Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
Verbindertechniek
MONTAGE VAN DE RAILVERBINDING
De railverbinders zijn beschikbaar in geleidende en isolerende uitvoering. De montage is echter in grote mate identiek.
Afbeelding 3:
1.
De contacttongen van de verbinders (enkel bij geleidende uitvoering) in de gleuf van de
contactrail schuiven (vergelijk Afb. 2) en de rail tot aan de aanslag in de verbinder leiden.
2.
De twee zijdelingse stifttappen met de bijliggende inbussleutel met een draaimoment van
0,5 Nm aantrekken.
MONTAGE VAN DE GEWRICHT-RAILVERBINDER 0 - 90° en van de HOEKVERBINDER 90° VERTICAAL
Afbeelding 4:
1.
De contacttongen van de verbinders in de gleuf van de contactrail schuiven (vergelijk Afb. 2) en de rail tot
de aanslag in de verbinder leiden.
2.
De twee zijdelingse stifttappen met de bijliggende inbussleutel met een draaimoment van 0,5 Nm
aantrekken.
De hoekverbinder verticaal 90° mag niet voor de montage van een vrijhangende verticale contactrail gebruikt
worden. Hier moeten aan de wand raildragers type A gemonteerd worden.
1.
31-411-10-XX
31-441-11-XX
MONTAGE VAN DE FLEXVERBINDER
Bij een hoogteverschil van de rails of in de hoeken die niet met de gewrichtverbinder weergegeven kunnen worden kan
de fl exverbinder gebruikt worden.
Afbeelding 5:
1.
De adapter A van beneden op de eerste te verbinden rail zetten en met de schroefkap vasttrekken.
2.
Met de adapter B en de tweede rail identiek te werk gaan.
Voedingen
MONTAGE VAN DE STANGENVOEDINGEN
De stangenvoedingen zijn, passend tot de raildragers, in de lengtes 50, 100, 225 en 525 mm beschikbaar, en dienen
naast de stroomtoevoer ook voor de statische ophanging van de contactrail.
34
(bij gebruik van het dragersysteem type A)
1.
2.
A
1.
B
2.
1.
2.
31-451-10-XX
31-451-11-XX
