3. Instructies voor gebruik
a) Controleer het oliepeil door de containerplug op
de achterkant van de container los te draaien.
Voor het monteren van lagers met de
SKF Olie Injectie Methode, of door middel
van een hydraulische moer, bevelen wij een
olie met een viscositeit aan van ongeveer
300 mm
/s bij bedrijfstemperatuur. Voor het
2
demonteren van lagers bevelen wij een olie aan
met een viscositeit van ongeveer 900 mm
bedrijfstemperatuur.
b) Houd de pomp horizontaal of licht naar voren
gekanteld om de olietoevoer te verzekeren.
c)
Sluit de ontlastklep aan de rechterzijde van de
pomp zonder kracht te gebruiken.
A
A.
Olie-ontlastklep
B.
Manometer
d) Draai de snelkoppelnippel (G
toepassing.
e) Sluit de slang op de nippel aan, door de
klemring op de snelkoppeling terug te
trekken. De slang wordt op dezelfde manier
losgekoppeld.
f ) Blijf pompen tot de nodige druk voor uw
toepassing bereikt is. De maximum druk is
/s bij
100 MPa. Hierbij opent de veiligheidsklep.
2
g) Open de ontlastklep en laat de overbodige olie
naar de oliecontainer teruglopen.
/
) in de
1
4
B
NL
95