24
5.2
INSTELLING VAN DE HAAKSE STAND (afb. 3)
Met deze instelling kan worden gecontroleerd of de
zaagschijf (A) correct onder 90° ten opzichte van de
tafel (B) geplaatst is.
Voor deze operatie is het voldoende aan de twee
schroeven (C) te draaien, door hen vaster of losser
te draaien totdat de gewenste rechte hoek bereikt
wordt.
Om deze handeling te vergemakkelijken kunnen van
te voren de twee regelknoppen van de kanteling (Q op
afb. 1) worden losgedraaid.
5.3
INSTELLING VAN DE BASIS (afb. 4)
Het is mogelijk versteksneden uit te voeren tot max.
45°. Door deze instelling kunnen mogelijke imperfecties
in het verstek van de bewerkingskop onder 45° ten
opzichte van de basis gecorrigeerd wordt.
- Draai de knoppen (A) los waarmee de bewerkingskop
gekanteld kan worden.
- Stel de twee schroeven (B) af totdat de uitlijning van
de zaagschijf met de referentie (C) 45° bereikt wordt.
- Draai de knoppen (A) vast.
5.4
INSTELLING VAN DE SPLIJTWIG (afb. 5)
De splijtwig (A) heeft als functie te verhinderen dat het
hout zich tijdens het zagen achter de zaagschijf sluit,
zodat mogelijk vastlopen voorkomen wordt.
Om veiligheidsredenen mag de splijtwig nooit worden
verwijderd.
Een hefboomsysteem zorgt ervoor dat, ook als de
zaagdiepte gevarieerd wordt, de wig toch steeds
de juiste positie ten opzichte van de zaagschijf
aanhoudt.
De splijtwig (A) moet zo worden ingesteld dat de
afstand tot de getande rand van de zaagschijf (B) nooit
groter is dan 5 mm. Bovendien mag het laagste punt
van de getande rand nooit meer dan 5 mm voorbij de
onderrand van de wig steken (afb. 5).
Na verschillende keren slijpen van de zaagschijf dient
u de afstand tussen de splijtwig en de zaagschijf te
controleren.
Indien nodig herstelt u de situatie door aan de
bevestigingsschroef (C) te draaien.
Ga als volgt te werk om de afstand tussen de splijtwig
en de zaagschijf in te stellen:
- Haal de stekker uit het stopcontact.
- Haak de bewerkingskop uit de veiligheidsstop los.
- Plaats de stop voor de zaagdiepte op de grootste
maat (zie 5.5).
- Druk de handgreep aan de voorkant naar beneden,
totdat de bevestigingsschroef (C) van de splijtwig zich
ter hoogte van de opening (D) van de beschermkap
bevindt.
- De splijtwig wordt geplaatst en vastgezet met een
zelfblokkerende schroef (C) die voorkomt dat hij
onopzettelijk verplaatst wordt.
- Haal de schroef (C) los met de bijgeleverde
inbussleutel.
- Herstel de juiste afstand tussen de wig en de
zaagschijf
- Blokkeer de bevestigingsschroef (C).
- Breng de bewerkingskop terug in de ruststand.
5.5
INSTELLING VAN DE ZAAGDIEPTE (afb. 6)
Alvorens een nieuw werk te beginnen moet het
gereedschap op de gewenste zaagdiepte worden
ingesteld.
Om de zaagdiepte te regelen moet u als volgt te werk
gaan:
- Schroef de knop (A) los waarmee het diepteblok is
vastgezet (B).
- Plaats het diepteblok (B) op de gewenste diepte, met
behulp van de schaalverdeling (C).
- Blokkeer de knop (A).
6
WERKING EN GEBRUIK
Manuele cirkelzaag met onderduikysteem, bijzonder
stevig en universeel voor het zagen van massief hout,
gelaagd hout, triplex en geplastifi ceerd hout.
Dankzij het onderduikprincipe van de zaag en de hoge
vermogensreserve, is deze machine geschikt voor
timmerlui, loodgieters, bouwputten, fabrikanten van
ramen en deuren, meubelmakers enz.
6.1
GEBRUIKSOMSTANDIGHEDEN
- Let op: alvorens te beginnen te werken dient
u de toestand van de zaagschijf zorgvuldig te
controleren.
- GEBRUIK GEEN DEFECTE ZAAGSCHIJVEN
- Gebruik de machine niet op zijn kop: dat is een
buitengewoon gevaarlijke gebruikswijze, die ernstige
schade kan veroorzaken.
- Let erop dat het voorwerp dat u bewerkt, in stabiele
positie is.
- Bedenk bij het instellen van de zaagdiepte van
de schijf dat de correcte positie die is, waarbij de
zaagschijf slechts met de hoogte van een tand uit het
te zagen werkstuk steekt (afb. 7).
- Plaats het voorste uiteinde van de basis op het te
zagen werkstuk.
- Laat de bewerkingskop langzaam zakken met behulp
van de frontale handgreep.
- Voordat de zaagschijf in contact komt met het te zagen
werkstuk, dient u te wachten totdat het de maximale
snelheid bereikt heeft.
- Laat het werktuig over het te zagen materiaal
verschuiven met een gelijkmatige voorgang, zonder
horten of stoten.
- Oefen een voldoende grote toevoerdruk uit voor
het type en de afmeting van het te zagen materiaal,
in de zaagrichting van de zaagschijf; een te snelle
voortgang van de zaagschijf maakt perfecte sneden
onmogelijk.
- Laat de motorgroep pas weer omhoog komen
wanneer de zaagschijf tot stilstand gekomen is.
- Om werkstukken met lange afmetingen veilig te
zagen, moeten er extra supports worden geplaatst ter
ondersteuning van het werkstuk (afb. 8).
- Voor grote oppervlakken is het van belang het te
zagen materiaal van sporen te voorzien, die gevolgd
kunnen worden door middel van referentiewijzers
die aangebracht zijn op de steunbasis, zowel onder
90° als onder 45°.
- Het gebruik van de parallelle geleider is altijd
raadzaam.
- Aan het einde van het werk is het altijd raadzaam de
machine in ruststand te laten: met de bewerkingskop
omhoog en de veiligheidshaak ingeschakeld.
6.2
ZIJGELEIDER (afb. 9)
Indien men zaagsneden wil uitvoeren op een van te
voren door een aanslag onder 90° bepaalde afstand,
wordt de mogelijkheid geboden op de machine de
bijgeleverde speciale zijgeleider (A) te installeren.
De geleider wordt aan de zijkant in de behuizing
op de basis aangebracht. Om de gewenste afstand
tot de rand in te stellen, moet de knop (B) worden
vastgedraaid.
6.3
HAAKSE ZAAGSNEDE 90° (afb. 10)
- Stel de gewenste zaagdiepte in
- Controleer of de hoek onder 9 0° correc t is
ingesteld.
- Pak de machine stevig vast met twee handen en
ontgrendel de bewerkingskop.
- Laat de zaagschijf zakken tot aan de zaagstop.
- Door de gleuf (A) is het mogelijk de zaagschijf te
volgens tijdens de zaagfase.
- Controleer of de verstelbare uitgangsmond (B) van de
spanen naar binnen of naar buiten gericht is of steek
er een buis van een afzuiger in.
- Start de machine door de schakelaar te verzetten.
- Neem tijdens het zagen de wijzer 0° in de basis als
uitgangspunt.
6.4
VERSTEKSNEDEN (afb. 10)
- Stel de gewenste zaagdiepte in.
- Kantel de bewerkingskop tot de gewenste waarde
met behulp van de schaalverdeling op het support
van de basis.
- Pak de machine stevig vast met twee handen en haak
de bewerkingskop los.
- Laat de zaagschijf zakken tot de zaagstop.
- Door de gleuf (A) is het mogelijk de zaagschijf te
volgens tijdens het zagen.
- Controleer of de verstelbare uitgangsmond (B) van de
spanen naar binnen of naar buiten gericht is of steek
er een buis van een afzuiger in.
- Start de machine door de schakelaar te verzetten.
- Neem tijdens het zagen de wijzer 45° in de basis als
uitgangspunt.
6.5
BLINDE ZAAGSNEDE OF INVALSWERK
(afb. 10)
Voor deze operatie is het beslist nodig de splijtwig
weg te halen.
Het is raadzaam het te zagen werkstuk goed vast
te zetten.
- Stel de gewenste zaagdiepte in.
- Pak de machine stevig vast met twee handen en haak
de bewerkingskop los.
- Laat de zaagschijf zakken tot de zaagstop.
- Door de gleuf (A) is het mogelijk de zaagschijf te
volgens tijdens het zagen.
- Controleer of de verstelbare uitgangsmond (B) van de
spanen naar binnen of naar buiten gericht is of steek
er een buis van een afzuiger in.
- Start de machine door de schakelaar te verzetten.
- Begin te zagen met een gelijkmatige beweging
zonder stoten.
6.6
NUTTIGE WENKEN
Gebruik altijd originele Reich zaagschijven.
Wanneer er plastic of plexiglas panelen worden
gezaagd, verdient het de voorkeur een geleider als
ondersteuning te gebruiken die bevestigd is met
klemmen: men krijgt dan perfecte zaagsneden van
een goede kwaliteit.
Bij het zagen van plastic, plexiglas of PVC ontstaan
er lange spanen en elektrostatische ladingen die tot
gevolg kunnen hebben dat de ontluchtingsgleuven
van de machine verstopt raken. In dat geval wordt
aangeraden een afzuiger te gebruiken. Voorts wordt
aanbevolen de machine voortdurend schoon te
houden.
Bij het zagen van gelaagd, sponsachtig of erg hard
hout, waarbij stof wordt geproduceerd dat schadelijk
is voor de gezondheid van de gebruiker, wordt
aanbevolen een stofmasker te dragen en een afzuiger
op de machine aan te sluiten.
In het geval van zaagsneden op U-vormige profi elen
mag de snede nooit worden begonnen aan de open
kant.
Houd de zaagschijf altijd in optimale conditie en goed
geslepen. In geval van twijfel moet hij zonder meer
worden vervangen: Uw veiligheid is in het spel.
6.7
AFZUIGEN VAN DE SPANEN
De machine is voorzien van een aansluiting voor een
afzuiger, met de bedoeling de werkplek schoon te
houden en zonder stof te kunnen werken.
Hiertoe dient het verbindinsstuk te worden verbonden
met een geribbelde slang van een afzuiger.
6.8
ONEIGENLIJK GEBRUIK
De functies en het gebruik van het door U aangeschafte
gereedschap zijn enkel en aansluitend degene die in
deze handleiding worden vermeld.
25