13. 3 ELEKTROMAGNETISCHE ONGEVOELIGHEID / MOBIELE RADIOFREQUENTIE TOESTELLEN
Het apparaat is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving van onderstaande tabel. De gebruiker
en/of de installateur dient zich ervan te vergewissen dat het apparaat wordt gebruikt in een dergelijke
elektromagnetische omgeving.
Testniveau volgens
IEC60601
Draagbare en mobiele radiofrequentie apparaten mogen niet in de nabijheid van het apparaat worden gebruikt (dit
geldt ook voor de kabels) op een afstand die kleiner is dan de afstand die is aanbevolen en die wordt berekend op basis
Storing
radiofrequentie
leiding. IEC61000-4-6
Elektromagnetische
velden
radiofrequentie
straling.
IEC61000-4-3
De intensiteiten van de elektromagnetische velden van vast opgestelde radiofrequentie zenders, zoals bepaald
door een meting van de elektromagnetische omgeving (a), moeten lager zijn dan het conformiteitsniveau voor elk
Er kunnen interferenties optreden in de nabijheid van apparaten die van het volgende symbool zijn voorzien:
Opmerking 1: Bij 80 MHz en 800 MHz is het hoogste frequentiebereik van toepassing.
Opmerking 2: Deze speciÀ caties zijn mogelijk niet op alle situaties van toepassing. De elektromagnetische
voortplanting wordt beïnvloed door de opname en de weerkaatsing door structuren, voorwerpen
en personen.
(a): De intensiteiten van de elektromagnetische velden van vast opgestelde radiofrequentie zenders, zoals
basistoestellen van draagbare telefoons (GSM/draadloze apparaten), portofoons, radioamateurzenders,
AM/FM-radiozenders en tv-zenders kunnen niet nauwkeurig door de theorie worden bepaald. Om de
elektromagnetische omgeving te beoordelen die afkomstig is van vaste radiofrequentie zenders moet
een meting van de elektromagnetische omgeving worden uitgevoerd. Als de gemeten intensiteit van het
radiofrequentieveld in de onmiddellijke gebruiksomgeving van het apparaat hoger is dan het hierboven
aangegeven radiofrequentie conformiteitsniveau, is het noodzakelijk om de prestaties van het apparaat
te testen om na te gaan of deze conform zijn aan de speciÀ caties. Als ongebruikelijke prestaties worden
vastgesteld, zijn er mogelijk aanvullende maatregelen vereist, zoals het verdraaien of verplaatsen van het
apparaat.
(b): In het frequentiebereik 150 kHz tot 80 Mhz moeten de elektromagnetische velden lager zijn dan 3 V/m.
Testniveau
volgens
Conformiteitsniveau
IEC60601
van de frequentie en het vermogen van de zender.
3 V/m
150 KHz tot 80
MHz
3 V/m
80 MHz tot 2,5
GHz
Elektromagnetische omgeving - opmerkingen
Aanbevolen scheidingsafstand:
3 V/m
d = 1,2
d = 1,2
d = 2,3
3 V/m
Waarin «P» het maximale nominale vermogen van de
zender is in watt (W) volgens de speciÀ caties van de
fabrikant en «d» de minimale afstand in meters (m)
voor de aanbevolen scheiding.
frequentiebereik (b).
80 MHz tot 800 MHz.
800 MHz tot 2.5 GHz.
97