Telwin ST300 Manual De Instrucciones página 11

Ocultar thumbs Ver también para ST300:
Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 13
- Gebruik de acculader nooit binnenin de auto of in de
motorkap.
- Plaats de acculader zo dat er voldoende ventilatie
aanwezig is. Blokkeer de ventilatieopeningen van de
acculader niet.
- Als u de acculader gaat gebruiken voor opladen of starten,
lees dan de aanwijzingen die door de autofabrikant
worden gegeven aandachtig door en bewaar deze.
Hetzelfde geldt voor de aanwijzingen die door de
accufabrikant worden gegeven.
- Sluit de acculader uitsluitend aan op daar voor geschikte
stopcontacten met aarding om uzelf te beschermen tegen
de gevaren van indirecte aanraking.
- Reparatie- en onderhoudswerkzaamheden waarbij de
acculader moet worden gedemonteerd, mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door vakkundig personeel.
N E E M A L T I J D D E S T E K K E R V A N D E
VOEDINGSDRAAD UIT HET STOPCONTACT.
- Vervang de voedingsdraad indien nodig altijd door een
originele voedingsdraad.
- Laad nooit niet-oplaadbare accu's op.
- Controleer het peil van de accuvulling. V oeg indien nodig
gedestilleerd water toe volgens de aanwijzingen van de
fabrikant.
- Laad accu's uitsluitend op in een goed geventileerde
ruimte om gasophoping te voorkomen.
- V erwijder alvorens u de accu gaat opladen eerst de
doppen van elk element (indien aanwezig).
- Raak de vloeistof die zich in de accu bevindt nooit aan.
Deze vloeistof is bijtend.
- Reinig de positieve en negatieve aansluitpunten om
eventuele roestvorming te verwijderen en een goed
contact met de klemmen te garanderen.
- Zorg ervoor dat de twee klemmen in geen geval met
elkaar in aanraking komen als de acculader op het
elektriciteitsnet is aangesloten. Bevestig de klemmen
nooit aan de accu en verwijder ze hier nooit van als de
acculader in bedrijf is.
OPGELET: Om de kabels te kunnen hanteren dient
men zich ervan te verzekeren dat de led OFF, die zich
op het voorste paneel bevindt, aan is.
- Controleer de accuspanning alvorens u de acculader
aansluit. Vergeet niet dat er bij 6 doppen sprake is van een
accu van 12 V . Het kan ook voorkomen dat er twee accu' s
van 12V zijn, die ondelilng zijn verbonden. Mocht dat het
geval zijn, dan is een spanning van 24 V nodig om beide
accu's op te laden.
PAS OP: Zorg ervoor dat deze accu's over dezelfde
eigenschappen beschikken om te voorkomen dat ze
ongelijkmatig worden opgeladen.
- Controleer de polen van de aansluitpunten: positief (+),
negatief (-). Als deze symbolen niet te onderscheiden zijn,
dan kunt u de negatieve pool herkennen. Deze is namelijk
rechtstreeks verbonden met de carrosserie.
GELIJKTIJDIG OPLADEN VAN MEER
ACCU'S
Ga bij het gelijktijdig opladen van accu's altijd zeer
voorzichtig te werk. P AS OP: laad nooit accu's op die qua
capaciteit, ontlading en type van elkaar verschillen.
ALS HET OPLADEN IS VOLTOOID
Als de accu's zijn opgeladen, sluit dan eerst de
stroomtoevoer vanaf het elektriciteitsnet af door de
schakelaar in de stand "OFF" te zetten (indien aanwezig)
en/of neem de stekker van de voedingsdraad uit het
stopcontact.
Verwijder de laadkabelklemmen vervolgens van de
aansluitpunten op de accu en plaats de acculader in een
droge omgeving. V ergeet niet de doppen weer op de accu te
plaatsen (indien aanwezig).
BEVEILIGING
De acculader beschikt over een beveiliging die in de
volgende gevallen in werking treedt:
-
overbelasting (overmatige stroomtoevoer naar de accu);
-
kortsluiting (laadkabelklemmen zijn met elkaar in
aanraking gekomen);
-
omkering van de polen van de accuaansluitpunten.
Bij apparaten met zekeringen dienen bij vervanging
vergelijkbare zekeringen met dezelfde nominale
stroomwaarde te worden gebruikt.
PAS OP: Indien een zekering wordt vervangen door een
zekering met een andere stroomwaarde dan vermeld op
het typeplaatje, dan kan dat schadelijke gevolgen
hebben voor personen en zaken. Om dezelfde reden
mag een zekering nooit worden vervangen door een
brug van koper of ander materiaal.
Alvorens u de zekering gaat vervangen, dient u de
stekker van de voedingsdraad uit het stopcontact te
nemen.
NUTTIGE TIPS VOOR HET STARTEN
Indien mogelijk dient u de accu vooraf gedurende 10 tot 15
minuten snel op te laden, om zo het voertuig gemakkelijker
te kunnen starten.
BELANGRIJKE GEGEVENS
ST 300:
Voeding:
Stroomverbruik:
Laadspanning:
Laden:
Starten:
ST160:
Voeding:
Stroomverbruik:
Laadspanning:
Laden:
Starten:
1) WERKING
(FIG. A)
D e z e
a c c u l a d e r
gebruiksmogelijkheden (zie paragraaf 2 voor een
gedetailleerde omschrijving).
A) "CHARGE" / "LADEN"
LET OP:
Vermogen (Ah) = Laadstroom x laadtijd
Voorbeeld:
Laadstroom = 10A
Laadtijd = 10 uur
Het is dus mogelijk een accu van 100 Ah op te laden
B) "CHARGE + STAND-BY" / "LADEN + ST AND-BY"
- 11 -
230 V - 1ph/V
8 A max. (Laden)
30 A max. (Starten)
30 A@ (± 10% voedingsspanning)
170A (1 V/c)
230 V - 1ph/V
3.6 A max. (Laden)
6.0 A max. (Starten)
16A @ (± 10% voedingsspanning)
30 A (1 V/c)
b e s c h i k t
o v e r
12-24 V
12-24 V
d r i e
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

St160

Tabla de contenido