Gebruikershandleiding
TIG (GTAW) LASMODULE
AANSLUITING EN ADVIEZEN
Zie de handleiding van de generator.
SLIJPEN VAN DE ELEKTRODE
Voor het optimaal functioneren wordt aangeraden de te gebruiken elektroden als volgt te slijpen :
d
AANBEVOLEN COMBINATIES
(mm)
0.3 - 3
2,4 - 6
4 - 8
6.8 - 8.8
9 - 12
INSTELLINGEN VAN DE PROCEDURE
Instellingen
Lasprocedure
Module trekker
De toegang tot sommige las-instellingen hangt af van de gekozen schermweergave : Instellingen/Weergave : Easy of Expert. Raadpleeg de
HMI-handleiding
INSTELLINGEN
• Standaard
De TIG DC Standaard lasprocedure geeft een hoge laskwaliteit op de meeste ijzerhoudende materialen, zoals staal, rvs, maar ook koper en koperle-
geringen, titaan....... De vele mogelijkheden om stroom en gas te regelen bieden u een perfecte beheersing van uw lasprocedure, vanaf de ontsteking
tot de uiteindelijke afkoeling van de.lasnaad.
• Puls
Deze lasmodule met puls-stroom wisselt sterkere lasstroom (l, laspuls) af met zwakkere stroom (l_Koude puls om het werkstuk af te koelen). De
pulsmodule wordt gebruikt om de te lassen onderdelen samen te voegen, met een beperkte stijging van de temperatuur zodat er weinig vervorming
optreedt. Ook ideaal voor het in positie lassen.
Voorbeeld:
De lasstroom I is afgesteld op 100A en % (I_Koud) = 50%, dus een koude stroom = 50% x 100A = 50A.
F(Hz) is afgesteld op 10Hz, de duur van het signaal is 1/10Hz = 100ms -> iedere 100ms zullen een puls van 100A en een puls van 50A elkaar afwis-
selen.
• Spot
Met deze lasmodule kunnen de te lassen onderdelen voor het lassen geassembleerd worden. Het punten kan handmatig, per trekker, of getem-
poriseerd gebeuren, in een van te voren gedefinieerd ritme. Deze «punt-duur» zorgt voor een betere reproduceerbaarheid, en het realiseren van
niet-geoxideerde punten.
• Spot-Puls
Deze lasmodule voor fijn plaatwerk is geschikt voor het voor-assembleren van onderdelen, voordat u met het eigenlijke lassen begint. Het punten kan
handmatig, per trekker, of getemporiseerd gebeuren, in een van te voren gedefinieerd ritme. Deze «punt-duur» zorgt voor een betere reproduceer-
baarheid, en het realiseren van niet-geoxideerde punten.
78
Vertaling van de originele handleiding
L
Stroom (A)
3 - 75
60 - 150
100 - 200
170 - 250
225 - 300
Instellingen
Standaard
Vlakke stroom
Puls
Puls stroom
Spot
Vlak punten
Spot-Puls
Gepulseerd punten
2T, 4T, Ventiel
Keuze gebruik van de trekker.
L = 3 x d voor een zwakke stroom.
L = d voor sterke stroom
Ø Elektrode (mm)
1
1.6
2
2.4
3.2
Ø Nozzle (mm)
Gastoevoer Argon (L/min)
6.5
8
9.5
11
12.5
WF 35
6 - 7
6 - 7
7 - 8
8 - 9
9 - 10