u gemakkelijk de controle
over het apparaat verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrische gereedschap moet in de contactdoos
passen. De stekker mag op geen enkele wijze worden veranderd. Gebruik
geen verloopstekkers voor elektrische gereedschappen met randaarding. Onver
anderde stekkers en passende contactdozen verminderen het risico van een
elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken zoals buizen, radi-
atoren, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico van een
elektrische schok, als uw lichaam geaard is.
c) Houd het elektrische gereedschap uit de buurt van regen of vocht. Het
binnendringen van water in elektrisch gereedschap verhoogt het risico van een
elektrische schok.
36
Fig. 6
(1) Voorbereiden
(2) Buis
(3) Verwarmingselement
(4) Buis
(5) Doorwarmen
(6) Tot stand gekomen verbinding
Fig. 7
(1) Uitwendige buisdiameter d (mm)
(2) Spleetbreedte a (mm)
Fig. 8
(1) Druk N/mm²
(2) Opwarmdruk
(3) Opwarmtijd
(4) Doorwarmdruk
(5) Doorwarmtijd
(6) Omschakeltijd
(7) Lasdruk
(8) Lasdruk-opvoertijd
(9) Afkoeltijd
(10) Totale lastijd
(11) Tijd
Fig. 9 en 16
(1) Buisseries en drukkrachten voor
aanpassing bij het lassen van
buizen van polyethyleen
(2) Buisbuitendiameter d
(3) Wanddikte s
(4) Verhouding buitendiameter-
wanddikte SDR
(5) Buisserie S
(6) Drukkracht in N
Fig. 14
(1) Nominale wanddikte mm
(2) Aanzetten rilhoogte bij het ver-
warmingselement aan het einde
van de opwarmtijd (minimale
waarden)
(opwarmen onder 0,15 N/mm²)
(3) Doorwarmen ^ = 10 × wanddikte
(doorwarmen ≤ 0,02 N/mm²)
(4) Omschakelen maximale tijd
(5) Lassen
(6) Tijd tot volledige drukopvoer
(7) Afkoeltijd onder lasdruk
p = 0,15 N/mm² ± 0,01
min (minimale waarden)
d) Gebruik de aansluitkabel niet oneigenlijk om het elektrische gereedschap
te dragen, op te hangen of om de stekker uit de contactdoos te trekken.
Houd de aansluitkabel uit de buurt van hitte, olie, scherpe randen of bewe-
gende onderdelen. Een beschadigd of in de war gebracht snoer verhoogt het
risico van een elektrische schok.
e) Als u met een elektrisch gereedschap in de openlucht werkt, mag u uitslui-
tend verlengsnoeren gebruiken die voor buitengebruik geschikt zijn. Het
gebruik van verlengsnoeren die voor buitengebruik geschikt zijn, vermindert het
risico van een elektrische schok.
f) Als het bedrijf van het elektrische gereedschap in een vochtige omgeving
onvermijdelijk is, dient u een aardlekschakelaar te gebruiken. Het gebruik
van een aardlekschakelaar vermindert het risico van een elektrische schok.
3) Veiligheid van personen
a) Wees aandachtig tijdens het gebruik van elektrisch gereedschap. Let op
wat u doet en werk met verstand. Gebruik geen elektrisch gereedschap,
als u moe bent of als u onder invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen.
Een moment van onoplettendheid tijdens het gebruik van het elektrische gereed
schap kan ernstige letsels tot gevolg hebben.
b) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen en altijd een veiligheidsbril. Het
dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals stofmasker, slipvaste
veiligheidsschoenen, veiligheidshelm of gehoorbescherming, naargelang de aard
en het gebruik van het elektrische gereedschap, vermindert het risico van letsels.
c) Voorkom een onbedoelde inschakeling van het gereedschap. Verzeker u
ervan dat het elektrische gereedschap uitgeschakeld is, alvorens u het op
het stroomnet aansluit, opneemt of draagt. Als u bij het dragen van het elek
trische gereedschap uw vinger aan de schakelaar houdt of als u het gereedschap
op de elektrische voeding aansluit terwijl het ingeschakeld is, kan dit ongevallen
veroorzaken.
d) Verwijder instelgereedschap of schroefsleutels, voor u het elektrische
gereedschap inschakelt. Gereedschap of sleutels die zich in een draaiend
onderdeel bevinden, kunnen letsels veroorzaken.
e) Vermijd een abnormale lichaamshouding. Zorg ervoor dat u stabiel staat
en te allen tijde uw evenwicht kunt bewaren. Zo kunt u het elektrische gereed
schap in onverwachte situaties beter controleren.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen wijde kleding of sieraden. Houd uw
haar, kleding en handschoenen verwijderd van bewegende onderdelen.
Losse kleding, sieraden of lange haren kunnen door bewegende onderdelen
worden gegrepen.
4) Gebruik en behandeling van elektrisch gereedschap
a) Overbelast het gereedschap niet. Gebruik bij uw werk het elektrische
gereedschap dat daarvoor bedoeld is. Met het juiste elektrische gereedschap
werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven vermogensbereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap met een defecte schakelaar. Elektrisch
gereedschap dat niet meer kan worden in of uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet
worden gerepareerd.
c) Trek de stekker uit de contactdoos, voor u instellingen van het apparaat
wijzigt, accessoires vervangt of het apparaat weglegt. Deze voorzorgsmaat
regel voorkomt dat het elektrische gereedschap onbedoeld start.
d) Bewaar ongebruikt elektrisch gereedschap buiten het bereik van kinderen.
Laat het gereedschap niet gebruiken door personen die er niet vertrouwd
mee zijn of die deze instructies niet gelezen hebben. Elektrisch gereedschap
is gevaarlijk, als het door onervaren personen wordt gebruikt.
e) Onderhoud het elektrische gereedschap zorgvuldig. Controleer of beweeg-
lijke onderdelen vlekkeloos functioneren en niet klemmen en of bepaalde
onderdelen eventueel gebroken of zo beschadigd zijn, dat het elektrische
gereedschap niet meer correct werkt. Laat beschadigde onderdelen repa-
reren, vóór u het elektrische gereedschap weer in gebruik neemt. Veel
ongevallen zijn te wijten aan slecht onderhouden elektrisch gereedschap.
f) Gebruik elektrisch gereedschap, accessoires, werktuigen enz. uitsluitend
volgens deze instructies. Houd daarbij rekening met de werkomstandigheden
en uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van elektrisch gereedschap voor
andere dan de beoogde toepassingen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
g) Houd grepen droog, schoon en vrij van olie en vet. Gladde grepen verhinderen
een veilige hantering en controle van het elektrische gereedschap in onverwachte
situaties.
5) Service
a) Laat uw elektrisch gereedschap uitsluitend door gekwalificeerd vakperso-
neel en alleen met originele reserveonderdelen repareren. Zo is gegarandeerd
dat de veiligheid van het gereedschap in stand gehouden wordt.
Veiligheidsinstructies voor verwarmingselement-
stomplasmachines
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen. Als de veiligheidsinstructies en
aanwijzingen niet correct worden nageleefd, kan dit tot een elektrische schok, brand
en/of ernstige letsels leiden.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen voor latere raadpleging.
● Gebruik de machine niet als deze beschadigd is. Er bestaat gevaar voor
ongevallen.
● Raak het verwarmingselement-stomplasapparaat (5) alleen aan de handgreep
(16) of aan het handvat (18) aan, wanneer het in een contactdoos gestoken
is. Het verwarmingselement en de metalen onderdelen tussen het verwarmings
element en de handgreep van kunststof bereiken werktemperaturen tot 300°C.
Het aanraken van deze onderdelen veroorzaakt ernstige brandwonden.
nld