Het aandraaikoppel instellen
Wanneer u kolomschroeven, zeskantbouten, enz. wilt
indraaien met het vooraf ingestelde koppel, stelt u het
aandraaikoppel als volgt in.
1.
Breng de accu aan.
2.
Open de wisselplaat met de hand zodat u het gat
kunt zien.
► Fig.7: 1. Wisselplaat
3.
Knijp de trekkerschakelaar in en laat deze los
zodat de stelring draait en het gat zichtbaar wordt.
Verwijder daarna de accu.
4.
Gebruik een optioneel instelhulpstuk om het aan-
draaikoppel in te stellen. Steek de punt van het instel-
hulpstuk in het gat onder de ring op de voorkant van
het gereedschap. Draai vervolgens het instelhulpstuk
rechtsom om een hoger aandraaikoppel in te stellen,
en linksom om een lager aandraaikoppel in te stellen.
Gebruik de gele lijn als een grove richtlijn.
► Fig.8: 1. Instelhulpstuk 2. Gat voor instelhulpstuk
3. Gele lijn
5.
Breng de accu aan en verzeker u ervan dat
een aandraaikoppel is ingesteld met behulp van een
aandraaikoppeltester.
6.
Sluit de wisselplaat stevig met de hand.
Het nullasttoerental, de draaihoek,
enz. instellen
U kunt het nullasttoerental, aantal omwentelingen, enz.
van het gereedschap instellen met behulp van een com-
puter. Installeer de applicatiesoftware op uw computer
en verbindt deze met behulp van een USB-kabel met
het gereedschap.
► Fig.9: 1. USB-kabel 2. USB-afdekking
3. USB-aansluiting
KENNISGEVING:
Zorg ervoor dat de USB-
afdekking gesloten is tijdens het bevestigen.
OPMERKING: Neem contact op met een
Makita-verkoopvertegenwoordiger voor de
applicatiesoftware.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
De juiste dop selecteren
Er zijn verschillende typen doppen voor sommige
modellen afhankelijk van de toepassing. Kies de juiste
dop voor uw toepassing en breng deze aan.
De dop aanbrengen en verwijderen
► Fig.10: 1. Dop 2. Gat 3. Pen
Om de dop aan te brengen, duwt u deze met één hand
op de vierkante aandrijfkop van het gereedschap en
duwt u met de andere hand de pen op de vierkante
aandrijfkop in totdat de dop op zijn plaats wordt ver-
grendeld. Op de dop te verwijderen, trekt u hem er
eenvoudig af door de pen op de vierkante aandrijfkop
in te drukken.
LET OP:
Controleer vóór gebruik of de dop
goed is vergrendeld op de vierkante aandrijfkop.
Als de dop onvoldoende goed is aangebracht, kan
letsel worden veroorzaakt.
Aanbrengen of verwijderen van het
schroefbit of de schroefdop
Afhankelijk van het land
► Fig.11
Gebruik uitsluitend een schroefbit/schroefdop met een
insteekgedeelte zoals aangegeven in de afbeelding.
Gebruik geen ander schroefbit/schroefdop.
Voor gereedschappen met een ondiepe
schroefbit-insteekopening
A=12 mm
B=9 mm
Voor gereedschappen met een diepe
schroefbit-insteekopening
A=17 mm
B=14 mm
A=12 mm
B=9 mm
► Fig.12: 1. Schroefbit 2. Bus
Om het schroefbit te plaatsen, trekt u de bus in de rich-
ting van de pijl en steekt u het schroefbit zo ver mogelijk
in de bus.
Laat daarna de bus los om het schroefbit te
vergrendelen.
Om het schroefbit te verwijderen, trekt u de bus in de
richting van de pijl en trekt u het schroefbit er uit.
OPMERKING: Als het schroefbit niet diep genoeg
in de bus wordt gestoken, zal de bus niet naar haar
oorspronkelijke positie terugkeren en zal het schroef-
bit niet goed vastzitten. In dat geval dient u het bit
opnieuw erin te steken volgens de bovenstaande
procedure.
OPMERKING: Als het moeilijk is om het schroefbit
aan te brengen, trekt u aan de bus en steekt u het
schroefbit zo ver mogelijk in de bus.
OPMERKING: Nadat u het schroefbit in de bus hebt
gestoken, controleert u dat het schroefbit stevig vast
zit. Als het uit de bus komt, mag u het niet gebruiken.
38 NEDERLANDS
Gebruik uitsluitend dit type
schroefbit. Volg procedure 1.
(Opmerking) De bitadapter is
niet nodig.
Om dit type schroefbit te
plaatsen, volgt u procedure 1.
Om dit type schroefbit te
plaatsen, volgt u procedure 2.
(Opmerking) De bitadapter is
nodig om het bit te plaatsen.