1 Veiligheid
1.1 Algemene aanwijzing
De aansprakelijkheid en garantie van de fabrikant voor schade en gevolgschade vervalt bij
ondeskundig gebruik, het niet in acht nemen van deze gebruiksaanwijzing, het gebruik van
onvoldoende gekwalificeerd personeel en eigenmachtige wijzigingen aan het apparaat.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor kosten of schade die de gebruiker of derden oplo-
pen als gevolg van het gebruik van dit apparaat, met name in het geval van onbeoogd
gebruik van het apparaat of misbruik of storingen van de aansluiting of het apparaat.
Voor drukfouten kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld.
1.2 Veiligheidsinformatie
Deze gebruiksaanwijzing bevat belangrijke informatie voor het veilige gebruik van het pro-
duct. Lees deze gebruiksaanwijzing volledig door en maak uzelf vertrouwd met het product
voordat u het in gebruik neemt of ermee werkt. Houd de gebruiksaanwijzing altijd binnen
handbereik, zodat u deze indien nodig kunt raadplegen.
1.3 Veilig gebruik
1.3.1 Beoogd gebruik
Het toegestane gebruik van het apparaat bestaat uitsluitend uit het uitvoeren van metingen
volgens deze gebruiksaanwijzing. Een ander of hiervan afwijkend gebruik, geldt als in strijd
met de voorschriften.
1.3.2 Voorwaarden voor het veilige gebruik
Neem de volgende punten in acht voor een veilig gebruik:
• Het product mag uitsluitend voor het beoogde doel worden gebruikt.
• Voor de voeding van het product mogen uitsluitend de in de gebruiksaanwijzing ver-
melde energiebronnen worden gebruikt.
• Het product mag uitsluitend worden gebruikt onder de in de gebruiksaanwijzing
vermelde omgevingsvoorwaarden.
• Het product mag uitsluitend worden gebruikt met hiervoor geschikte elektroden.
• Het product mag alleen worden geopend voor het vervangen van de batterij.
• Speciale aandacht moet worden besteed aan de aansluiting op andere apparaten.
Onder bepaalde omstandigheden kunnen interne verbindingen in externe apparaten
(bijv. GND met massa) een niet toegestaan spanningspotentieel veroorzaken waardoor
het apparaat zelf of een aangesloten apparaat wordt beschadigd of stuk gaat.
1.3.3 Onbeoogd gebruik
Het product mag niet in gebruik worden genomen als het:
• een zichtbare schade vertoont (bijv. na een transport)
• lange tijd onder ongeschikte omstandigheden werd opgeslagen
• zich in een potentieel explosieve omgeving bevindt. Bij gebruik in een potentieel
explosieve omgeving is er een verhoogd risico op brand of explosie als gevolg
van vonken.
SD_335_1 10/2020
159