4.3.2 Beschrijving van de werking
Menu
Opties
Starten van het
registreren
(terugkeer in de
bedrijfsmodus)
Stoppen van het
registreren
(terugkeer in de
bedrijfsmodus)
Uitlezen van handmatig opgeslagen meetgegevens
Datarecord = St. X
Wissen van de geregistreerde gegevens
CLr no
CLr ALL
CLr LASt
Uitlezen van kalibreergegevens
Kalibreergegevens =
C.d. X
(*) <LoGG run>, <LoGG StoP> worden enkel getoond als de cyclische logfunctie wordt toegepast (Func = Cycl) (**)
<rEAd loGG> worden enkel getoond als de logfunctie voor een enkele waarde wordt toegepast (Func = Stor)
Bij de één- en tweepuntskalibratie is SL.1 = SL.2
Bij een driepuntskalibratie worden onafhankelijke waarden voor SL.1 en SL.2 bepaald
160
Waarde
Betekenis
Uitlezen van maximaal 1000 datarecords
(X = 1 ... 1000)
O
-concen-
Uitlezing in ppm of in mg/l
2
tratie
O
-verzadi-
Uitlezing als %O
2
ging
Temperatuur
Uitlezing in °C of in °F
Absolute
Uitlezing in hPa
druk
L-Id
Uitlezing van het meetpunt
Datum
Uitlezing van dag, maand en
kloktijd
Wissen afbreken
Volledige geheugen wissen
Laatst opgeslagen datarecord wissen
Selectie van maximaal 16
kalibreergegevens (X = 0 ... 15)
ELEC
Sensorevaluatie in %
SL. 1
Uitlezing bij 0% O
SL. 2
Stijging van 0% O
Datum
Uitlezing van dag, maand en
kloktijd
*
*
**
2
1)
2
- lucht
1)
2
SD_315_DO_1 06/2020