NEDERLANDS
2. SCHAP EN RAILS
* De hoogte van schap kan in stappen van 2,5 cm
worden aangepast. Pas de positie van de rails aan
aan de hoogte van opgeslagen items.
* Bevestig een rail als volgt: (1) duw de railhaak
naar achteren zodat deze in het vierkante gat in
de achterste schapstijl past en (2) duw de railhaak
naar beneden zodat deze in het vierkante gat in de
voorste schapstijl past. U kunt een rail verwijderen
door deze procedure in omgekeerde volgorde uit
te voeren. Zie afb. 4.
LET OP
Bevestig de rails op dezelfde hoogte zodat het
schap waterpas ligt.
(2)
Afb. 4
(1) Haak
(2) Haak
(1)
3. ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
* Deze koel-/vrieskast moet op een apart stopcontact
worden aangesloten dat goed bereikbaar is en
over voldoende capaciteit beschikt. De maximaal
toegestane spanningsverandering mag niet
meer zijn dan ± 10 procent van de waarde die
staat vermeld op het typeplaatje. Raadpleeg het
typeplaatje.
* Wanneer de netvoedingskabel en/of stekker
vervangen moet worden, mag dit ter vermijding
van gevaarlijke situaties alleen worden gedaan
door een erkende onderhoudsmonteur.
4. BEDIENING
BELANGRIJK
1. Zorg ervoor dat geen vocht kan binnendrin-
gen in het machinecompartiment. Dit kan tot
storingen leiden of gevaar voor elektrische
schokken opleveren.
2. Raak de stekker niet met natte handen; dit
ter vermijding van elektrische schokken.
3. Gebruik het apparaat niet om vluchtige of
ontvlambare stoffen (zoals benzine, ether,
kleefstoffen en LPG) of explosieve stoffen
(zoals spuitbussen met ontvlambaar drijfgas)
in te bewaren.
4. Deze koel-/vrieskast is uitsluitend bestemd
voor de tijdelijke opslag van voedingsmidde-
len. Het gebruik voor andere doeleinden (bijv.
de opslag van chemicaliën of medicamenten,
zoals vaccins en serums) kan leiden tot kwa-
liteitsverlies bij de opgeslagen items.
5. Gooi niets op de schappen en laad niet meer
dan 40 kg op elk schap. Zij kunnen anders
omlaag vallen en letsel veroorzaken.
6. Sla geen flessen of blikken op bij de lucht-
uitlaat. Deze kunnen bevriezen en breken,
waardoor het risico van letsel ontstaat.
7. Gebruik geen brandbaar sproeimiddel en sla
geen vluchtige en ontvlambare stoffen op
in de buurt van het apparaat. Deze kunnen
vlam vatten door een vonk van een schake-
laar of iets dergelijks.
8. Plaats geen voorwerpen in het machinecom-
partiment of in de luchtinlaat/-uitlaat. De snel-
draaiende ventilator aan de binnenkant kan
letsel of hitte veroorzaken.
32