Veiligheid van het draagstel
•
Zorg ervoor dat de heupgordel is aangesloten en
juist is afgesteld. Losse uiteinden van het harnas
kunnen in draaiende onderdelen terechtkomen
en schade aan de ventilator veroorzaken.
Als de ventilator is beschadigd, worden losse
onderdelen van de machine mogelijk naar buiten
geworpen en kunnen deze letsel of schade
veroorzaken.
Brandstofveiligheid
WAARSCHUWING:
volgende waarschuwingen voordat u het
product gaat gebruiken.
•
Meng en vul brandstof niet binnenshuis bij of in
de buurt van een warmtebron.
•
Start het product niet als er brandstof of olie op
het product of uw lichaam is gemorst.
•
Start het product niet als er sprake is
van brandstoflekkage. Controleer de motor
regelmatig op brandstoflekkage.
•
Wees altijd voorzichtig met brandstof. Brandstof
is licht ontvlambaar en de brandstofgassen
Inleiding
WAARSCHUWING:
u het hoofdstuk over veiligheid hebt
gelezen en begrepen voordat u het
apparaat monteert.
De blaaspijp en regelpijp op het
product monteren
1. Bevestig de flexibele slang (A) op de pijphoek en
de regelpijp (B) met de klemmen (C) en (D).
C
Let op:
Smeer de regelpijp en de flexibele
slang om deze gemakkelijker te monteren.
92
Lees de
Montage
Zorg dat
A
D
B
zijn explosief. Deze kunnen ernstig letsel
veroorzaken of leiden tot de dood.
•
Adem geen brandstofdampen in, dit kan letsel
veroorzaken. Zorg voor voldoende ventilatie.
•
Rook niet in de buurt van de brandstof of de
motor.
•
Plaats het product of een jerrycan met brandstof
niet in de buurt van warme voorwerpen, open
vuur, vonken of waakvlammen.
•
Gebruik altijd goedgekeurde containers voor
opslag en transport van brandstof.
Veiligheidsinstructies voor
onderhoud
WAARSCHUWING:
volgende waarschuwingen voordat u het
product gaat gebruiken.
•
Zet de motor af, verwijder de bougie en laat
de motor afkoelen voordat u onderhouds- en
montagewerkzaamheden uitvoert.
•
Een verstopt vonkenscherm leidt ertoe dat de
motor te heet wordt, waardoor schade aan de
motor ontstaat.
2. Bevestig de hendelhouder (E) aan de regelpijp.
Lijn de hendelhouder uit met de flens op de
regelpijp.
3. Stel de positie en hoek van de bedieningshendel
in op een veilige en correcte werkpositie. Draai
de knop vast.
4. Bevestig de kabel aan de flexibele slang met de
kabelklem.
Lees de
E
1750 - 003 - 03.03.2022