Gebruik altijd de kookzone die het beste
past bij de diameter van de bodem van
de pan.
Kookzone
Diameter van de bodem van de pan
Ø min. (aanbevolen) Ø max (aanbevolen)
Alle
Lege pannen/koekenpannen of pan-
nen met een dunne bodem
Gebruik geen lege pannen/koekenpan-
nen of pannen met een dunne bodem op
de kookplaat, omdat u dan de tempera-
tuur niet kunt regelen of de kookzone niet
automatisch kunt uitschakelen als de
temperatuur te hoog is, met het risico dat
u de pan of het oppervlak van de kook-
plaat beschadigt.
12. PROBLEEM OPLOSSEN
Beschrijving
Storingscode
De kookplaat gaat na 10
ER03
seconden uit.
De kookplaat gaat uit.
ER21
De desbetreffende kook-
E2
zone gaat uit.
De desbetreffende kook-
E3
zone gaat uit.
De kookzone gaat niet
E6
aan.
De kookzones gaan uit.
E8
De desbetreffende kook-
EH
zone gaat uit.
110 mm
160 mm
Mogelijke oorzaak van de storing
Continue activatie van de toetsen ge-
detecteerd.
Water of pan op het bedieningspaneel.
De temperatuur in de elektronische
componenten is te hoog.
Pan leeg of ongeschikt.
Temperatuur van het oppervlak van
pan of glaskeramische plaat is te
hoog.
Temperatuur van de elektronische
componenten te hoog.
Pan niet geschikt.
De pan verliest zijn magnetische ei-
genschappen en kan schade aan de
inductiekookplaat veroorzaken.
Voedingsspanning en/of frequentie
buiten bereik buiten bereik.
Ventilator kapot.
Ventilator verstopt door stof of vuil.
Kookzone temperatuursensor geblok-
keerd.
Een voldoende temperatuursverande-
ring wordt niet gedetecteerd nadat de
kookplaat is aangezet.
Als dit gebeurt, raak dan niets aan en
wacht tot alle onderdelen zijn afgekoeld.
Als een foutmelding verschijnt, raad-
pleeg dan het deel 'Oplossen van proble-
men'.
Nuttige aanwijzingen/ tips
Geluiden tijdens de werking
Bij inschakeling van een kookzone kan
een kort gezoem hoorbaar zijn. Dit is een
typisch verschijnsel van glaskeramische
kookzones en heeft geen invloed op de
werking of op de levensduur van het ap-
paraat. Het geluid kan afhankelijk zijn
van de gebruikte pan. Als er sprake is
van een sterke storing, kan het nuttig zijn
om de pan te vervangen.
Oplossing
Verwijder het water of de pan van het
glaskeramische oppervlak en van het
bedieningspaneel.
Laat de kookplaat afkoelen.
Controleer of de kookplaat voldoende
ventilatie heeft.
Als de fout blijft bestaan, neem dan
contact op met de serviceafdeling.
Laat de kookplaat afkoelen.
Gebruik een geschikte pan.
Pannen niet leeg opwarmen.
Gebruik een geschikte pan.
De fout wordt na 8 seconden automa-
tisch opgeheven en de kookzone kan
opnieuw worden gebruikt.
In geval van verdere fouten moet het
fornuis worden vervangen.
Als de fout blijft bestaan, neem dan
contact op met de serviceafdeling.
Controleer de netspanning en/of de
frequentie.
Neem indien nodig contact op met de
serviceafdeling.
Maak de ventilator schoon en verwij-
der eventuele vreemde voorwerpen.
Als de fout blijft bestaan, neem dan
contact op met de serviceafdeling.
Zet de kookplaat uit en zet hem weer
aan nadat hij is afgekoeld.
Als de fout blijft bestaan, neem dan
contact op met de serviceafdeling.
113