Montage van de contactdoos en de kabelbundel
1.
Bekledingen in het achterdeel van het voertuig en aan de achterlichten, zover noodzakelijk,
verwijderen.
2.
Op een geschikte plaats in het achterdeel van het voertuig een doorvoer voor de kabel-
bundel naar de contactdoos boren (Ø 40 mm).
De doorvoer ontbramen en van antiroestmiddel voorzien.
3.
Daarna de kabelbundelvan binnen naar buiten door het boorgat voeren en met de
rubberbus het boorgat dichtmaken, hierbij controleren of alles goed bevestigd is.
4. De contactdrager in het stekkerhuis drukken, de vlakkendichting positioneren en de
contactdoos met de bijgaande schroeven op de contactdooshouder schroeven.
5. De contactdoos is als volgt bezet:
Functie
Richtingaanwijzer, links
Mistlicht aanhanger
Massa
Richtingaanwijzer, rechts
Achterlicht, rechts
Remlicht
Achterlicht, links
Achteruitrijlicht
Continuplus
Laadkabel
Massa (stroomkring 10)
Vrij
Massa (stroomkring 9)
6. Het uiteinde van de kabelbundel met de witte 12-polige stekker, massaleidingen en de gele,
grijs/zwart, ... naar de linker achterlamp leiden.
De grijs/groen, rood/groen en grijs/gele leiding naar het rechter achterlicht leiden.
Kabelkleur
zwart / wit
wit
bruin, 2,5 mm²
zwart / groen
grijs / rood
zwart / rood
grijs / zwart
groen
rood, 2,5 mm
2
geel, 2,5 mm
2
bruin / wit, 2,5 mm²
bruin, 2,5 mm
2
Contactnummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
NL
43