7.1.3 C ontrole van de onderdelen van de Koeleenheid en de
Vulkamerzeef
X Controleer alle onderdelen op beschadigde oppervlakken, scheuren, ver-
weking, verharding, verbrossing, vervuiling of verkleuring.
X Verwijder beschadigde onderdelen.
7.1.4 M onteren van de Koeleenheid
VOORZICHTIG
Plantendeeltjes in de Koeleenheid
Verstopping van de Koeleenheid
Inademen van plantendeeltjes
• Plaats de Zeef op de juiste wijze in het deksel van de Koeleenheid.
X Monteer de onderdelen in omgekeerde volgorde.
X Plaats de kleine Bodemafdichtring volledig in het deksel van de Koeleen-
heid.
Ö Kleine Bodemafdichtring is niet meer zichtbaar.
X Let bij de montage op de juiste positie van de Afdichtringen.
X Steek de Zeef in de daarvoor bestemde groef plaatsen.
7.2 Vulkamer
7.2.1 Reinigen van de vulkamer
LET OP
Materiële schade door ondeskundige reiniging
Binnendringen van isopropylalcohol in de Verdamper
• Bevochtig de wattenstaafjes niet te veel.
X Maak de vulkamer schoon met een wattenstaafje gedrenkt in isopropyl-
alcohol.
7 R E I N I G I N G / H Y G I Ë N E
196