8.2 Voorbereidingen bevestigen
Deze stappen zijn niet vereist maar kunnen worden gebruikt om te bevestigen dat de
voorbereidingen op de juiste manier zijn uitgevoerd en/of voor het oplossen van problemen.
IP-adres op computers
Typ «CMD» in UITVOEREN in MS-DOS-venster. Typ dan de opdracht «ipconfig» in het MS-DOS-
venster. Er verschijnt een lijst met alle ethernetpoorten en de adressen die aan deze poorten zijn
gekoppeld. Als er meerdere ethernetpoorten zijn, dan moeten de poorten die niet gebruikt zijn
voor de configuratie van de ADCC gedeactiveerd zijn.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw computer voor informatie over deze procedure.
Hieronder volgt een voorbeeld van een resultaat met IP-adres 192.168.1.100 en subnetmasker
255.255.255.0
Ethernet-adapter LAN-verbinding:
IP Address. . . . . . . . . . . . : 192.168.1.100
Subnet Mask . . . . . . . . . . : 255.255.255.0
De verbinding tussen de ADCC en de computer bevestigen
Sluit de ADCC met behulp van een ethernetkabel aan op de computer en voed de eenheid via de
Alere Afinion-USB. Bevestig de verbinding tussen de ADCC en de computer met de MS-DOS-
opdracht «ping ADCC IP-adres», bijvoorbeeld «ping 192.168.1.1».
De volgende tekst wordt weergegeven:
C:\Documents and Settings\ivfr>ping 192.168.1.1
Pinging 192.168.1.1 with 32 bytes of data:
Reply from 192.168.1.1: bytes=32 time=8ms TTL=64
Reply from 192.168.1.1: bytes=32 time<1ms TTL=64
Reply from 192.168.1.1: bytes=32 time<1ms TTL=64
Reply from 192.168.1.1: bytes=32 time<1ms TTL=64
Ping statistics for 192.168.1.1:
Packets: Sent = 4, Received = 4, Lost = 0 (0% loss),
Approximate round trip times in milli-seconds:
Minimum = 0ms, Maximum = 8ms, Average = 2ms
De ADCC en de computer zijn nu klaar voor de ADCC-configuratie.
9 TESTPROCEDURES
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de Alere Afinion AS100 Analyzer voor
AS100
algemene instructies over het gebruik van de testcartridge en het analyseren van controles en
patiëntenmonsters met de Alere Afinion AS100 Analyzer. Raadpleeg de handleiding bij het Alere
Afinion test- pakket voor testspecifieke informatie.
• Indien er een patiëntentest wordt uitgevoerd op een Alere Afinion AS100 Analyzer
die aan een HIS/LIS-systeem gekoppeld is, dan moet de functie patiënt-ID worden
gebruikt.
NL
104
Alere Afinion
Data Connectivity Converter
™
AS100