1
Veiligheid
Waarschuwingsaanduidingen
In deze handleiding worden in verband met veiligheid de volgende
waarschuwingsaanduidingen gebruikt:
Geeft aan dat er een groot potentieel gevaar aanwezig is dat ernstig
letsel of de dood tot gevolg kan hebben.
Geeft aan dat er een potentieel gevaar aanwezig is dat letsel tot ge-
volg kan hebben.
Geeft aan dat de betreffende bedieningsprocedures, handelingen,
enzovoort, letsel of fatale schade aan de machine tot gevolg kunnen
hebben. Sommige VOORZICHTIG-aanduidingen geven tevens aan
dat er een potentieel gevaar aanwezig is dat ernstig letsel of de dood
tot gevolg kan hebben.
Legt de nadruk op belangrijke procedures, omstandigheden, enzo-
voort.
Symbolen
Geeft aan dat de betreffende handeling moet worden uitge-
voerd.
Geeft aan dat een bepaalde handeling verboden is.
Geef de veiligheidsaanwijzingen door aan andere personen die de
E-drive motor bedienen.
Algemene regels en wetten met betrekking tot veiligheid en ter voor-
koming van ongelukken dienen altijd in acht te worden genomen.
vetus® Installation manual E-Drive motor control lever ELPS - ELPSR
G
evaar
W
aarschuWinG
v
oorzichtiG
L
et op
Zorg er voor dat de eigenaar van het schip over deze handleiding kan beschikken .
2
Inleiding
Deze handleiding geeft richtlijnen voor de inbouw van de VETUS
ELPS en ELPSR E-Drive motorbedieningshendel.
Raadpleeg voor de bediening de gebruikershandleiding.
De kwaliteit van de inbouw is maatgevend voor de betrouwbaarheid
van het E-Drive systeem. Bijna alle storingen die naar voren komen
zijn terug te leiden tot fouten of onnauwkeurigheden bij de inbouw.
Het is daarom van het grootste belang de in de installatieinstructies
genoemde punten tijdens de inbouw volledig op te volgen en te
controleren.
Eigenmachtige wijzigingen sluiten de aansprakelijkheid van de
fabriek voor de daaruit voortvloeiende schade uit .
• Zorg tijdens gebruik voor een correcte accuspanning.
Verwisselen van de plus '+' en min '—' brengt onherstelbare
schade toe aan de installatie!
Werk nooit aan de elektrische installatie terwijl het systeem
onder spanning staat .
3
Installatie
3 .1
Plaatsing
• Maak een gat van de juiste afmetingen en monteer het paneel.
Raadpleeg de boormal voor de afmetingen van de te boren gaten.
Zie hoofdafmetingen pagina
60
3 .2
Aansluiten CAN-bus (stuurstroom) kabels
Zie schema pagina
61
indien er meerdere panelen moeten worden
aangesloten.
De CAN-bus voeding moet altijd op 12 Volt (≥10 V, ≤16 V)
worden aangesloten . Gebruik als voeding het E-Drive
MPE1KB contactslot .
Raadpleeg de betreffende E-Drive installatiehandleiding voor de uit-
gebreide CAN-BUS schema's.
NEDERLANDS
W
aarschuWinG
W
aarschuWinG
L
et op
0370401.11
5