Weergave via de externe ingangsaansluitingen (EXT. IN)
1
Stel de externe ingang (EXT. IN) in.
Druk op EXT. IN om over te schakelen naar de
externe ngang.
EXT.IN
EXT.IN
(Hoofdtoestel)
(Afstandsbediening)
Als
dit
is
geselecteerd
worden
ingangssignalen van de FL- (linksvoor), FR-
(rechtsvoor), C- (midden), SL- (surround links),
SR-
(surround
rechts),
SBL-
linksachter) en SBR- (surround rechtsachter)
kanalen van de EXT. IN-ingangsaansluitpunten
rechtstreeks uitgevoerd naar zowel de voorste
(links en rechts), midden-, surround- (links en
rechts) en surround-achterluidsprekers (links en
rechts) als de pre-out-aansluitpunten zonder
door het surround-circuit te worden gestuurd.
Bovendien wordt het signaal dat wordt
ingevoerd
naar
het
SW-aansluitpunt
(subwoofer) uitgevoerd naar het PRE OUT
SUBWOFER-aansluitpunt.
2
Annuleren van de externe ingangsstand.
Annuleer de externe-ingangsstand (EXT. IN)
door op de ingangsstand (AUTO, PCM, DTS) of
ANALOG-toets te drukken en over te schakelen
op de gewenste ingangsstand. (Zie blz. 223.)
AUTO
PCM
DTS
ANALOG
MODE
(Hoofdtoestel)
(Afstandsbediening)
• Wanneer de ingangsstand is ingesteld op de externe
ingang (EXT. IN), kan de weergavestand (DIRECT,
STEREO,
DOLBY/DTS
SURROUND,
STEREO, WIDE SCREEN of DSP SIMULATION) niet
worden ingesteld.
224
All manuals and user guides at all-guides.com
NEDERLANDS
B
2
1
de
(surround
6.1 / 7.1
DIRECT
STEREO
SURROUND
2
INPUT
MODE
ANALOG
EXT.IN
SYSTEM CALL
CALL 1
CALL 2
BACKLIGHT
OPMERKINGEN:
• In een andere weergavestand dan de externe
ingangsstand kunnen de signalen op deze
aansluitingen niet worden weergegeven. Tevens
kunnen geen signalen worden uitgevoerd uit
kanalen die niet zijn aangesloten op de
ingangsaansluitingen.
• De externe ingangsstand kan worden ingesteld
voor elke ingangsbron. Om videobeelden te
ANALOG
bekijken terwijl u muziek beluistert, moet u de
ingangsbron kiezen waarop het videosignaal is
aangesloten en vervolgens deze stand instellen.
5/7CH
Na het starten van de weergave
[1] Regelen van de geluidskwaliteit (TONE)
De klankkleurregeling functioneert niet in de Direct-stand.
1
Bij elke druk op de TONE CONTROL-toets
schakelt de klankkleur als volgt over.
TONE
CONTROL
(Hoofdtoestel)
2
Verdraai voor instelling van het
niveau de SELECT-knop terwijl
1
de naam van het volume dat
ingesteld
moet
geselecteerd is.
• Om de lage of hoge tonen te verhogen: draai
de knop in wijzerzin. (De klank van de lage of
de hoge tonen kan worden verhoogd tot +12
dB in stappen van 2 dB.)
• Om de lage of hoge tonen te verlagen: draai
de knop in wijzerzin. (De klank van de lage of
de hoge tonen kan worden verlaagd tot –12
dB in stappen van 2 dB.)
[2] Luisteren met een hoofdtelefoon
1
Sluit de hoofdtelefoon aan
op de PHONES-aansluiting
op het voorpaneel.
2
Druk de OUTPUT-toets in om het geluid alleen
via de hoofdtelefoon weer te geven.
OUTPUT
• De uitgang naar de luidspreker en de pre-out
aansluitingen wordt onderbroken en er wordt
geen geluid via de luidsprekers weergegeven.
Waarschuwing: De instellingen worden geannuleerd
als de netspanning van het toestel
wordt uitgeschakeld.
[3] Tijdelijk uitschakelen van het geluid (MUTING)
1
Gebruik deze functie om de
audio-uitvoer tijdelijk uit te
schakelen.
Druk op de MUTING-toets
(demping).
Annuleren van de MUTING-stand.
Druk nogmaals op de MUTING-toets.
B
BASS
TREBLE
SELECT
worden
(Hoofdtoestel)
3
Als u niet wil dat de lage en hoge tonen worden
geregeld, schakel dan de toonannuleerstand in.
TONE DEFEAT
(Hoofdtoestel)
PHONES
B
1
1
OPMERKING:
TV/
0
+10
VCR
Zet het volume niet te hoog wanneer u met de
RDS
PTY
RT
2
TEST
SPEAKER
OUTPUT
TONE
hoofdtelefoon
SURROUND
DOLBY/DTS
DSP
5CH / 7CH
SURROUND
SIMU.
STEREO
voorkomen.
MUTING
(Afstandsbediening)
3
2
1
De signalen worden niet
beïnvloed
door
de
regelcircuits van de hoge en
lage tonen, wat resulteert in
een hogere klankkwaliteit.
luistert,
om
gehoorverlies
te
TUNING
+
+
SKIP
ENTER
-
-
SHIFT
SKIP
MUTING
1
TUNER
CD
PHONO
1
2
3