Ondersteun de plank of het paneel niet van de
zaagsnede weg.
9. Gebruik een langsgeleider.
Gebruik voor het schulpen altijd een langsge-
leider of richtlineaal.
10. Wees op uw hoede voor terugslag.
Terugslag treedt op wanneer de zaag plotse-
ling blokkeert en naar de gebruiker wordt
teruggeslagen. Laat de schakelaar onmiddel-
lijk los wanneer het blad vastloopt of de zaag
blokkeert. Houd de zaagbladen scherp. Onder-
steun grote panelen zoals afgebeeld in Fig. A.
Gebruik een langsgeleider of richtlineaal wan-
neer u schulpt. Forceer de machine niet. Wees
op uw hoede en bewaar uw controle over de
machine. Verwijder tijdens het zagen de zaag
niet van het werkstuk terwijl het zaagblad nog
draait.
Plaats NOOIT uw hand of uw vingers achter de
zaag. In geval van terugslag kan de zaag over
uw hand naar achteren worden teruggeslagen,
met ernstige verwonding als mogelijk gevolg.
11. Onderste beschermkap. Breng de onderste
beschermkap omhoog met behulp van de
intrekhendel.
12. Afstellingen. Alvorens met het zagen te begin-
nen, zorg ervoor dat de afstelbouten en moe-
ren voor zaagdiepte en verstekzagen goed zijn
vastgezet.
13. Gebruik uitsluitend de juiste zaagbladen.
Gebruik geen zaagbladen met onjuiste asga-
ten. Gebruik nooit defecte of onjuiste sluitrin-
gen of bouten voor de zaagbladen.
14. Vermijd zagen op spijkers. Alvorens met het
zagen te beginnen, verwijder alle spijkers uit
het werkstuk.
15. Houd het netsnoer tijdens het zagen uit de
zaagzone en plaats het zodanig dat het tijdens
het zagen niet op het werkstuk vast komt te
zitten.
Houd de machine op de juiste wijze vast met
uw handen, ondersteun het werkstuk op de
juiste wijze, en houd het netsnoer uit de buurt
van de zaagzone.
WAARSCHUWING:
Om verlies van controle over de machine en
Fig. B
mogelijk persoonlijk letsel te voorkomen, is
het belangrijk dat u het werkstuk op de juiste
wijze ondersteunt en de zaag stevig vast-
houdt. De juiste manier om de machine vast te
houden is afgebeeld in Fig. D.
Een typische illustratie van de juiste manier
om de machine vast te houden, de juiste
ondersteuning van het werkstuk, en de juiste
positie van het netsnoer.
16. Plaats het bredere gedeelte van de grondplaat
van de machine op het gedeelte van het werk-
stuk dat goed ondersteund is, en niet op het
gedeelte dat eraf zal vallen wanneer het zagen
voltooid is. Fig. E toont de JUISTE manier om
het uiteinde van een plank af te zagen, en
Fig. F toont de ONJUISTE manier. Indien het
werkstuk kort of klein is, klem het dan vast.
PROBEER NIET KORTE WERKSTUKKEN MET
UW HAND VAST TE HOUDEN!
Fig. C
Fig. D
Fig. E
25