N E D E R L A N D S
26 Stoppen van de motor
Licht het zaagblad uit de zaagsnede in de werkstukopening,
voordat de bedieningsschakelaar wordt losgelaten. Probeer nooit om
de machine te stoppen door het zaagblad te blokkeren. Zet geen wig
tegen de ventilator om op die manier de motoras tegen te houden.
27 Onderhoud van het zaagblad en de opsluitringen
Zorg ervoor dat vlakken van het zaagblad en de opsluitringen schoon
zijn en gebruik voor het vastzetten de steeksleutel.
Omgevingstemperatuur
Gebruik de machine alleen bij omgevingstemperaturen tussen 5 °C en 40 °C.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is ontwikkeld voor een bepaalde netspanning.
Controleer altijd of uw netspanning overeenkomt met de waarde op het
typeplaatje.
De machine is dubbel geïsoleerd overeenkomstig EN 61029;
een aarddraad is dan ook niet nodig.
Vervangen van het snoer of de stekker
Als de stekker of het snoer wordt vervangen, moet de oude stekker c.q.
het oude snoer worden weggegooid. Het is gevaarlijk om de stekker van
een los snoer in het stopcontact te steken.
Gebruik van verlengsnoeren
Wanneer een verlengsnoer wordt gebruikt, neem dan een goedgekeurd
verlengsnoer, dat geschikt is voor het vermogen van de machine
(zie technische gegevens). De aders moeten minimaal een doorsnede
2
hebben van 1,5 mm
.
Wanneer het verlengsnoer op een haspel zit, rol het snoer dan helemaal af.
Spanningsvallen
Inschakelprocessen veroorzaken kortstondige spanningsvallen.
Onder ongunstige omstandigheden in de stroomvoorziening kunnen
andere apparaten nadelig worden beïnvloed.
Indien de impedantie van de stroomvoorziening lager is dan 0,25 ø, is de
kans op een storing nagenoeg uitgesloten.
Inhoud van de verpakking
De verpakking bevat:
1 Gemonteerde verstekzaagmachine
1 Zaagbladsleutel
1 Zaagblad, ATB (DW703)
1 Zaagblad, TCG (DW702)
2 Klemmen (DW702)
1 Handleiding
1 Onderdelentekening
• Controleer de machine, losse onderdelen en accessoires op
transportschade.
• Lees deze handleiding rustig en zorgvuldig door voordat u met de
machine gaat werken.
Beschrijving (fig. A1 - A6)
A1
1 Bedieningshendel
2 Onderste beschermkap
3 Parallelgeleiding rechts
4 Verstekklemknop
5 Verstekgrendel
6 Verstekschaal
7 Parallelgeleiding links
nl - 3
8 Bevestigingsgaten voor werkbank
9 Draaggreep
10 Zaagkop-ontgrendeling
11 Achterste beschermkap
12 Afschuinschaal
13 Gat voor hangslot
14 Zaagbladsleutel
15 Spindelvergrendeling
16 Bedieningsschakelaar
17 Afschuinklemknop
18 Vergrendelingsstift zaagkop
A2
20 Stofuitlaat
21 Aanslag hoekpositie
22 Handvat
23 Klemknop bovenkant parallelgeleiding links
24 Bovenste beschermkap
25 Motorhuis
26 Aanslag afstelling afschuinpositie
27 Sleufplaat
28 Aanslag afstelling verticale positie
A3
29 Verlengd werkblad
A4
30 Verstelbare lengte-aanslag
A5
31 Werkstukklem
A6
32 Stofzak
Monteren
Haal vóór het monteren en instellen altijd de stekker uit het
stopcontact.
Uitpakken (fig. B)
• Haal de zaag voorzichtig uit de verpakking en gebruik hiervoor de
draaggreep (9).
• Druk de bedieningshendel (1) omlaag en trek aan vergrendelpin (18),
zoals afgebeeld.
• Verminder de druk langzaam en laat de arm geheel omhoogkomen.
Werkbankmontage (fig. C)
• In de vier voeten zijn gaten (8) aangebracht om montage op de
werkbank te vergemakkelijken. Er zijn twee gatmaten voor twee
verschillende schroefdiameters. Het is niet nodig om beide gaten te
gebruiken. Zorg voor een stevige montage, opdat de zaagmachine niet
kan bewegen. Moet de zaagmachine draagbaar blijven, monteer de
machine dan op een stuk multiplex met een dikte van 12,5 mm of
meer, dat op de werkbank of samen met de machine op een andere
werkplek op een andere werkbank kan worden bevestigd.
• Wanneer de zaagmachine op multiplex wordt bevestigd, zorg er dan
voor dat de schroeven niet aan de onderkant van het hout uitsteken.
Het multiplex moet geheel tegen het blad van de werkbank aanliggen.
Bij het klemmen op elk ander oppervlak moeten de plaatsen van de
bevestigingsgaten worden gebruikt om te klemmen. Klemmen op een
ander punt zal het werken met de zaagmachine bemoeilijken.
• Om aanlopen en onnauwkeurigheid te voorkomen, mag het
bevestigingsblad niet krom of oneffen zijn. Als de zaagmachine op het
werkblad wankelt, plaats dan een dun stukje materiaal onder één van
de voeten tot de machine stevig op het werkblad staat.
48