nl
38
Accu's mogen niet gedemonteerd, geopend of gefrag-
menteerd worden. Stel de accu's niet bloot aan mecha-
nische schokken. Bij beschadiging en onjuist gebruik
van de accu kunnen er schadelijke dampen en vloeistof-
fen vrijkomen. De dampen kunnen de luchtwegen irri-
teren. Gelekte accuvloeistof kan tot huidirritaties en
brandwonden leiden.
Als de huid met accuvloeistof in aanraking komt,
onmiddellijk met veel water afspoelen. Als de accu-
vloeistof in het oog terechtkomt, wast u de ogen met
schoon water uit. Raadpleeg onmiddellijk een arts.
Als de accuvloeistof mogelijk op voorwerpen in de buurt
is gespat, controleert u de betrokken gedeelten. Draag
beschermende handschoenen om aanraking met de
huid te voorkomen. Maak de onderdelen schoon met
droog huishoudpapier of vervang deze indien nodig.
Naar buiten komende dampen kunnen de luchtwegen
irriteren. Gelekte accuvloeistof kan tot huidirritaties en
brandwonden leiden.
Sluit de accu niet kort. Voorkom aanraking van de niet-
gebruikte accu met paperclips, munten, sleutels, spij-
kers, schroeven en andere kleine metalen voorwerpen
die overbrugging van de contacten kunnen veroorza-
ken. Kortsluiting tussen de accucontacten kan brand-
wonden of brand tot gevolg hebben.
De accu kan beschadigd raken door scherpe voorwer-
pen zoals spijkers en schroevendraaiers en door
geweld van buitenaf. Er kan interne kortsluiting ont-
staan en de accu kan verbranden, roken, exploderen of
oververhit raken.
Voer nooit onderhoud aan een beschadigde accu uit.
Alle onderhoud aan accu's moet worden uitgevoerd
door de fabrikant of de erkende klantenservice.
Bescherm de accu tegen hitte en tegen langdurig
zonlicht, vuur, vuil, water en vocht. Er bestaat
max.50°C
explosie- en kortsluitgevaar.
Gebruik en bewaar de accu alleen bj een omgeving-
stemperatuur tussen -20 °C en +50 °C. Laat de accu bij-
voorbeeld in de zomer niet in de auto liggen. Bij
temperaturen onder 0 °C kan bij bepaalde gereed-
schappen het vermogen minder worden.
Laad de accu alleen op bij omgevingstemperaturen tus-
sen 0 °C en +35 °C. Laad de accu met USB-aansluiting
via deze aansluiting alleen op bij omgevingstemperatu-
ren tussen +10 °C en +35 °C. Opladen buiten het tem-
peratuurbereik kan de accu beschadigen of het
brandgevaar vergroten.
Behandel lege accu's voorzichtig. Accu's vormen een
gevarenbron, omdat ze een zeer hoge kortsluitstroom
kunnen veroorzaken. Lithium-ion-accu's lijken soms
leeg, maar verliezen hun lading nooit volledig.
Dompel de accu niet onder in vloeistoffen zoals (zout)
water of dranken. Contact met vloeistoffen kan de accu
beschadigen. Dit kan leiden tot warmte- of rookont-
wikkeling of tot ontsteking of ontploffing van de accu.
Gebruik de accu verder niet meer en neem contact op
met een door FEIN erkende klantenservice.
Gebruik geen beschadigde accu. Het gebruik van de
accu moet onmiddellijk worden stopgezet zodra deze
ongewone kenmerken vertoont zoals geurontwikkeling,
hitte, verkleuring of vervorming. Bij voortgezet gebruik
kan de accu hitte en rook ontwikkelen, ontsteken of
ontploffen.
De accu niet openen, platdrukken, verhitten of verbran-
den. Bij niet-naleving bestaat brand- en brandletselge-
vaar. Volg de voorschriften van de fabrikant op.
Blus een brandende lithium-ion-accu met water, zand
of een blusdeken.
Vermijd fysieke schokken en stoten. Schokken, stoten
en het binnendringen van voorwerpen kunnen de accu's
beschadigen. Dit kan leiden tot warmte- of rookont-
wikkeling of tot ontsteking of ontploffing van de accu.
De accu nooit onbeheerd 's nachts opladen. Bij niet-
naleving kan er brand- en explosiegevaar zijn.
Verwijder de accu pas uit de originele verpakking als
deze moet worden gebruikt.
Verwijder de accu alleen als het elektrische gereed-
schap uitgeschakeld is.
Verwijder de accu vóór werkzaamheden aan het elek-
trische gereedschap. Als het elektrische gereedschap
onbedoeld begint te lopen, bestaat er letselgevaar.
Bescherm de accu tegen vocht en water. Reinig vuil
geworden aansluitingen van de accu en van het elektri-
sche gereedschap met een droge en schone doek.
Verwijder de accu wanneer u het elektrische gereed-
schap vervoert of opbergt.
Volg de veiligheidsvoorschriften in de gebruiksaanwij-
zingen van de oplaadapparaten van FEIN en de AMPS-
hare partners op.
Omgang met gevaarlijke stoffen
Bij werkzaamheden voor materiaalafname met dit
gereedschap ontstaat stof dat gevaarlijk kan zijn.
Aanraken of inademen van sommige soorten stof, bij-
voorbeeld van asbest en asbesthoudende materialen,
loodhoudende verf, metaal, sommige houtsoorten,
mineralen, silicaatdeeltjes van steenhoudende materia-
len, verfoplosmiddelen, houtbeschermingsmiddelen en
aangroeiwering voor watervoertuigen kan bij personen
allergische reacties, ademwegziekten, kanker en/of
voortplantingsdefecten tot gevolg hebben. Het risico
door de inademing van stof is afhankelijk van de bloot-
stelling. Gebruik een op de vrijkomende stofsoort afge-
stemde afzuiging en persoonlijke veiligheidsuitrusting
en zorg voor een goede ventilatie van de werkplek. Laat
de bewerking van asbesthoudend materiaal over aan
een vakman.
Houtstof en lichtmetaalstof, hete mengsels van schuur-
stof en chemische stoffen kunnen onder ongunstige
omstandigheden zelf tot ontsteking komen of een
explosie veroorzaken. Voorkom wegvliegende vonken
in de richting van het stofreservoir en oververhitting
van het elektrische gereedschap en het schuurmateriaal.
Maak het stofreservoir op tijd leeg. Neem de bewer-
kingsvoorschriften van de fabrikant van het materiaal en
de in uw land geldige voorschriften voor de te bewer-
ken materialen in acht.