Ryobi RLM53175S Traducción De Las Instrucciones Originales página 77

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 42
gebalanceerd zijn om schade en verwondingen te
voorkomen.
HET LUCHTFILTER REINIGEN
Zie afbeelding 13.
Houd de luchtfi lter schoon voor een goed vermogen en
lange levensduur
1. Verwijder het luchtfilterdeksel door de knipsluiting in te
drukken terwijl u het deksel voorzichtig uittrekt.
2. Verwijder de luchtfilter en reinig met warm zeepwater.
Spoel en laat volledig drogen.
3. Breng een lichte laag motorolie op de luchtfilter aan, en
wring dan uit met behulp van een absorberende doek
of keukenpapier.
4. Plaats de luchtfilter terug in de luchtfilterbasis.
5. Vervang en maak het luchtfilterdeksel vast.
OPMERKING: De filter moet jaarlijks worden vervangen
voor beste prestaties.
BRANDSTOFDOP
WAARSCHUWING
Een lekkende brandstofdop betekent een brandgevaar
en moet onmiddellijk worden vervangen.
De brandstofdop bevat een onderhoudsvrije fi lter en
controleklep. Een verstopte brandstopdop veroorzaakt
slechte motorprestaties. Als de presaties verbeteren
wanneer de brandstofdop los wordt gemaakt, controleert
u of de klep misschien defect of verstopt is. Plaats indien
nodig de brandstofdop terug.
MOTOROLIE VERVANGEN
Zie afbeelding 14.
Zorg ervoor dat de brandstoftank volledig leeg is voor u de
eenheid kantelt. Anders lekt de brandstof.
De motorolie moet elke 25 bedrijfsuren worden vervangen.
Vervang de olie wanneer de motorolie nog warm, maar
niet heet is. Dit laat toe dat de olie snel en volledig wordt
gedraineerd.
1. Verwijder de olievuldop/peilstok.
2. Kantel de maaier opzij en laat de olie van de
olievulopening
in
een
draineren.
3. Zet de maaier recht en vul opnieuw met olie en volg
daarbij de voorschriften in het deel Olie toevoegen/
controleren.
OPMERKING:
Gebruikte
goedgekeurde
afvoerplaats
Raadpleeg uw plaatselijk olieverkoooppunt voor meer
informatie.
BOUGIE ONDERHOUDEN
Zie afbeelding 15.
De bougie moet correct zijn gevormd en vrij van afzetting
goedgekeurde
container
olie
moet
op
een
worden
weggegooid.
om te verzekeren dat de motor goed werkt. Controleer:
1. Verwijder het bougiedeksel.
2. Reiig alle vuil rond de voet van de bougie.
3. Verwijder de bougie met behulp van een 20,5 mm
bougiesleutel (niet meegeleverd)
4. Controleer de bougie op schade en reinig met een
stalen borstel voor u hem terugplaatst. Als de isoleerder
stuk of gebarsten is, moet de bougie worden vervangen.
OPMERKING: Gebruik de aanbevolen E7RTC-bougie
ter vervanging.
5. Bougieopening meten. De correcte opening ligt tussen
de 0.71 mm - 0.79 mm. Om de opening te verbreden,
buigt u indien nodig voorzichtig de (bovenste)
aardelektrode. Om de opening te verkleinen, tikt u de
aardelektrode op een hard oppervlak.
6. Plaats de bougie op zijn plaats; draad ze met de hand
om slingerdraden te voorkomen.
7. Span met behulp van een sleutel aan om de sluitring
aan te drukken. Als de bougie nieuw is, drukt u de
sluitring met 1/2 draai overeenkomstig aan. Als u een
oude bougie opnieuw gebruikt, drukt u deze met 1/8 of
1/4 draai aan voor correcte sluitringcompressie.
OPMERKING: Een niet correct aangespannen bougie
wordt heel warm en kan de motor beschadigen.
8. Bougiesteker terugplaatsen
WIELAANDRIJVING AANHOUDEN
Zie afbeelding 16.
Om ervoor te zorgen dat de wielen vlot draaien, moet het
wielstel voor het opbergen worden gereinigd.
1. Verwijder de velg.
2. Verwijder de moer en het wiel en leg aan de kant.
3. Verwijder het stofdeksel, e-ring, sluitring, pinnen en
wielstel. Reinig al het vuil van deze voorwerpen en het
einde van de aandrijfas met een droge doek. Indien
nodig kan alcohol worden gebruikt om hardnekkig vuil
te verwijderen.
WAARSCHUWING
Smeer geen enkel onderdeel van de wielen. Smering
kan leiden tot het wiel componenten te falen tijdens het
gebruik, wat kan leiden tot schade aan het product en /
of ernstig lichamelijk letsel van de operator.
4. Herbevestig het wielstel met de pijlen tegenover de
voorkant van de grasmaaier. Herbevestig de pinnen,
sluitring, e-ring en stofdeksel.
OPMERKING: Controleer of het linker tandwiel en het
rechter tandwiel op de juiste locatie staan.
5. Herbevestig het wiel en de moer. Span de moer aan.
6. Plaats de naafdop terug.
WIELEN VERVANGEN
Zie afbeelding 17.
EN
Nederlands
FR
DE
ES
IT
NL
PT
DA
SV
FI
NO
RU
PL
CS
HU
RO
LV
LT
ET
HR
SL
SK
BG
UK
75
loading