6.2. Werking op batterijen - batterijen in het hoofd-
apparaat plaatsen
Het batterijvak bevindt zich aan de achterkant van het apparaat.
Maak de twee vergrendelingen los en haal het deksel van het batterijvak af.
Plaats acht batterijen van 1,5 V, type UM-1/D/R20 (niet meegeleverd) zodanig dat
de minpool tegen de veren duwt. Zie ook de afbeelding in het batterijvak!
Doe het deksel weer op het batterijvak. De sluitingen moeten goed vergrendeld
zijn.
Als er geen netsnoer op de AC~-aansluiting is aangesloten, werkt het apparaat nu
op de batterijen.
WAARSCHUWING!
Explosiegevaar!
Explosiegevaar als de batterijen niet op de juiste ma-
nier worden vervangen.
Vervang batterijen alleen door batterijen van hetzelf-
de of een gelijkwaardig type.
6.3. Netvoeding - netsnoer aansluiten
Sluit de meegeleverde netvoedingskabel aan op de AC IN-aansluiting aan de
achterzijde van het apparaat.
Steek de stekker van het netsnoer in een goed toegankelijk stopcontact van 240
V ~ 50 Hz.
Ook als er batterijen zijn geplaatst, wordt het apparaat nu van stroom voorzien via
het elektriciteitsnet.
6.4. Antenne richten
Voor de radio-ontvangst bevindt zich aan de bovenkant van het apparaat een tele-
scoopantenne.
Maak het uiteinde van de antenne voorzichtig los uit de vergrendeling rechts
op het apparaat. Trek de antenne vervolgens helemaal uit en draai en/of zwenk
hem voor een optimale ontvangst.
52