neerzet.
2. PARALLEL GELEIDER AFSTELLEN
(Zie D1,D2)
De parallel geleider wordt gebruikt om
parallelle zaagsneden te maken aan de
rand ven het werkobject op een ingestelde
afstand. Schuif de parallelgeleiderarm door
de bevestigingspunten om de gewenste
zaagafstand te bereiken.
ZAAGGELEIDER
Alleen bij de WX426 (Zie D1)
Voor een rechte snede gebrukt u de markering
van 0° om venwijdig met de parallelle
geleider te werken. Voor een verstek van 45°
gebruikt u de markering van 45°.
OPMERKING: zaag bij voorkeur eerst
proefsgewijs.
Alleen bij de WX425 (Zie D2)
De Beveltrac
(20) aan de voorkant van de
TM
voetplaat wordt gebruikt als snijgeleider.
3. POSITIE VAN HANDGREEP (Zie E)
Houd de zaag tijdens het werk steeds met
74
beide handen vast.
4. EEN ZAAGBLAD MONTEREN EN
VERVANGEN (Zie F,G,H)
Druk op de asvergrendelingsknop en
gebruik de meegeleverde steeksleutel om
de bladbout (13), het moerplaatje (B) en
de buitenflens (C) te verwijderen. Draai
de onderste bladbescherming met de klok
mee en houd deze open met de daarvoor
bedoelde hendel terwijl u het zaagblad (12)
vervangt. Zorg ervoor dat het gat in het
blad op de binnenflens (D) rust en de pijlen
die de bladrichting aangeven in de zelfde
richting wijzen als de pijl op de onderste
bladbescherming. Controleer of het oppervlak
van het zaagblad en de flenzen schoon zijn.
Druk de blokkeerknop van de as terug, en
monteer de buitenste flens over de as. Zet de
bout ¼ draai vaster dan vingervast. Controleer
of het zaagblad stevig vast zit.
WAARSCHUWING: De tanden van
het zaagblad zijn zeer scherp. Voor
de beste resultaten gebruikt u een zaagblad
dat geschikt is voor het materiaal en de
Cirkelzaag
gewenste zaagkwaliteit.
5. UITLAAT VOOR ZAAGSEL (Zie I)
Om zaagsel te verwijderen,sluit u een
geschikte externe afzuigmachine aan,
bijvoorbeeld een stofzuiger, op de uitlaat met
behulp van de adaptor en een flexibele slang.
Zorg ervoor dat de verbinding stevig vastzit.
6. OPSLAGPLAATS VOOR INBUSSLEUTEL
(Zie J)
De inbussleutel wordt aan de achterkant van
de cirkelzaag opgeborgen. Doe de sleutel daar
weer terug als hij niet wordt gebruikt.
7. LASERGIDS (Zie K)(WX426)
WAARSCHUWING: Richt de straal
nooit op een persoon of een voorwerp,
anders dan het werkstuk. De straal van de
laser is zeer gevaarlijk voor de ogen.
Zet de laser aan met de aan/uitschakelaar
(3) in de stand 'I'. Het laserapparaat kan een
straal geven i hetzelfde vlak als het zaablad,
waardoor er een lijn op het werkstuk komt.
Het zaagblad kan gericht worden zodat het de
lijn volgt en de snede met de lijn samenvalt.
U kunt recht snijden of onder verstek snijden.
Nauwkeurige bewegingen zijn mogelijk
tijdens het snijden.
Zet de laser uit met de aan/uitschakelaar (3) in
de stand '0'.
OPMERKING: Maak de lasergenerator
geregeld schoon.
8. DE KOOLBORSTELS VERVANGEN
(Zie L)
Er zijn twee koolborstels die kunnen
worden vervangen. Deze zijn gemakkelijk
bereikbaar via de voor- of achterzijde van de
motorbehuizing.
WAARSCHUWING: Trek altijd de
stekker uit het stopcontact alvorens
afstellingen uit te voeren, accessoires te
vervangen of elektrische gereedschappen
op te bergen. Met dergelijke preventieve
veiligheidsmaatregelen kunt u het risico van
ongewenste activering van het gereedschap
aanzienlijk verkleinen.
LET OP: Als er onderhoud wordt
uitgevoerd aan een gereedschap,
NL