Gebruik van een verlengkabel
Een verlengkabel mag pas gebruikt worden als
dit absoluut noodzakelijk is. Gebruik een goed-
gekeurde verlengkabel, die geschikt is voor het
opgenomen vermogen van uw laadapparaat (zie
technische gegevens). De minimale doorsnede van
de leidingen is 1 mm² en de maximale lengte is
30 m.
Gebruikt u een kabeltrommel, wikkel dan de kabel
volledig af.
Veiligheidsaanwijzingen voor laadappa-
raten en accu's:
Dit apparaat mag niet worden gebruikt of ge-
■
reinigd door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of mentale capa-
citeiten of een gebrek aan ervaring en kennis,
behalve als deze personen onder toezicht
staan van een persoon die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid of hierdoor vertrouwd
zijn gemaakt met het gebruik hiervan. Laat
kinderen niet met het apparaat spelen.
Gebruik het laadapparaat niet voor accu's,
■
die niet zijn bedoeld voor het opladen!
Het laadapparaat [9] mag alleen met het
■
netsnoer [10] worden gebruikt!
Explosiegevaar:
Gooi accu's nooit in het vuur.
■
Elementen van het apparaat
Alvorens de machine in gebruik te nemen, moet de
gebruiker zich vertrouwd maken met alle bedrijfs-
functies en veiligheidsvoorschriften.
Overzicht (afb. I)
1 Aanzuigopening/deksel met filtermat
2 Afdekking/opnameschacht voor gaspatroon
3 Trekker
4 Acculaadtoestandindicator/onderhoudsindica-
tor
240
Veiligheidsaanwijzingen
Brandgevaar
Accu's alleen opladen op goed geventileerde
■
en stofvrije locaties en bij temperaturen tussen
0 °C en 40 °C. Ligt de omgevingstemperatuur
onder 0 °C tot 40 °C, is het opladen niet
toegestaan, omdat dan brand kan ontstaan.
Metalen voorwerpen kunnen de accucontacten
■
overbruggen en een kortsluiting veroorzaken.
Bewaar de accu alleen op met de geplaatste
beschermkap.
Het netsnoer na het laden loskoppelen van de
■
elektrische voeding.
Dek het laadapparaat en de accu niet af tijdens
■
het laadproces en stel deze componenten niet
bloot aan hoge temperaturen, bijvoorbeeld
door direct zonlicht.
Laad de accu nooit in de buurt van vuur of licht
■
ontbrandbare materialen/vloeistoffen (thinner,
verf/lak, benzine).
Sluit het netsnoer nooit aan op een transfor-
■
mator, stroomgenerator, etc.
Gevaar voor een elektrische schok:
Laad accu's nooit in de regen of in de buurt van
■
spatwater. Bescherm de accu en het laadappa-
raat tegen vocht.
Houd het netsnoer vrij van olie en vet.
■
Vóór het aansluiten van de elektrische voeding:
■
• Let op de netspanning, zie Technische
• Raak de netstekker nooit aan met natte of
• Leg het netsnoer nooit over scherpe kanten of
5 Accu-ontgrendelknop
6 Accu
7 Gordelbevestigingsbeugel
8 Sluiting magazijn
9 Magazijnvoet
10 Magazijn
11 Spanschuiver
12 Ontgrendelhendel voor spanschuiver
13 Opzethuls
14 Uitlaatgasopening
gegevens.
vochtige handen.
hete oppervlakken. Controleer het netsnoer
en het stopcontact op beschadigingen.